Vragen over zeehonden kijken op de Wadden - Hoofdinhoud
Het ministerie van Economische Zaken lijkt een einde te willen maken aan de zeehondentochten in de Waddenzee. Het besluit hierover moet nog definitief genomen worden. De VVD vindt dat dit soort toeristische activiteiten mogelijk moeten blijven in het Waddengebied. Daarom stelden Aukje de Vries en Helma Lodders vragen onder andere om er op aan te dringen dat ondernemers en eilandbestuurders meer bij het hele traject betrokken worden.
Schriftelijke vragen van de leden Aukje de Vries en Lodders (beiden VVD) aan de ministers van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van de berichten “Onvrede over afsluiting zandbanken in Waddenzee” in het Friesch Dagblad d.d. 29 augustus 2017, “Zeehonden krijgen privacy” in de Telegraaf d.d. 30 augustus 2017 en “Zeehondenboot moet stoppen, robben hebben rust nodig” in EenVandaag 30 augustus 2017? Wat vindt u van deze berichten?
Vraag 2
Wanneer wordt er eventueel een besluit genomen over het afsluiten van de zandbanken en/of over het instellen van vaarverboden? Wat wordt bedoeld met “het afsluiten van de zandbanken”?
Vraag 3
Waarom worden deze maatregelen voorgesteld? Op basis van welke onderzoeken en overwegingen wordt het voorstel gedaan c.q. wordt het besluit genomen om zandbanken af te sluiten dan wel vaarverboden in te stellen en welke analyse ligt daaraan ten grondslag? Wat is de ontwikkeling van het aantal zeehonden in de afgelopen jaren in de Waddenzee geweest?
Vraag 4
Welke andere mogelijkheden en oplossingen zijn er (bijvoorbeeld meer handhaving of nadere afspraken), want de directeur van de Waddenvereniging heeft in EenVandaag van 30 augustus jl. en op de website van de Waddenvereniging gepleit tegen het sluiten van gebieden voor zeehondentochten (“Het is jammer dat lokale ondernemers en wadvaarders die zich netjes aan de regels houden hier de dupe van worden. Wat je wil is de mensen die dat niet doen worden aangesproken en dat daarmee afspraken worden gemaakt die moeten worden nageleefd.”)?
Vraag 5
Welke handhaving heeft er de afgelopen jaren plaats gevonden met betrekking tot verstoring? Welke mogelijkheden zijn om er te handhaven? Hoeveel inzet is er geweest qua handhaving? Klopt het dat er weinig tot geen handhaving heeft plaats gevonden?
Vraag 6
Welk overleg heeft er de afgelopen periode plaats gevonden met betrokken partijen, zoals ondernemers, de eilandbestuurders en de Waddenvereniging over het probleem en het voorstel? Zo ja, wat is daar uit gekomen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Hoe worden eilandbestuurders, ondernemers op de eilanden en andere betrokken partijen betrokken bij het (komende) besluitvormingsproces? Hoe kijken de ministers aan tegen de onvrede van de zeehondentochtaanbieders? Bent u bereid om voorafgaand aan een eventueel besluit in overleg te gaan met de betrokken partijen? Zo nee, waarom niet?