Weeklog: De EU heeft dringend bemiddelaars nodig voor behoud van de rechtsstaat

Met dank overgenomen van C.D. (Dennis) de Jong i, gepubliceerd op zondag 1 oktober 2017.

De EU staat voor democratie, maar tot nu toe faalt zij volledig als het gaat om de recente uitdagingen in Hongarije, Polen en vandaag natuurlijk Spanje. Tot nu toe heeft de EU altijd een formeel pad bewandeld. Zij komt in actie via missieven of in het Spaanse geval via zwijgen. Want ook zwijgen is een politieke uitspraak. Waarom werkt de EU niet via bemiddelaars? Via mensen met gezag op het gebied van het recht die in overleg gaan met alle betrokken partijen. We moeten weg van het machtsdenken dat ‘Brussel’ eigen is en daarom kijk ik nu niet naar de Europese Commissie maar naar de regeringsleiders: als er tussen vrienden iets mis is, zoek je een bemiddelaar. Dat moeten zij nu ook doen. Werk aan de winkel voor Rutte en zijn collega’s.

In de betrekkingen met derde landen werkt de EU met allerlei vertegenwoordigers: zo zijn er de Speciale Vertegenwoordiger voor de Mensenrechten en de Speciaal gezant voor godsdienstvrijheid. Deze reizen de hele wereld over om via dialoog te komen tot betere naleving van de mensenrechten. Voor problemen in lidstaten hebben we alleen Timmermans. Met tromgeroffel roept hij Hongarije en Polen tot de orde, zonder veel succes overigens. Ten aanzien van Spanje blijft de Commissie stil. De druk van de christendemocratische collega’s van Timmermans is kennelijk zo groot dat hier wel geldt dat je je niet bemoeit met de interne aangelegenheden van een lidstaat. Hoewel ik vorige week nog samen met de Groenen voorstelde een debat te houden over de situatie in Spanje tijdens de plenaire sessie van het Europees Parlement in Straatsburg die morgen begint, gaven alle grote groepen met uitzondering van de Conservatieven, aan dat ze hier geen behoefte aan hadden. Dat geldt ook voor de liberalen die nu via hun leider Verhofstadt opeens wel belangstelling hebben gekregen voor de ontwikkelingen.

Maar misschien moeten we ook niet zozeer kijken naar de Commissie en het EP. Dan wordt het al gauw een juridische kwestie over wie waarover bevoegd is. Dat er problemen zijn in minimaal drie lidstaten is duidelijk. Dat die problemen gaan over het functioneren van een rechtsstaat is ook duidelijk. Dan is de kwestie belangrijk genoeg voor de regeringsleiders. Niet om met een opgeheven vingertje te vertellen hoe het moet gaan in Polen en Hongarije. Maar evenmin om te zwijgen en zo om de hete Spaanse brij heen te lopen. Bemiddeling is in elk van die landen nodig: in Polen en Hongarije tussen de regering en de krachten in de samenleving die opkomen voor democratie en rechtsstaat. En in Spanje tussen de regering en de Catalanen. Jammer dat geen van de regeringsleiders die afgelopen week nog in Estland bijeen waren, de moed had om zo’n voorstel te doen. Want beter dat zij het doen dan dat we van de Commissie of het EP afhankelijk zijn.