Meer diversiteit in top bedrijfsleven hard nodig - Hoofdinhoud
Divers geleide bedrijven functioneren aantoonbaar beter dan bedrijven waar het bestuur uit louter -vaak oudere - mannen bestaat. Diversiteit is overigens veel breder dan alleen sekse: ook expertise, leeftijd en achtergrond verrijken een bedrijf. Meer diversiteit is daarom hard nodig in de bestuurskamers van grote ondernemingen. Daarom is het zo teleurstellend dat de commissie die vandaag een nieuwe code voor goed ondernemingsbestuur presenteert, hier weinig aandacht voor heeft. Een enorme gemiste kans.
Nederland loopt achter bij het behalen van de diversiteitsdoelstellingen die zijn vastgelegd in de wet. Minimaal 30% van de top zou vrouw moeten zijn, dat is nu een schamele 7,1 procent. De gepresenteerde code voor goed bestuur besteedt wel woorden aan het belang van diversiteit, maar koppelt er geen daden aan. In de code had men er bijvoorbeeld ook voor kunnen pleiten om bij bedrijven die niet aan de code voldoen te eisen dat minimaal 1 op de 2 nieuwe benoemingen een vrouw betreft. De PvdA gaat verder en is voorstander van een wettelijk quotum. Dat gaat ver. Maar blijkt helaas hard nodig.
Een andere gemiste kans is het niet maken van eenduidige, heldere keuzes om het ondernemingsbestuur fundamenteel te vernieuwen en verbeteren. Op het gebied van diversiteit, maar ook voor wat betreft het afkomen van korte termijn aandeelhouders-hijgerigheid en top beloningen.
Het belang van de lange termijn blik wordt weliswaar sterk onderschreven, maar welke maatregelen zijn opgenomen? Veel te weinig. Zo kiest men in de code voor goed bestuur er niet voor af te stappen van het publiceren van kwartaalcijfers, zodat de focus wordt verlegd van de korte termijn naar lange termijn-doelstellingen. Niet de korte termijn winst van aandeelhouders is het ondernemingsdoel, maar de rol die een bedrijf speelt voor klanten, maatschappij en werknemers.
Ten opzichte van eerdere voorstellen is er gelukkig voor gekozen commissarissen niet meer toe te staan om aandelenpakketten te nemen. Dit is belangrijk, omdat juist zij, zie nu ook bij PostNL, een cruciale rol spelen bij strategische beslissingen die cruciaal zijn voor de toekomst van het bedrijf. Commissarissen moeten dan geen eigen financieel belang hebben. En zeker niet het belang van aandeelhouders voorop stellen. Juist de positie van werknemers staat dan vaak onder druk. Commissarissen dienen in ons Rijnlandse model alle belangen, we moeten niet overgaan naar de Angelsaksische focus op de korte termijn.
Ten derde de beloningen. De afgelopen jaren zijn die uit het lood geslagen. Nederland doet tegenwoordig mee in de top van Europa als het om top beloningen gaat. De verhouding tussen beloningen van de gemiddelde werknemer en de top is absurd. Toplieden verdienen in Nederland 5,8 maal het gemiddelde salaris, in de financiële sector is dit zelfs 13,4 keer. Het minimumloon op jaarbasis werd door de top 100 in 1990 in twee weken verdient, recentelijk deden ze er nog maar drie dagen over om dit jaarinkomen te verkrijgen.
Deze verhoudingen zouden een belangrijk criterium moeten zijn in de beoordeling van de beloning van de top. Ook de variabele beloningen moeten verder worden beperkt. Maximaal 20 procent variabele beloning is een goed uitgangspunt. En de invloed van werknemers moet worden vergroot. Alleen zo kan de trend naar hogere beloningen voor de top, maar beknibbelen op arbeidsvoorwaarden van werknemers worden gekeerd.
De nieuwe code voor goed bestuur bijt dus niet door. Terwijl dit wel hard nodig is. Daarom is het aan de politiek om dat nu wel te doen.