Voorstel van wet - Wijziging van de Financiële-verhoudingswet in verband met een vereenvoudiging van het verdeelmodel van het provinciefonds - Hoofdinhoud
Dit voorstel van wet i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 34568 - Vereenvoudiging van het verdeelmodel van het provinciefonds i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet - Wijziging van de Financiële-verhoudingswet in verband met een vereenvoudiging van het verdeelmodel van het provinciefonds |
---|---|
Documentdatum | 05-10-2016 |
Publicatiedatum | 02-05-2018 |
Kenmerk | 34568, nr. 2 |
Externe link | origineel bericht |
Wijziging van de Financiële-verhoudingswet in verband met een vereenvoudiging van het verdeelmodel van het provinciefonds
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om het verdeelmodel van het provinciefonds te vereenvoudigen en daartoe de kenmerken van de verdeelmaatstaven in de Financiële-verhoudingswet te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
Tabel A, behorende bij artikel 8, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet, komt te luiden:
Tabel A Kenmerken en onderscheidingen van de verdeelmaatstaven voor het provinciefonds
Kenmerk |
Onderscheidingen |
a Belastingcapaciteit van de provincies ter zake van de motorrijtuigenbelasting |
|
b Inkomsten uit eigen vermogen van de provincies |
|
c De inwoners van de provincies |
Bevolkingsdichtheid |
d Het grondgebied van de provincies |
Oppervlakte |
Bodemgebruik |
|
e Vaste bedragen voor de provincies |
Artikel II
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Indien deze wet na
1 januari 2017 in werking treedt, werkt zij terug tot en met 1 januari 2017.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
De Staatssecretaris van Financiën,