Stroomopwaarts beter worden

Met dank overgenomen van W.P.H.J. (René) Peters i, gepubliceerd op donderdag 13 juni 2019.

Dat het in de jeugdzorg veel beter kan en moet is niet nieuw. Die wetenschap is zo oud als Methusalem. We vergeten het wel eens, maar ook ver voor de decentralisaties ging echt niet alles zoals gewenst. En dan doel ik niet op conclusies uit het gisteren verschenen onderzoek onder leiding van Micha de Winter. Wel kunnen we stellen dat de decentralisaties tot nu toe, de oplossing niet geboden hebben. Bijdrage aan het Algemeen Overleg Jeugdhulp van 13 juni 2019

Voorzitter,

We hoopten dat door de decentralisaties ‘normaliseren’ in plaats van medicaliseren de norm zou worden. Dat blijkt op zijn zachtst gezegd niet te lukken. Meer kinderen dan ooit krijgen een stempel en daardoor recht op wat we zorg nomen. We hoopten dat door in te zetten op preventie en lichte zorg de inzet van zware zorg voorkomen zou worden. Maar veel van wat wij preventie en lichte zorg noemen werkt niet. En is niet en zeker niet bewezen effectief. En na mislukte lichte zorg volgt iets minder lichte zorg enzovoort. Met openstellen van lichte weinig werkzame zorg is de vraag naar specialistische zorg toegenomen.

Voorzitter,

We hoopten dat de decentralisaties er voor zouden zorgen dat minder kinderen in de dure residentiele plekken terecht zouden komen. Het algemene beeld is dat die aantallen terug zouden lopen. De vraag is of dat klopt. Professor Hermanns en bijvoorbeeld Adri van Montfoort beweren dat het aantal stabiel blijft. Wat er af gaat bij internaten komt er op andere plekken bij. Graag een reactie van de minister.

Voorzitter,

We hoopten dat het aantal hulpverleners per gezin drastisch terug zou lopen. Ik interview nog steeds gezinnen met al hun hulpverleners. Dat aantal neemt niet af. En nog steeds horen we schrijnende verhalen van jongeren die wel hulp krijgen voor ieder klein rot probleem dat ze hebben. Het liefs allemaal tegelijk. Maar dat hunechte het zware probleem onaangeroerd blijft.

Voorzitter,

En nog steeds proberen we de symptomen van bestaanszekerheidsproblemen aan te pakken met jeugdzorg. Alsof iemand die ieder moment wegens schulden uit huis gezet dreigt te worden gebaat is met een cursus ‘hoe stel ik grenzen aan peuters’. Herkent de minister dit beeld. We helpen mensen met bijv schulden, trauma’s, of echtscheidingsperikelen inadequaat en lossen dat op met jeugdzorg

Voorzitter,

Ik ga iets onaardigs zeggen. Maar voor mij was de belangrijkste conclusie uit het onderzoek van het ministerie dat zou moeten aantonen dat er meer geld voor de jeugdzorg nodig was, dat niemand enig idee heeft wat er precies met al dat geld voor de jeugdzorg gedaan wordt. Wie krijgt waarom welke hulp? En werkt die hulp? We hebben voor een groot deel geen enkel idee. Deelt de minister deze conclusie?

Voorzitter,

Ik begrijp het wel. We besturen ons land langs twee waarden die juist lijken maar die het tegenovergestelde bereiken van wat we met zijn allen willen. Wanneer komt een wethouder of een minister in problemen? Wanneer er iets verkeerd gaat. Wie neemt nog risico’s met die wetenschap? Zou het zo kunnen zijn dat jeugdwerk Brabant en GGZ Oost Brabant gelijk hebben wanneer ze me vertellen dat ze veel te snel kinderen met veel te lichte problematiek doorgestuurd krijgen? Omdat bijvoorbeeld iemand uit een wijkteam ‘veiligheid voor alles’ denkt? Geen enkel kind zit graag in een instelling, laat staan een gesloten instelling. Herkent de minister dit beeld?

Voorzitter,

De tweede waarde waarlangs wij sturen is die van rechtmatigheid. Dat is echt iets anders dan werken vanuit de bedoeling. Ik heb inmiddels genoeg ondernemers leren kennen die daar gebruik van maken. Die zijn of worden miljonair. De voorbeelden zijn genoemd. Ik heb genoeg voorbeelden gezien van allerlei zorg die wel geboden wordt maar waar niemand om gevraagd heeft. (Probeer maar eens te weigeren overigens). Maar er zijn ook voorbeelden van mensen die iets nodig hebben maar daar dan formeel geen recht op hebben. Ook zij hebben pech gehad.

Voorzitter,

Wat zou er gebeuren wanneer we ons tot doel zouden stellen met zijn allen heel veel beter te worden in het werk wat we doen? Niet meer en niet minder? Wanneer ons doel zou zijn echt werk te maken van het helpen van kinderen thuis? En ze gewoon niet meer uit huis halen. Alleen in het aller uiterste geval?

Wanneer we uitspreken dat we misschien beter moeten leren de juiste zorg op tijd in te zetten. Maar we ook risico’s durven nemen en niet meteen doorverwijzen naar de zwaarste vorm van zorg? En als we in dit huis niet als een bok op een haverkist zouden springen wanneer er eens iets mis gaat?

Wanneer we werk zouden maken van de afgelopen week aangenomen motie te stoppen met het vergoeden van zaken waarvan we wel weten of zouden moeten weten dat het niet werkt?

Wanneer we aan gezinnen met tien, twintig of nog meer hulpverleners vragen wie er morgen kunnen stoppen met het bieden van hulp. En wat er wel nodig is?

Voorzitter,

Wat zou er gebeuren wanneer we, met de wetenschap aan onze kant, met zijn allen veel beter zouden leren wat werkt en wat niet? En daar naar zouden handelen. Ons systeem zoals we dat kennen is niet houdbaar op de lange termijn. En geld lost dat niet op. Heldere keuzes, heldere doelen, stroomopwaarts beter worden, gebruik maken van wetenschappelijke kennis, risico’s durven nemen en afstappen van de fetisj die rechtmatigheid is. Doen wat werkt en doen wat strikt noodzakelijk is.