Weeklog: Commissie, kom niet aan ons recht op eerlijke arbeidstijd! - Hoofdinhoud
Tussen al het nieuws over de euro en terrorisme in, gebeuren er in Brussel ook zaken die super belangrijk zijn maar waar je nauwelijks iets over leest. Zo is de Europese Commissie een openbare raadpleging begonnen over de arbeidstijdrichtlijn. Dit is de Europese wet die regelt dat we met z’n allen niet te lang hoeven te werken en dat we voldoende vakantie krijgen. Voor deze rechten is vanaf de 19e eeuw hard gestreden. Daarvóór bestonden er dramatische situaties, waarbij arbeiders nauwelijks vrije tijd hadden en hun leven grotendeels bestond uit werken, eten en slapen. Het is dan ook ronduit gevaarlijk dat de Commissie deze rechten nu deels ter discussie stelt met een beroep op ‘maatschappelijke ontwikkelingen’. Vandaar mijn oproep: neem even de tijd en vul de online vragenlijst van de Commissie in (rechterbalk - online questionnaire).
Laat u, als u de vragenlijst invult, niet afschrikken door alle technische termen. Om te helpen hierbij wat uitleg over waar het echt om gaat:
Er zijn beroepen, waar de werkgever je op de werkplek of op een andere locatie wil zien, ook als je niet hoeft te werken. Denk maar aan mensen die werken in een ziekenhuis: soms worden ze geacht in het ziekenhuis te blijven om in noodsituaties te kunnen inspringen, maar in die tijd kunnen ze wel rusten of andere dingen doen. Zeer tegen de zin van de werkgevers, werd door het Hof van Justitie bepaald dat die tijd meetelt als werktijd. Je bent immers niet echt ‘vrij’. Dat de Commissie hier vragen over stelt, wijst erop dat zij hiervan af wil: een deel van de aanwezigheidstijd is dan geen werktijd meer. Dat moeten we natuurlijk niet hebben.
Soms kan het niet anders en moet je langer doorwerken dan de 8 uur die er normaal maximaal voor een werkdag staan. Werknemers hebben echter recht op een ononderbroken rusttijd van 11 uur. Stel, je werkt normaal van 09.00u. tot 18.00u. met een uur lunchtijd. Als je dan door omstandigheden moet doorwerken tot 24.00u., haal je het niet om 11 uur ononderbroken te kunnen rusten, als je de volgende dag om 09.00u. moet beginnen. Daarom is bepaald, dat je dan niet om 09.00u., maar pas om 11.00u. hoeft te beginnen. Die regeling staat nu op de tocht: de Commissie oppert de mogelijkheid om die compensatie pas later te geven. Mijn mening: niet doen - na gedane arbeid is het goed rusten, maar dan moet je die mogelijkheid wel krijgen.
Heel belangrijk is de ‘referentieperiode’. Dat werkt zo: je mag gemiddeld niet meer dan 48 uur per week werken. Maar wat is gemiddeld? Op dit moment is de hoofdregel dat dit gemiddelde wordt berekend over vier maanden (de referentieperiode). De Commissie suggereert nu dat deze periode wordt opgerekt tot één jaar. Dan kun je dus krijgen dat je in het begin van het jaar heel veel uren draait, en in de tweede helft van het jaar veel minder. Binnen vier maanden is zo’n afwijking misschien nog te doen, maar een jaar als referentieperiode is natuurlijk veel te lang.
Aan het eind van de vragenlijst staat een aantal algemene vragen. Daarin wordt onder meer gewezen op de nieuwe informatietechnologie en gevraagd of de arbeidstijden niet flexibeler zouden moeten worden. Dat is levensgevaarlijk: ook werk achter computerschermen moet je niet te lang achtereen hoeven doen.
Voor iedereen die de moeite wil nemen om namens de eigen organisatie of namens zichzelf de vragenlijst in te vullen, staat de eurofractie ter beschikking. Richt uw vragen tot: eurofractie@sp.nl Ik hoop en vertrouw erop dat het de Commissie hiermee duidelijk wordt dat we niet willen dat er aan ons recht op eerlijke arbeidstijden getornd wordt. Er staat veel op het spel.