Een kwestie van respect - Hoofdinhoud
De afgelopen zondagavonden heb ik gekeken naar de prachtige tv-serie ‘bloedbroeders’. In de documentaire verdiepen de Turks-Nederlandse journalist Sinan Can en de Armeens-Nederlandse acteur Ara Halici zich in de gebeurtenissen in het Ottomaanse rijk van precies 100 jaar geleden. Het mooie van de serie is dat deze niet alleen draait om de vraag of en hoe er genocide op de Armeniërs gepleegd is, maar laat zien dat de omgang met het verleden voor beide mannen een worsteling is. Nu en dan is de spanning tussen Sinan en Ara duidelijk zichtbaar, terwijl de twee op andere momenten - vooral wanneer de familiegeschiedenis even heel dichtbij komt - elkaar juist proberen te ondersteunen.
Vorige week werd ook in de Tweede Kamer gesproken over de gevoelige kwestie. Aanleiding was de aankomende herdenking die rond 24 april zowel in Nederland als in de Armeense hoofdstad Jerevan plaatsvindt. Het ging er soms stevig aan toe. Volgens de één is het een ‘gotspe’ wanneer de regering niet op het allerhoogste niveau bij de herdenkingen aanwezig is. Volgens de ander maakt een ieder die het woord genocide überhaupt in de mond durft te nemen zich schuldig aan ‘het uiteendrijven van gemeenschappen’. Ook na het debat ging de polarisatie door, met als dieptepunt een paar Kamerleden die via social media probeerden om collega-parlementariërs op basis van hun afkomst zwart te maken. Ik ken de emoties, maar schrok toch van dit weinig respectvolle gedrag.
Het is geen nieuwe discussie, ook niet voor de PvdA. In 2006 stelden Nebahat Albayrak en Frans Timmermans in een opinieartikel al dat het Nederlands debat over de Armeense genocide, en dan vooral over de precieze woordkeuze die daarbij gebezigd wordt, wat bizarre trekjes kan krijgen. Terwijl het juist de rol van politici moet zijn om bruggen te slaan en mensen tot elkaar te brengen. Terecht wezen zij er ook op dat het bepaald niet uniek is dat landen moeite hebben om de zwarte bladzijden uit de eigen geschiedenis onder ogen te zien. Wat te denken van ons eigen koloniale verleden? Natuurlijk, misstanden zijn niet te vergelijken, maar het niet willen erkennen van fouten uit het verleden is zeker niet alleen aan Turken voorbehouden.
In dit bijzondere herdenkingsjaar was ik uiteindelijk toch tevreden met de afloop van het Kamerdebat. Moties die de zaak verder op scherp poogden te zetten haalden het niet. Een andere motie die oproept om de toenadering tussen Turkije en Armenië een nieuwe impuls te geven en te streven naar verzoening kreeg wel brede steun. Met andere partijen sprak de PvdA-fractie daarbij de wens uit dat de aankomende herdenkingsbijeenkomsten bijdragen aan respect en acceptatie tussen betrokken gemeenschappen, ook in Nederland. Het klinkt ambitieus, maar wie de heftige, soms emotionele, maar altijd respectvolle gesprekken tussen Sinan en Ara op televisie heeft gevolgd, weet dat het kan. Dat dialoog ook echt tot wederzijds inzicht kan leiden. Laten er nog vele van dat soort gesprekken volgen.