Samenwerken om kindermishandeling te voorkomen - Hoofdinhoud
Kindermishandeling is verschrikkelijk, maar toch zit in iedere schoolklas gemiddeld één kind dat mishandeld wordt. In Nederland zijn 120.000 kinderen per jaar slachtoffer van kindermishandeling. We mogen niet wegkijken, maar moeten de signalen die er zijn oppakken. Want dan kan er worden ingegrepen en erger worden voorkomen. Want deze kwetsbare kinderen verdienen onze zorg en hulp.
Scholen en leraren zien hun kinderen vanzelfsprekend iedere dag. Zij zijn ook de eerste die aanvoelen dat er iets niet pluis is. Het is van cruciaal belang dat ze dan melding maken van deze signalen bij Veilig Thuis, de organisatie die belast is met het signaleren en voorkomen van kindermishandeling.
Maar dit gaat helaas nog lang niet altijd goed. Leraren worden soms niet serieus genomen of horen nooit terug wat er met hun melding is gedaan. En als ze bellen krijgen ze telkens iemand anders aan de telefoon. Dat moet anders. Leraren moeten horen wat er met hun melding gedaan is en ze moeten een vast contactpersoon hebben waar ze terecht kunnen met hun zorgen. Leerkrachten en docenten moeten zich gesteund voelen door Veilig Thuis. Daarom heb ik samen met mijn collega Marith Volp vragen gesteld aan de staatssecretaris en wil ik dat het kabinet ervoor zorgt dat leraren serieus genomen worden, terughoren wat er wordt gedaan met de melding en een contactpersoon krijgen.
Door samen te werken met scholen, leerkrachten en Veilig Thuis kunnen we kindermishandeling zo vroeg mogelijk ontdekken en erger voorkomen. Docenten hebben de expertise van jeugdbeschermers nodig en jeugdbeschermers de expertise van docenten. Zodat we er gezamenlijk voor kunnen zorgen dat ieder kind veilig en gezond kan opgroeien.