Twijfelachtig jubileum: 20e keer geen goedkeurende verkaring EU-middelen - Hoofdinhoud
De Europese Rekenkamer heeft voor de 20e keer geen goedkeurende verklaring afgegeven over de besteding van de Europese middelen. Een hoogst twijfelachtig jubileum dat niet is uit te leggen aan de Nederlandse belastingbetaler, volgens VVD Tweede Kamerlid Aukje de Vries. De VVD is voorstander van een sobere begroting waarbij middelen rechtmatig en doelmatig worden besteed. In Europees verband moet Nederland hierop op alle mogelijke momenten blijven aandringen. De VVD vindt daarom dat Nederland tegen het goedkeuren van het jaarverslag van de EU moet stemmen.
Er zijn de afgelopen tijd wel kleine stapjes gezet als om verbeteringen door te voeren, maar het is nog onvoldoende! Er moet meer gebeuren en het moet sneller sneller. De VVD wil eerst resultaten zien, een veel lager foutenpercentage dan nu het geval is (4,7%). De VVD verwacht het nodige van nieuwe Eurocommissaris Georgieva die in de loop van 2015 komt met een programma “better spending”.
In Europees verband gaat geld op zoek naar projecten in plaats van andersom. Lidstaten proberen zoveel mogelijk gelden ‘binnen te harken’ zonder dat er wordt gekeken of het geld wel nuttig wordt besteed of naar de effecten wordt gekeken. Toegekende EU-subsidie is ook niet altijd noodzakelijk voor de uitvoering van een project (“buitenkanseffect”). Dit kan natuurlijk niet. De VVD wil dat Nederland dit punt gaat aanpakken.
De VVD wil dat er meer gekeken wordt naar de doelmatigheid van de besteding van het EU-geld. Daarmee mag de aandacht voor de rechtmatige besteding van dat geld echter geen ondergeschoven kindje worden. Een groot deel van de fouten wordt gemaakt bij de besteding van EU-middelen door de lidstaten zelf. De VVD is daarom voorstander van een verplichte Lidstaatverklaring, zoals Nederland die heeft. Andere EU-landen zijn hier nog niet voor te porren. Nederland moet hiervoor wel blijven pleiten.
De Europese Rekenkamer rapporteert op dit moment nog niet over de fouten per lidstaat. Dat zorgt ervoor dat geen enkel land en geen enkele minister zich verantwoordelijk voelt. Daarom wil de VVD toe naar landenspecifieke gegevens (“naming and shaming”), dit kan binnen de huidige verdragen. Dan kunnen lidstaten daarop aangesproken worden.
De VVD wil verder dat er meer sancties komen. Er zijn te weinig prikkels om fouten te vermijden. Lidstaten met een onacceptabel hoog foutenpercentage moeten financieel hard geraakt worden. Als stimulans zouden lidstaten die een nationale verklaring inleveren minder controle moeten krijgen vanuit Europa. De Europese Rekenkamer kan haar tijd dan besteden aan landen die minder goed werk leveren.
Vereenvoudiging van de vaak te gingewikkelde regelgeving voor EU-subsidies is van cruciaal belang. De Europese regelgeving is bijzonder complex en dat leidt tot hoge uitvoeringskosten en hoge foutenpercentage. Wat de VVD betreft wordt er ingezet op minder en betere regels in combinatie met strenge sancties bij verzuim, fouten of fraude. Dit past prima in het nieuwe EU-programma “better regulation”.
Ook Nederland kan zelf wat doen op dit punt. Bij EU-subsidies (zoals EFRO en ESF) in Nederland worden bijvoorbeeld verschillende aanbestedingsplafonds gehanteerd voor aanbestedingen, die lager liggen dan de Europese regels (kop op EU-regels). De VVD vindt dat drempels niet strenger moeten kunnen zijn dan Europa. Geen koppen op Europese regelgeving. Dit maakt het immers alleen maar ingewikkelder, en daardoor kunnen er makkelijk meer fouten worden gemaakt.