Spreektekst debat over de gaswinning in Groningen 12 februari - Hoofdinhoud
Voorzitter,
Twee weken geleden mocht ik bij mensen thuis komen in Groningen die te maken hebben gehad met de aardbevingen en dat tot op de dag van vandaag nog steeds hebben. Deze mensen lieten me vol trots hun huis zien waar ze hun ziel en zaligheid in hebben gestoken om het helemaal naar wens te maken. De huizen varieerden van historische boerderijen tot een heel dorp.
Mensen wiens roots in Groningen lagen en mensen die van buiten Groningen komen, maar zich hier écht thuis voelen. Allemaal hadden ze dezelfde vraag en dezelfde zorg: Hoe veilig kan ik hier wonen? Niet alleen nu, maar ook in de toekomst. En dan gaat hun zorg niet alleen om hun huis maar ook om hun omgeving.
Als in Loppersum twee basisscholen dicht moeten omdat ze niet meer veilig zijn raakt dat je diep in je hart en als vader van drie kinderen al helemaal. Deze mensen, deze Groningers vragen niet om geld, vragen niet om “compensatie”, nee ze vragen om een perspectief. Kan ik hier blijven wonen?
Daar waar mijn hart ligt. Kan dat ook veilig? Want dat laatste vz is iets wat verschrikkelijk moet zijn. Je niet meer veilig voelen in je eigen huis, je eigen straat of je eigen omgeving.
Voorzitter, ik ben dan weliswaar geen Groninger, maar als Zeeuw ken ik verhalen uit mijn omgeving.
In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 was de combinatie van zuidwester storm en springvloed de oorzaak van de grootste watersnoodramp in Nederland sinds 1570. Grote delen van Zeeland, de Zuid Hollandse eilanden en West Brabant liepen onder water en de gevolgen waren verschrikkelijk.
Tot op de dag van vandaag zijn er Zeeuwen, die de stormvloed hebben meegemaakt, die nog steeds het gevoel van onveiligheid hebben als er weer storm is. Dan slapen mensen slecht of helemaal niet en de beelden van die nacht komen weer terug. En dat is na een natuurramp van ruim 60 jaar geleden.
Wat wilden de Zeeuwen toen? Exact hetzelfde wat de Groningers nu willen. Geen geld, geen “compensatie”, maar veiligheid en een perspectief op veilig wonen. De oplossingen voor het veilig wonen waren er niet direct. 24 november 1953 was het laatste stroomgat dicht en de Oosterscheldekering werd op 4 oktober 1986 door toenmalig Koningin Beatrix geopend. 33 jaar na de ramp.
Het toekomstperspectief is nu van belang voor Groningen en daar gaan we niet mee wachten. De eerste stappen zijn gezet door dit Kabinet. De reducties op advies van het Staatstoezicht op de Mijnen worden opgevolgd. En nu neemt deze minister een nog verdere stap in het reduceren, door de winning van het gas volledig te beperken tot het niveau van leveringszekerheid. Uit de hoorzitting hebben we allemaal meegekregen dat minder winnen ook minder bevingen betekent. En dat er nog veel onzekerheden zijn omtrent precieze effecten en winningsscenario’s.
Met het uitgangspunt van 16,5 miljard m3 in net eerste half jaar is in ieder geval een stap gezet in de reductie van het winnen van gas. En daarmee hopelijk een eerste stap naar minder aardbevingen. Door de knip in het winningsjaar aan te brengen, dit idee hoorde ik van de VVD Groningen, heb je een nog beter beeld van wat er in een jaar aan de hand is. 1 Juli verwachten we van het SodM een nieuw rapport. Ik wil de minister vragen of hij daar meer aspecten in mee kan nemen dan alleen gaswinning en veiligheid. Ik zou graag zien dat de maatschappelijke effecten ook worden meegenomen. Hoe wordt de leefbaarheid van de omgeving meegenomen in dat rapport. Ik zat te denken aan een soort van maatschappelijke kosten baten analyse. Kan de minister daar een toelichting op geven?
Tijdens mijn gesprekken in Groningen werd het ook duidelijk dat het vertrouwen in bestuurders, de NAM en de rijksoverheid erg laag is. En dat begrijp ik. Als je het idee krijgt dat je niet gehoord wordt en dat er niks gedaan wordt met je zorgen en schade dan haak je af. Ik ben daarom blij dat de minister komt met een op afstand gezette centrale regie. Ik zou het bijna een Deltacommissaris willen noemen voorzitter. En dat schept vertrouwen. Want ik weet waar Zeeland op uitgekomen is. Datzelfde moet nu voor Groningen gaan gebeuren.
Naast het verder reduceren van de gaswinning, wat al is ingezet door minister Kamp, moet er doorgepakt worden op de leefbaarheid. Ook daar zijn middelen voor vrijgemaakt. Maar die moeten wel ingezet worden. Huizen moeten versterkt worden, opgeknapt worden en aardbevingsbestendig worden gemaakt. Maar Groningen moet niet in een bunkerlandschap veranderen. Is er genoeg ruimte voor innovatie en nieuwe ideeën? Is daar voldoende geld voor beschikbaar? Ik zag een idee voor een rubberdamwand in de grond rondom het dorp Rottum om de golfbeweging in de grond tegen te gaan. Wat wordt daarmee gedaan? Ik begreep dat verstevigingen vooral met grote staalprofielen moet. Kan dat niet met composiet-materiaal zowel op de muren als in de constructie? Welke innovaties ziet u als veelbelovend? Is er aansluiting bij onderzoeksinstituten en universiteiten om met deze problematiek aan de slag te gaan? Want zeker voor de vele monumentale boerderijen, huizen en borgen is maatwerk essentieel en is de monumentenwet soms knellend. Ziet de minister dat ook en welke ruimte krijgen bewoners van dit soort monumenten om, in alle zorgvuldigheid, die gebouwen te verbeteren?
Zowel Burgemeester den Oudsten van Groningen en Wethouder Joost van Keulen hebben mij het belang getoond van de stad Groningen als economische motor van Noord Nederland. Een stad die zijn zaakjes op orde heeft en ook niet de hand ophoudt, want alle wensen (ziekenhuis, rondweg, nieuwbouw) hebben zij in hun begroting opgenomen. Ik ben dan ook blij dat er overeenstemming is met bestuurlijk Groningen om de extra kosten bij bouw en aanpassing op te vangen.
Het is goed om te horen dat er een bestuurlijk akkoord ligt met de provincie en de getroffen gemeenten. Pas als iedereen dezelfde kant op gaat kunnen we echt het verschil gaan maken. Dat verschil is het perspectief waar we met Groningen naar toe willen. Een Provincie waar het goed en veilig wonen is en waar mensen willen werken, naar school gaan en genieten van de omgeving. Iedereen zal hier aan mee moeten werken en niet alleen de Groningers. Want de Groningers hebben Nederland nooit in de kou laten staan, nu mag Nederland de Groningers niet in de kou laten staan