Grenzen stellen

Met dank overgenomen van W.P.H.J. (René) Peters i, gepubliceerd op woensdag 7 juni 2017.

De Tweede Kamer is geen onneembare vesting. We doen veel moeite om zo transparant en gastvrij mogelijk te zijn. Zo verzorgt het CDA jaarlijks voor zo’n 8000 mensen rondleidingen. Vaak spreken die groepen ook een halfuur met een kamerlid. Dat is geweldig om te doen. En soms geeft zo’n gesprek stof tot nadenken.

Af en toe word ik ook uitgenodigd om te spreken met bijvoorbeeld een schoolkas. Meestal zijn de jongeren goed voorbereid. En vrijwel altijd zijn ze zeer geïnteresseerd. Heel af en toe zijn leerlingen afgeleid. En spelen bijvoorbeeld met hun mobiele telefoon. Zo ook een tijdje geleden.

Tijdens een interessant gesprek met een klas, zat een leerlinge opzichtig een spelletje te spelen op haar telefoon. Leerlingen stootten elkaar aan. “Moet je zien wat zij aan het doen is.” De docent zag het natuurlijk ook. Maar deed niets. Een minuut of vijf later speelden meer kinderen met hun telefoon.

Na de les kwam de docent naar me toe. Hij gaf me een hand en complimenten. “De klas was rustig en geïnteresseerd. En dat is op het einde van een lange dag geen vanzelfsprekendheid.” Ik vroeg hem of hij had gezien dat de leerlinge met haar telefoon speelde. Ja dat had hij. En of hij had gemerkt dat dat andere leerlingen ook was opgevallen?

“Het zijn pubers he. En bovendien van de Havo. Die doen dat soort dingen.” Pardon? Alsof pubers van de Havo wilde dieren zijn die hun driften met enige moeite niet zouden kunnen beheersen. En of de docent geen leider is. Maar een onmachtige kurk, willoos drijvend op de oceaan die onderwijs heet. En die opmerking over havisten is gewoon een belediging.

Als je als docent ziet dat een leerling iets doet wat niet de bedoeling is, en alle leerlingen zien dat je er niets van zegt, wat heb je ze dan geleerd? Dat het vertoonde gedrag prima door de beugel kan. Dat het in dit geval normaal is om tijdens een gesprek in de Tweede Kamer spelletjes te spelen op je telefoon. De docent had in een ding gelijk. Pubers zijn pubers. Maar het is de dure taak van een docent om de norm te stellen. Stof tot nadenken voor deze docent.