Burgerschap op school - Hoofdinhoud
“Wat heb je nu aan levensbeschouwing of maatschappijleer? Daar heb je later toch niks meer aan?” Dat vroeg een vader zich tot mijn stomme verbazing af. “Want bij welk beroep wordt daar nog naar gevraagd?” Ik kan alleen maar concluderen dat de persoon in kwestie een wel heel krappe opvatting van onderwijs en opvoeding heeft. Onderwijs is meer dan een voorbereiding op werk. Of zou dat moeten zijn.
Een school is meer dan een leerfabriek waar kinderen binnen de kortst mogelijke tijd worden klaargestoomd voor een diploma. Zo zie ik dat tenminste. Een school is een waardengemeenschap waar jonge mensen begeleid worden in hun groei tot volwassen democratische burgers. Ik vind een overdreven nadruk op vakken die zogenaamd ‘nuttig’ zijn, niet alleen jammer. Ik vind het ook zorgelijk.
Dat we met zijn allen vreedzaam samen leven is niet zo vanzelfsprekend. Het besef dat er naast het individuele belang ook nog zoiets bestaat als een groter, gemeenschappelijk belang is dat ook niet. Natuurlijk leren kinderen dat (als het goed is) vooral van hun ouders. Maar ook het onderwijs heeft een belangrijke rol. Scholen zijn verplicht werk te maken van burgerschap. En dat is maar goed ook.
Zouden ze bestaan? Leerkrachten die hun rol niet groter vinden dan het geven van instructie of het bieden van examentraining? Die werkelijk vinden dat een instructiefilm op Youtube van even grote waarde is als een les? Ik denk het niet. Sinds Plato en Socrates weten we dat goed onderwijs plaats vindt in werkelijk contact tussen leerlingen en leermeesters. En zijn er echt veel ouders die denken dat opvoeden gelijk staat aan te eten geven? Vast niet. Opvoeden is meer dan voorbereiden op werk. Binnen het onderwijs en zeker ook thuis.