Waarom voert de minister mijn motie niet uit? - Hoofdinhoud
Naar aanleiding van een brief van minister Asscher vroeg ik om uitleg in een brief en in een debat.
Dit was de brief van de heer Asscher. Ik schreef er al eerder over: klik hier.
In de Kamer vroeg ik om een brief en een debat:
De heer Krol (50PLUS):
Mevrouw de voorzitter. U ziet mij hoogstzelden hier staan om een debat aan te vragen. Als ik het wel doe, moet er dus echt iets aan de hand zijn. Dat is er ook. Ouderen gaan er in dit land op achteruit. Uit de cijfers van dit kabinet zou echter blijken dat dat niet zo is. Hoe komt dat nu? Als je een 75-jarige van nu vergelijkt met een 75-jarige van tien jaar geleden, dan zijn er allerlei mechanismen waardoor de 75-jarigen van nu niet vergelijkbaar zijn met de 75-jarigen van toen en erop vooruitgegaan lijken te zijn. Als je echter de huidige positie van een 75-jarige vergelijkt met de positie die hij tien jaar geleden had toen hij 65 was, dan blijkt dat hij er wel degelijk op achteruit is gegaan. Diverse geleerden komen daarbij uit op een achteruitgang van 3% tot zelfs wel 17%. Daarover heb ik een motie ingediend. Daarin werd gevraagd om antwoorden binnen vier weken. Die antwoorden heb ik niet gekregen. Ik vind dat ongelooflijk, want dit wordt nu over de verkiezingen voor de Provinciale Staten heen getild. Ik ontvang graag zo snel mogelijk een brief over dit onderwerp, en ik wil het liefst dat er ook een debat over wordt gevoerd.
De voorzitter:
De minister van Sociale Zaken moet die brief schrijven?
De heer Krol (50PLUS):
Zeker voorzitter, en ik wil die brief nog deze week ontvangen.
De voorzitter:
De heer Krol vraagt steun voor een brief en een daaropvolgend debat.
De heer Van Vliet (Van Vliet):
Ik doe binnenkort mee aan de cursus rekenkunde voor Kamerleden. Ik nodig mijn collega de heer Krol uit om daaraan ook mee te doen.
De heer Krol (50PLUS):
Graag.
De heer Van Vliet (Van Vliet):
Ik heb zijn motie gesteund, dus ik steun ook het verzoek om een debat hierover.
De heer Madlener (PVV):
De PVV heeft die motie ook gesteund. Daarom steun ik ook dit verzoek.
De heer Ulenbelt (SP):
Ook mijn fractie sprak haar steun uit voor de motie. Het gaat hier om het niet uitvoeren van een aangenomen motie. Enkel en alleen al om die reden zou de hele Kamer als een leeuw moeten doorbijten en de heer Krol moeten steunen.
De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk):
Na deze woorden van de heer Ulenbelt rest mij alleen maar het uitspreken van steun voor dit debat.
De heer Van Weyenberg (D66):
Het kabinet heeft blijkbaar meer tijd nodig. Ik hoor graag per brief wanneer de antwoorden wel komen. Mijn fractie steunt het verzoek om een debat op dit moment niet.
Mevrouw Thieme (PvdD):
Als de regering de motie niet uitvoert, moet zij naar de Kamer komen.
Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Mijn fractie heeft de motie ook gesteund. Ik vind dus dat de heer Krol echt recht heeft op zijn antwoorden. Ik zou zeggen: doe een ultieme poging om die antwoorden misschien nog vandaag, of morgen, naar de Kamer te sturen.
Mevrouw Vermeij (PvdA):
Voor de goede orde zeg ik dat het hierbij gaat om een uitstelbriefje. Zulke briefjes krijgen we dagelijks. Ik vind dat er antwoorden moeten komen op de vragen die zijn gesteld. Die antwoorden komen iets later. Dat steun ik, maar ik steun niet het verzoek om een debat.
De heer Dijkgraaf (SGP):
Steun voor de brief, want mijn fractie wil ook graag weten waarom het wordt uitgesteld. Aan de hand van de inhoud van die brief zullen we bekijken hoe we hiermee verder moeten gaan.
De heer Van Ojik (GroenLinks):
Steun voor het verzoek van de heer Krol.
De heer Anne Mulder (VVD):
Het kabinet heeft een brief geschreven waarin staat waarom het wordt uitgesteld. Men wil wachten op de definitieve cijfers van het CPB. Dat lijkt mijn fractie ook logisch. De heer Krol heeft namelijk moeilijke vragen gesteld. Het kost tijd om daar antwoorden op te geven. Het kabinet wil daarvoor de meest recente cijfers gebruiken. Laten we daar dus even op wachten.
De voorzitter:
Mijnheer Krol, de hele Kamer is het met u eens dat er snel een reactie moet komen op uw motie, maar op dit moment hebt u nog niet de steun van een meerderheid van de Kamer voor het houden van een debat.
De heer Krol (50PLUS):
Dank u, mevrouw de voorzitter. Ik wil er nog even op wijzen dat de cijfers die binnenkort bekend worden gemaakt, over de toekomst gaan. Mijn vragen gaan over wat er in het verleden is gebeurd. Het argument van de VVD-fractie is dus niet valide.