De Griek moet het zeggen - Hoofdinhoud
De afgelopen maanden is de vraag vaak gesteld: Moet Griekenland uit de euro stappen? Mijn antwoord was steeds hetzelfde: daar gaan de Grieken zelf over.
Dat moment lijkt na dit weekend dichterbij te komen. Volgende week mogen de Grieken zich via een referendum uitspreken voor of tegen het bezuinigingsakkoord.
De Griekse economie is sinds het begin van de crisis ingestort. 25% van de welvaart is verdampt. Eén op de vier Grieken is werkloos en bij jongeren zelfs zes op de tien. Bikkelharde bezuinigingen - nog vele malen zwaarder dan in Nederland - hebben de zorg in Griekenland afgebroken. De armoedecijfers schieten hard omhoog, net als het aantal zelfmoorden.
Miljardenleningen hebben Griekenland de afgelopen jaren niet geholpen. Dat is niet zo gek. Europa heeft met het geld voor Griekenland namelijk vooral de eigen banken gered. Die zijn vervolgens weggetrokken uit het land en overheden hebben de schulden overgenomen. Ondertussen zijn de problemen niet opgelost. Want Griekenland kan pas uit de ellende komen als er perspectief komt. Een echte oplossing: minder rechtse hervormingen, minder belastingontduiking en meer hoop, optimisme én inkomsten, zodat de economie weer aan de praat komt.
Die hoop bieden Dijsselbloem en consorten niet. Sterker nog, in plaats daarvan krijgen de Grieken een nieuw bezuinigingsakkoord dat de samenleving, de publieke sector en de economie nog verder terugwerpt.
De crisis van dit weekend legt het fundamentele probleem van de euro bloot. Het is een strijd tussen Europese instituties die zich laten leiden door de financiële markten en een bevolking die vraagt om democratie en menselijke waardigheid. De strijd voor markt en munt komt in botsing met de Griekse strijd voor mens en democratie. De Griekse bevolking heeft gekozen voor een sociale koers, maar Brussel heeft lak aan verkiezingsuitslagen. Eerst de munt, dan de mensen. Zo gaat het in dit Europa.
Ik kan me de keuze van Tsipras goed voorstellen. Hij laat zich niet tegen de zin van zijn kiezers een bezuinigingsakkoord opleggen. Terecht laat hij zijn kiezers niet in de steek maar geeft hij ze juist een stem. Een referendum is dan een logische beslissing. Je zou wensen dat er in Brussel meer van zulke democraten en flink minder technocraten aan tafel zouden zitten.