Weeklog: De strijd brandt los over de rechten van consumenten

Met dank overgenomen van C.D. (Dennis) de Jong i, gepubliceerd op zondag 27 augustus 2017.

Al jaren probeert de Europese Commissie te komen tot één consumentenrecht in de gehele Europese Unie. Als je dan iets koopt van een bedrijf in een andere lidstaat, weet je precies waar je aan toe bent. Toch hebben consumentenorganisaties twijfels. Geen wonder: voor Nederlandse consumenten dreigt bij de huidige voorstellen bijvoorbeeld een inperking van de garantietermijn, een verslechtering dus. De oplossing is simpel: een minimumbescherming op Europees niveau vastleggen, maar landen wel de mogelijkheid geven extra beschermende maatregelen te nemen, als daar aanleiding toe is. Dat is echter tegen het zere been van de grote bedrijven: zij willen én minder bescherming én overal dezelfde wetgeving. Maar wie het onderste uit de kan wil, krijgt het lid op de neus. Ik hoop dat dat hier ook geldt.

Stel, je koopt een koelkast. Op dit ogenblik heb je dan in Nederland garantie voor de te verwachten levensduur. Die ligt, afhankelijk van de kwaliteit, tussen de 6 en 15 jaar. In de voorstellen die nu op tafel liggen, zou de garantie teruggebracht worden tot 2 jaar. Dat is dikke winst voor de leverancier, want die zal rap tegen betaling aanvullende garantie geven (of een zogenaamd ‘servicecontract’, dat vaak op hetzelfde neerkomt). Zo niet, dan zet je een premie op koelkasten die snel kapotgaan: na 2 jaar is de leverancier dan overal van af, en maakt het voor hem niet meer uit of de koelkast nog werkt of niet, zelfs als hij bij verkoop gezegd heeft dat de koelkast zo’n 10 jaar moet kunnen meegaan.

De hele discussie is op gang gekomen, doordat de Commissie een voorstel heeft gedaan voor een wet die de rechten van consumenten bij internetaankopen moet regelen. Juist omdat die steeds vaker ook over de grens gedaan worden, is dat op zich te begrijpen. Maar als de detailhandel graag meer over de grens wil verkopen, dan moet die er ook mee leren leven dat dan de wetgeving wordt overgenomen uit de lidstaten die op dit ogenblik de beste consumentenbescherming kennen. Wat de garantie op producten betreft, is het criterium van de verwachte levensduur voor de consumenten het beste. Maar daar hebben veel bedrijven geen zin in: die nemen liever de wetgeving uit lidstaten over die bijvoorbeeld maar 2 jaar garantie kennen.

De discussie wordt nog belangrijker, omdat in het Europees Parlement de meeste politieke fracties de rechten bij internetaankopen en die bij aankopen in de winkel gelijk willen trekken. Dan is dus het hele consumentenrecht hiermee geregeld. Terwijl aankopen in een winkel natuurlijk veel meer plaatsgebonden zijn: je zult zelden een koelkast op vakantie in Cyprus kopen en hem vervolgens laten leveren. Voor de SP is het belangrijk dat we in Nederland de vrijheid houden onze consumentenwetgeving aan te passen, zoals wij dat willen. Laat de EU maar een garantietermijn van 2 jaar overeenkomen, maar dan moet dat wel een minimumtermijn zijn, zodat we in Nederland gewoon garantie houden zoals dat nu is. In Brussels jargon: geen maximumharmonisatie maar minimumregels. Het zal een spannende strijd worden, maar ik zit in de interne marktcommissie van het EP eerste rang, en ga onze consumenten natuurlijk niet in de kou laten staan.