Eerlijke kleding - Hoofdinhoud
Maandag hebben meer dan 60 bedrijven een convenant ondertekend, waarbij ze beloven alleen nog maar eerlijke kleding te zullen verkopen. Kleding gemaakt onder fatsoenlijke omstandigheden voor een leefbaar loon. En het goede nieuws is, dit convenant wordt niet alleen getekend door bedrijven die kleding maken voor mensen met een dikke beurs, maar ook door bedrijven voor mensen die verstandig met hun geld om moeten gaan.
Ik was een paar maanden minister toen op 24 april 2013 een acht verdiepingen tellend gebouw Rana Plaza in elkaar zakte in Bangladesh. Een fabriek waar ze kleding maakten voor de Europese markt. Het drama was bizar. Een gebouw onwaardig om in te werken was zo gammel geworden dat het instortte. 1134 mensen kwamen om en meer dan tweeduizend mensen raakten zwaargewond. Niet veel later ging ik op bezoek in Bangladesh en sprak met de nabestaanden en de mensen die de ramp overleefden. Hun verhalen waren zo heftig dat ze bijna niet na te vertellen waren. Maar het was nodig om deze verhalen te vertellen, want de wereld moest weten dat het zo niet langer kon.
Deze mensen vertelden mij dat ze al dagen bang waren dat er iets zou gebeuren. De scheuren in het gebouw waren met het blote oog waarneembaar, maar elke dag werden zij gedwongen om te komen. Want niet komen zou direct ontslag betekenen. En ontslag betekent geen loon en geen loon betekent niks te eten. Met de angst in hun lijf gingen deze mensen dus aan de slag. Tot de scheuren nog groter werden en het trillen begon, de ramp voltrok zich. Sommige mensen waren op slag dood anderen hebben misschien nog uren en dagen geleefd en verloren toen pas het leven. Sommige mensen konden worden gered en moesten verder zonder arm of been, verloren en achtergelaten in het puin. Een ramp voltrok zich en de wereld wist, dit kan zo niet langer.
Sindsdien heeft Nederland niet stil gezeten. We hebben geholpen om meer inspecteurs te lenen, er is met hulp van velen een compensatiefonds gekomen, maar vandaag zetten we weer een goede stap. Want ongelukken zoals Rana Plaza willen we nooit meer meemaken. Maar als Nederlandse overheid kunnen we dit natuurlijk niet oplossen, daarvoor moeten de consumenten en de bedrijven meewerke. Na Rana Plaza lieten de consumenten zich horen. De liefste briefjes kreeg ik van soms nog maar 14-jarige meisjes die zich afvroegen hoe ze konden voorkomen dat ze kleding kochten dat gemaakt was in fabrieken zoals Rana Plaza. En ook de winkels merkten dat. Het produceren van kleding zonder normbesef hoort niet meer thuis in 2016.
Daarom ben ik blij dat maandag meer dan zestig bedrijven een convenant ondertekenden waarbij ze beloven vanaf nu of anders binnen vijf jaar er voor te zorgen dat ze alleen nog eerlijke kleding zullen verkopen.