Schriftelijk overleg MKB rentederivaten - Hoofdinhoud
De Autoriteit Financiële Markten heeft recent een rapport uitgebracht over MKB rentederivaten. VVD Tweede Kamerlid Aukje de Vries is teleurgesteld over de voortang van de herbeoordeling van rentederivaten bij niet-professionele MKB-ondernemingen door banken. Het is de banken niet gelukt om eind 2014 de herbeoordeling van alle kwetsbare klantgroepen afgerond te hebben. Banken moeten wat de VVD betreft de herbeoordeling snel en adequaat afronden en indien nodig snel adequate oplossingen bieden aan de MKB’ers.
Schriftelijk Overleg MKB rentederivaten
Inbreng schriftelijk overleg van het lid Aukje de Vries (VVD) ten aanzien van het AFM-rapport Herbeoordelingen door banken van rentederivaten bij niet-professionele MKB-ondernemingen (activiteitennummer 2015A01614)
De leden van de VVD-fractie hebben met teleurstelling kennis genomen van de voortgang van de herbeoordeling van rentederivaten bij niet-professionele MKB-ondernemingen door banken. Het is de banken niet gelukt om eind 2014 de herbeoordeling van alle kwetsbare klantgroepen afgerond te hebben. Banken moeten wat de VVD betreft de herbeoordeling snel en adequaat afronden en indien nodig snel adequate oplossingen bieden aan de MKB’ers. De kwaliteit van de herbeoordeling staat natuurlijk voorop, maar dat hoeft niet ten koste te gaan van snelheid, want ondernemers hebben snel recht op duidelijkheid. Als er sprake is van niet passende informatie en adviezen door banken richting het MKB, dan moeten de banken passende oplossingen aanbieden. Als daardoor (financiële) schade is ontstaan, dan moet die vergoed worden door de banken.
De leden van de VVD-fractie vinden het een gemiste kans en zeer, zeer teleurstellend dat de betrokken banken niet vrijwillig akkoord zijn gegaan met het noemen van naam en toenaam in dit dossier. Ook al omdat er behoorlijke verschillen bestaan tussen de banken volgens de AFM. De goede lijden dus onder slechte. Het noemen van naam en toenaam zou bij kunnen dragen aan het herstel van vertrouwen in de banken. En bovendien een prikkel en een stimulans kunnen zijn voor kwaliteitsverbetering voor de banken. De VVD is een groot voorstander van naming & shaming, ofwel het met naam en toenaam noemen van de betrokken banken. De VVD vraagt de minister daarom om de betrokken banken nog eens zelf met klem te verzoeken om wel vrijwillig akkoord te gaan met het noemen van naam en toenaam in de eerstvolgende rapportage. Is de minister daartoe bereid? De VVD roept de betrokken banken met klem op om vrijwillig akkoord te gaan. De VVD-fractie heeft over naming & shaming in april 2015 ook schriftelijke vragen gesteld aan de minister om het gebruik van naam en toenaam door de AFM meer en ruimer mogelijk te maken. De VVD gaat er vanuit dat de schriftelijke vragen hierover voor of uiterlijk tegelijk met het verslag van dit schriftelijk overleg worden gegeven.
De AFM zal in de loop van 2015 nader rapporteren over de uitkomsten van de herbeoordeling. Wat zal inhoud van deze rapportage zijn, aangezien de banken pas eind 2015 alle herbeoordelingen en oplossingen afgerond hebben? De leden van de VVD-fractie willen weten wanneer dit rapport in 2015 precies gereed is. De VVD wil het rapport graag uiterlijk medio 2015 ontvangen, aangezien alle banken de herbeoordeling van de kwetsbare klantengroepen in het eerste kwartaal van 2015 hebben afgerond. Kan de minister toezeggen dat het rapport uiterlijk medio 2015 naar de Tweede Kamer gaat en daarin ook uitgebreide informatie in opgenomen is over de geboden oplossingen aan het MKB?
In 43% van de per 31 december 2014 gerapporteerde gevallen zijn er door de banken wel bevindingen gevonden in de dossiers van MKB’ers over rentederivaten. In hoeveel van deze gevallen ging het om gebrekkige informatieverstrekking? In hoeveel van deze gevallen ging het om onvolledige dossiervorming? In hoeveel gevallen is er sprake van niet-passend advies of ongeschikte dienstverlening? In hoeveel gevallen is er al een oplossing geboden en zo ja welk type oplossingen (o.a. financiële compensatie)?
De leden van de VVD-fractie lezen in het AFM-rapport dat de optie van onafhankelijke reviewers voor de herbeoordeling nadrukkelijker in beeld kan komen als er opnieuw twijfel ontstaat over de kwaliteit van de herbeoordeling. Wanneer zou dit het geval kunnen zijn?
De AFM is van mening dat klanten uiteindelijk allemaal een schriftelijke bevestiging moeten krijgen van de uitkomsten van de herbeoordeling van hun derivaat of derivaten. In hoeverre moet er in deze brieven ook worden opgenomen welke mogelijkheden MKB’ers hebben als ze het niet eens zijn met de herbeoordeling of de oplossing? De VVD vindt dat de MKB’ers ook over deze mogelijkheden duidelijke informatie moeten krijgen.
De AFM beraadt zich nog op de exacte invulling van de herbeoordeling van de contracten die tussen januari 2012 tot april 2014 (voortijdig) zijn beëindigd. Welke invulling staat de AFM voor ogen? Welke afspraken zijn daarover gemaakt door de AFM met de banken? Wat zijn de financiële gevolgen voor een ondernemer van een derivatencontract dat gedwongen moet worden beëindigd door bijvoorbeeld een faillissement van de ondernemer?
De VVD wil dat álle herbeoordelingen ook echt uiterlijk eind 2015 afgerond zijn door de betrokken banken, en dat er waar nodig ook voor dat tijdstip oplossingen zijn geboden. De leden van de VVD-fractie lezen dat de AFM de mogelijkheid tot handhaving bij overtredingen heeft. Welke handhavinginstrumenten kan de AFM wanneer inzetten?
Zijn de “embedded derivaten”, waarbij een rentederivaat is verwerkt in een lening of een deposito, ook meegenomen in de herbeoordeling door de banken? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe?
De leden van de VVD-fractie lezen dat geen van de banken MKB’ers de verplichting tot het storten van onderpand in de vorm van contacten opleggen (zogenaamde “cash margins”). In hoeverre worden er door de banken wel andere vormen van extra onderpand gevraagd bij ondernemers met derivaten met een negatieve waarde? In hoeverre worden er wel extra risico-opslagen op de leningen gehanteerd door de banken bij ondernemers met derivaten met een negatieve waarde?
Gedurende de looptijd vergelijken banken de actuele marktwaarde met het bedrag van de limiet. Als de actuele (negatieve) marktwaarde de limiet dreigt te overschrijden, kunnen banken de derivatenlimiet verhogen. In hoeveel % van de gevallen doen de banken dit? De banken geven aan dat zij dit in verreweg de meeste gevallen doen zonder aanvullende zekerheden te vragen. In hoeveel van de gevallen gebeurt het mét en zónder zekerheden te vragen door de betrokken banken?
Hoeveel MKB’ers zitten inmiddels bij de banken in een klachtenprocedure over de rentederivaten? Het Kifid is tijdelijk open gesteld voor MKB’ers met klachten over rentederivaten. Hoeveel klachten heeft het Kifid op dit moment in behandeling?