Troonrede 1977 (volledige tekst)

In de integrale tekst van de troonrede 1977 is door de redactie structuur aangebracht, zodat u snel tussen de onderdelen kunt navigeren.

1.

Inleiding

Leden van de Staten-Generaal,

De lange duur van de kabinetsformatie, na een verkiezingsuitslag die toch door velen als duidelijk is ervaren, wekt onder de huidige omstandigheden begrijpelijke bezorgdheid. In afwachting van de totstandkoming van een nieuw kabinet is het niet mogelijk U nieuwe plannen voor te leggen betreffende het in de komende jaren te voeren beleid. 

Wel past een uiteenzetting van hetgeen het demissionaire kabinet in het belang van het Koninkrijk thans noodzakelijk acht. De regering beseft dat daarmede onzekerheden blijven bestaan omtrent tal van vragen - over werk, inkomen en welzijn die bij de mensen leven.

2.

Economie

Na een duidelijke opleving in 1976 vertoont de wereldeconomie opnieuw tekenen van stagnatie. In verscheidene landen neemt de werkloosheid weer toe en wordt de eerder verwachte economische groei, ondanks de afnemende inflatie, niet verwezenlijkt. 

Onmiskenbaar ondervindt onze uitvoer daarvan de weerslag, hetgeen nog wordt versterkt door de opgetreden waardestijging van onze munt. Ook in ons land ontwikkelt de werkloosheid zich sedert enkele maanden weer ongunstig.

Deze nieuwe terugval is des te ernstiger omdat na de diepe inzinking in 1974 en 1975 het economisch herstel nog lang niet was voltooid. Het eerder ontwikkelde beleid gericht op het overwinnen van structurele onevenwichtigheden in onze economie, zal moeten worden voortgezet en versterkt. 

Maar zelfs dan blijven in de eerst komende jaren de vooruitzichten somber voor velen die willen werken, maar daartoe niet de kans krijgen. De bestrijding van de werkloosheid zal ons aller inspanning en vindingrijkheid vergen.

Op korte termijn rust voor het verdere verloop van de wereldhandel een bijzondere verantwoordelijkheid op de landen met een sterke betalingsbalans. Ook ons land zal belangrijke maatregelen moeten nemen om de afzet te bevorderen. Anders zal het niet mogelijk zijn de beschikbare produktiecapaciteit weer volledig te benutten, de investeringen aan te wakkeren en de stijgende werkloosheid een halt toe te roepen. 

Onmisbaar daarvoor is het beperkt houden van kostenstijgingen. Dit moet in de huidige situatie ondersteund worden door verlichting van lasten en andere tijdelijke maatregelen ter vergroting van de bestedingen, zonder daarbij de grenzen van een verantwoord financieringstekort te overschrijden.

3.

Rijksbegroting

In de begroting van uitgaven en middelen voor 1978 is tegen deze achtergrond de structureel noodzakelijk te achten verhoging van belastingen tot minder dan de helft teruggebracht. Gezien zijn demissionaire karakter heeft het kabinet zich ervan onthouden nieuwe plannen te ontwikkelen voor het in de komende jaren te voeren uitgavenbeleid en zijn de beleidslijnen gevolgd die in de afgelopen jaren zijn getrokken. 

Aansluiting is gezocht bij de vorig jaar gemaakte afspraken. Zo voorziet de begroting weer in het besteden van 1 1/2 % van ons nationaal inkomen aan ontwikkelingshulp.

De toelichtingen op de U heden aan te bieden begroting voor 1978 beperken zich goeddeels tot een beschrijving van het tot op heden gevoerde beleid.

De regering volstaat thans met het voorstellen van enkele belastingmaatregelen, waarvan de voorbereiding om redenen van technische aard moeilijk langer kan worden uitgesteld. Tot die voorstellen behoort het overbrengen van gas, olie en kolen, mede met het oog op een zuiniger energieverbruik, van het lage naar het algemene BTW-tarief, evenals enige verhoging van de belasting op sigaretten.

De inflatiecorrectie op de tarieven van de loon- en inkomstenbelasting wordt op 80% bepaald. Enkele eerder genomen tijdelijke maatregelen in de sfeer van de belastingen, die ten doel hebben lasten evenwichtig te verdelen en de economische activiteit te bevorderen, zullen naar het oordeel van de regering ook volgend jaar van kracht kunnen blijven. 

Ondanks de vooronderstelde terughoudendheid bij verhoging van inkomens lijkt handhaving van de koopkracht van de modale werknemer niet onmogelijk met behulp van nog te nemen belastingmaatregelen en door de stijging van sociale premies tot het uiterste te beperken. 

4.

Werkgelegenheid

De vandaag beschikbaar komende cijfers over de ontwikkeling van de economie versterken de verwachting dat de werkloosheid zal toenemen. Dit vergt op korte termijn een nieuw pakket van stimuleringsmaatregelen. Over de samenstelling daarvan en over zijn uitwerking op de inkomensverdeling zal intensief overleg met de vakbeweging en de werkgeversorganisaties dienen plaats te vinden. 

In dit overleg zal met name ook de vraag aan de orde moeten komen, hoe een kader en een vertrouwenssfeer kunnen worden geschapen waarin afspraken over arbeidsplaatsen kunnen worden gemaakt. Het is niet in de laatste plaats met het oog hierop dat spoedige totstandkoming van een nieuw kabinet geboden is.

5.

Internationaal

De regering heeft de afgelopen maanden haar standpunten moeten en willen bepalen in het internationale overleg. In het kader van de wereldhandelsconferentie in Genève is zij opgekomen voor het behoud van de vrijheid in de wereldhandel juist nu vele landen met economische problemen hebben te kampen.

Verder acht zij het van het grootste belang dat spoedig een begin wordt gemaakt met het door de Amerikaanse president voorgestelde overleg over de gevaren verbonden aan het gebruik van kernenergie in alle fasen tegen te gaan.

Het uitblijven van oplossingen in het zuiden van Afrika leidt tot steeds grotere tegenstellingen. De onafhankelijkheid van Namibië, de totstandkoming van een meerderheidsregering in Rhodesië en de toenemende spanningen in Zuid-Afrika vragen snelle beslissingen om een einde te maken aan onaanvaardbare discriminatie en om een uitbreiding van het geweld te voorkomen. Daarom acht de regering besluitvorming van de Veiligheidsraad die ook economische dwangmaatregelen omvat gerechtvaardigd. 

Tezamen met onder meer de partners in de Europese politieke samenwerking zal Nederland zich inspannen voor een vruchtbare Oost-West-dialoog tijdens het overleg in Belgrado inzake de toepassing van de Slotakte van Helsinki. Daarbij zal het uitgangspunt moeten zijn dat alle bepalingen van de Akte moeten worden gerespecteerd. De regering hoopt dat het mogelijk zal zijn op deze grondslag te komen tot een ontspanning in de verhoudingen tussen Oost en West, die kan bij dragen tot de zo bitter noodzakelijke afremming van de bewapeningswedloop.

6.

Economisch perspectief

Het karakter van de economische moeilijkheden in de westerse wereld doet vermoeden, dat op langer zicht aanpassingen van onze maatschappelijke structuur, nationaal en internationaal, nodig zullen blijken. 

Terugkeer naar de snelle economische groei van de achterliggende decennia ligt niet in de lijn der verwachtingen. Voor grote aantallen van onze medeburgers lijkt deelneming in het arbeidsproces op de vertrouwde wijze niet te verwerkelijken. Gedachten over de verdeling van beschikbaar werk zullen gestalte moeten krijgen. 

Voor een heroriëntering van onze economische ontwikkeling op een zuinig omgaan met grondstoffen en energie en op behoud en verbetering van het milieu zijn de afgelopen jaren belangrijke aanzetten gegeven. 

7.

Beleid en samenleving

Onverschillig of het nieuwe kabinet getrokken beleidslijnen doortrekt, zullen op een breed terrein van onderwijs en welzijn, van volksgezondheid en milieubeheer, van bestuur en rechtsbedeling ingrijpende beslissingen genomen moeten worden. In de achter ons liggende periode zijn immers op al deze terreinen veranderingen op gang gekomen, die om uitwerking en voltooiing vragen.

De regering is bezorgd over bepaalde ontwikkelingen binnen de Zuidmolukse bevolkingsgroep en rondom de positie van deze groep in de samenleving. Alleen met erkenning van de verantwoordelijkheid van de overheid en van alle medeburgers, die zich hierbij betrokken weten, is het mogelijk te komen tot verdieping en verbreding van het zo noodzakelijke contact. Laat er wederzijdse verdraagzaamheid zijn en respect voor de beginselen van de rechtsstaat.

Een nota waarin lijnen voor het beleid op langere termijn worden geschetst, zal U spoedig worden aangeboden.

8.

Slot

Leden der Staten-Generaal,

Op tal van gebieden zijn voorstellen bij U aanhangig. Over de afhandeling daarvan zal in gemeen overleg moeten worden beslist. Vaststaat, dat veel inspanning van U zal worden gevraagd. 

U zult ongetwijfeld een belangrijk wetgevend program te behandelen krijgen, waarbij al Uw aandacht zal zijn vereist voor het nemen van ernstige beslissingen om onze economische en maatschappelijke moeilijkheden het hoofd te bieden.

Gesteld tegenover zo grote en verantwoordelijke taken die ons wachten, spreek ik de hoop uit dat wij allen tot de vervulling daarvan de kracht zullen ontvangen. 

Hiermee verklaar ik de zitting der Staten-Generaal geopend.

20 september 1977