Doorbraak: Timmermans wil meewerken aan beter inzicht in invloed lobbyisten op wetgevingsproces - Hoofdinhoud
Op 2 mei vond in het Europees Parlement een druk bezochte bijeenkomst plaats over de invoering van een verplicht transparantieregister. SP-Europarlementariër Dennis de Jong was een van de sprekers: ‘Een transparantieregister gaat alleen werken als zowel de Europese Commissie als het EP op hun websites aangeven welke lobbyisten invloed hebben gehad op nieuwe wetgeving. Alleen zo kun je de informatie die lobbyisten in het register zetten, goed controleren. Je krijgt dan: check, double-check.’
Eurocommissaris Timmermans reageerde hier tijdens de bijeenkomst positief op: ook hij vindt dat de burger recht heeft op deze informatie. De Jong: ‘Het is voor het eerst dat de Commissie zich zo duidelijk uitspreekt. Ik reken er dan ook op dat voor duistere lobbyactiviteiten - zoals onlangs nog van de automobielindustrie - straks geen plaats meer is.’
De Jong pleit al jaren voor deze zogeheten ‘legislative footprint’. Het aantal lobbyisten in Brussel, met name vanuit de grote bedrijven, is ongekend. Zij hebben een grote, maar moeilijk te achterhalen invloed op de uiteindelijke wet- en regelgeving die in Brussel wordt aangenomen. Weliswaar registreren deze lobbyisten zich over het algemeen in het Transparantieregister, maar daarmee is nog niet duidelijk wat er wordt besproken en wat er met de inbreng van deze lobbyisten wordt gedaan.
Na afloop van de bijeenkomst overhandigde Dennis de Jong, als voorzitter van het netwerk van Europarlementariërs voor transparantie, een plaquette aan Timmermans met daaarin gegraveerd een uitspraak van de Amerikaanse activist Michael Moore: ‘Openness, transparency; these are among the few weapons the citizenry has to protect itself from the powerful and the corrupt.’ De Jong: ‘Het is positief dat Timmermans zich inzet voor transparantie. Als netwerk hopen we dat de tekst hem zal inspireren om ook in de komende tijd door te pakken, zodat we snel niet alleen een verplicht transparantieregister, maar ook een ‘legislative footprint’ zullen hebben.’