Meer kinderen in de zware jeugdzorg

Met dank overgenomen van W.P.H.J. (René) Peters i, gepubliceerd op maandag 18 september 2017.

Steeds meer kinderen kloppen aan bij de gemeente voor jeugdzorg. En dat terwijl het jaarbudget al bijna op is. Dat blijkt uit een onderzoek van de NOS onder 288 gemeenten. Gemeenten geven in een vragenlijst aan dat ze serieus in de problemen dreigen te komen.

Volgens de NOS geven gemeenten verschillende redenen waarom ze geld tekort komen. Misschien komt het doordat de wijkteams beter signaleren? Dat is onwaarschijnlijk omdat de meeste doorverwijzingen nog steeds via de huisarts gaan. Misschien komt het doordat aanbieders zwaarder indiceren omdat de tarieven onder druk staan? Veel gemeenten geven aan nog te onderzoeken wat de reden is. Dat lijkt me inderdaad het meest verstandig. Het blijft anders toch bij speculeren.

Een deel van de gemeenten schrijft dat de sociale problematiek van kinderen toe lijkt te nemen. Dat komt door schulden bijvoorbeeld. Of door problemen op het gebied van verslaving, huisvesting, zorg, werk en inkomen. Ik vermoed dat daar een grote kern van waarheid in zit. Een probleem is een klein probleem. En bijna altijd handel- of oplosbaar. Echte problemen komen nooit alleen. Helaas.

Je maakt mij niet wijs dat kinderen in Nederland structureel veel meer problemen hebben dan kinderen uit de ons omringende landen. Ook al blijkt uit de statistieken dat dit wel zo is. Maar ik kan me wel voorstellen dat we (opvoed)problemen die ontstaan zijn uit stress rond bijvoorbeeld schulden of een dreigende uithuisplaatsing, proberen op te lossen via jeugdzorg. Terwijl een integrale aanpak eigenlijk noodzakelijk is.

Hoe groot het financiële probleem werkelijk is, blijkt niet uit de antwoorden op de vragenlijst van de NOS. Als de tekorten op jeugdzorg gedekt worden uit overschotten op andere terreinen binnen het sociale domein, valt het misschien nog mee. Maar gemeenten gaan hoe dan ook proberen die tekorten naar beneden te brengen. Je hoeft niet te hebben gestudeerd om dat te kunnen bedenken.

Sommige gemeenten gaan proberen in te zetten op lagere tarieven door scherper aan te besteden. Anderen maken afspraken met aanbieders om een innovatiever zorgaanbod te krijgen. Weer anderen zetten in op preventie. En hopen dat een investering op korte termijn, op de lange termijn geld oplevert. Een enkele gemeente zal proberen te sturen op aantallen, door patiëntenstops of toenemende wachtlijsten. Het zal niet of onvoldoende helpen.

Er valt over de transitie in de jeugdzorg en over de verdeling van middelen veel te zeggen. Maar niemand gelooft dat kinderen in Nederland structureel veel meer hulp nodig hebben dan in de rest van de wereld. Waar de groei van zware jeugdzorg die gemeenten signaleren dan ook echt vandaan komt, moet nog blijken. In de tussentijd zou ik mijn geld investeren in een integrale aanpak van alle problemen binnen een gezin. Want ik vraag me af of een kind dat opgroeit in een gezin met schulden, inkomens- woon en gezondheidsproblemen, wel echt geholpen is met jeugdzorg.