Een gezin een plan

Met dank overgenomen van W.P.H.J. (René) Peters i, gepubliceerd op zaterdag 11 mei 2019.

“23 hulpverleners helpen mij en mijn gezin. Niet meer en niet minder. De een wat intensiever dan de ander. Natuurlijk zijn dat er te veel. Maar wegsturen kan ik ze niet. Ik ben bang dat ze dan zeggen dat ik geen hulp wil voor mijn kinderen. Wie weet plaatsen ze ze dan uit huis.”

Eigenlijk weet iedereen het wel. Als tien hulpverleners het verschil niet kunnen maken dan is nummer elf echt niet de oplossing. Niet voor niets roepen mensen die het weten kunnen al jaren en jaren om ‘een gezin een plan’. Toch komt daar in veel te veel gevallen bar weinig van terecht. Voor ieder probleem wordt gezocht naar een oplossing. En het liefst allemaal tegelijkertijd.

Je kunt je afvragen of het nut heeft met ouders te spreken over het grenzen stellen aan pubers op het moment dat een uithuisplaatsing wegens schulden actueel is. En het is maar zeer de vraag of het effectief aanpakken van alle problemen die op het zelfde moment binnen een gezin spelen überhaupt mogelijk is. Je zou hopen dat iedere hulpverlener dat ook zo ziet en er naar handelt. Dat is lang niet altijd zo. En hoeveel bestaanszekerheidsproblemen proberen we op te lossen met zorggeld?

Het geeft een interessant beeld om de kosten van alle zorg die per jaar binnen een gezin geboden wordt eens op te tellen. Dat kan flink in de penningen lopen. Op zich is dat helemaal niet erg. Maar dan moet het wel helpen natuurlijk. Ik weet van een gezin waar al jaren aan een stuk meer dan een miljoen euro per jaar in wordt geïnvesteerd. Maar huishoudens met enkele tonnen aan hulp komen veel vaker voor.

Het is best moeilijk te komen tot een eenvoudig plan voor een gezin. Dat komt bijvoorbeeld omdat de ene hulpverlener vanuit de jeugdzorg, de andere vanuit de WMO, de volgende vanuit leerplichtzaken, werk en inkomen of via een rechterlijke uitspraak naar binnen komt. Wie heeft op zo’n moment dan de regie? De burger zelf in elk geval niet. Daar zijn prachtige boekjes over geschreven. ‘De dag dat Peter de deur dichttimmerde’ bijvoorbeeld. Peter had het wel gehad met de verzorgingsstaat. En gelijk had hij.

Eigenlijk is het wel zot dat we het nog accepteren. Tonnen aan gemeenschapsgeld naar hulp die niet helpt aan mensen die nooit om zoveel hulp gevraagd hebben. De gemeente is verantwoordelijk voor vrijwel alle leefdomeinen. Van wonen tot zorg en van inkomen tot leerplichtzaken. Wat zou er gebeuren wanneer ieder gezin met meer dan tien hulpverleners op het gemeentehuis zou worden uitgenodigd. Met alle hulpverleners natuurlijk?

Dat zou een mooi experiment zijn. En best confronterend ook waarschijnlijk. Een huishouden met alle hulpverleners in een vergaderruimte. En dan met de neus op de feiten. “Vijftien hulpverleners is gekkigheid. Welke tien sturen we het eerste halfjaar weg. En wat doen we met het geld dat we zo uitsparen?” Ik weet dat het zo gemakkelijk niet is. Maar is het onmogelijk?