Uitvoeringsbesluit 2019/2151 - Werkprogramma voor de ontwikkeling en de uitrol van de elektronische systemen waarin het douanewetboek van de Unie voorziet - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2151 van de Commissie van 13 december 2019 tot vaststelling van het werkprogramma voor de ontwikkeling en de uitrol van de elektronische systemen waarin het douanewetboek van de Unie voorzietofficiële Engelstalige titel
Commission Implementing Decision (EU) 2019/2151 of 13 December 2019 establishing the work programme relating to the development and deployment of the electronic systems provided for in the Union Customs CodeRechtsinstrument | Uitvoeringsbesluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Uitvoeringsbesluit 2019/2151 |
Celex-nummer i | 32019D2151 |
Document | 13-12-2019; Datum goedkeuring |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 16-12-2019; PB L 325 p. 168-182 |
Inwerkingtreding | 05-01-2020; in werking datum publicatie +20 zie art 6 |
Einde geldigheid | 10-01-2024; opgeheven door 32023D2879 |
16.12.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/168 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2019/2151 VAN DE COMMISSIE
van 13 december 2019
tot vaststelling van het werkprogramma voor de ontwikkeling en de uitrol van de elektronische systemen waarin het douanewetboek van de Unie voorziet
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (1), en met name artikel 281,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 6 van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie is bepaald dat alle uitwisselingen van informatie tussen douaneautoriteiten onderling en tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten en de opslag van die informatie moeten geschieden met behulp van elektronische gegevensverwerkingstechnieken. Krachtens artikel 280 van deze verordening stelt de Commissie een werkprogramma op voor de ontwikkeling en de uitrol van de elektronische systemen (hierna “het werkprogramma” genoemd). |
(2) |
De Commissie heeft het eerste werkprogramma vastgesteld bij Uitvoeringsbesluit 2014/255/EU van de Commissie (2) en heeft het voor de eerste keer geactualiseerd in 2016 bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/578 van de Commissie (3). Het werkprogramma van 2016 moet worden geactualiseerd om rekening te houden met de nieuwe op middelen en prioriteiten gebaseerde planning voor de elektronische systemen. Er moet ook rekening worden gehouden met de wijziging van artikel 278 van Verordening (EU) nr. 952/2013 bij Verordening (EU) 2019/632 van het Europees Parlement en de Raad (4) houdende verlenging van het tijdelijke gebruik van andere middelen dan de elektronische gegevensverwerkingstechnieken waarin Verordening (EU) nr. 952/2013 voorziet. Om een stabiele en betrouwbare planning te garanderen van de uitrol van de elektronische systemen waarin Verordening (EU) nr. 952/2013 voorziet, mag het werkprogramma in de toekomst alleen worden geactualiseerd als er nieuwe ontwikkelingen zijn. De bepaling waarin elk jaar een actualisering van het werkprogramma wordt vereist, moet daarom worden geschrapt. |
(3) |
Het is ook nodig om bepaalde onderdelen van de verslagleggingsverplichting die de lidstaten en de Commissie is opgelegd door het nieuwe artikel 278 bis van Verordening (EU) nr. 952/2013 ter monitoring van de vorderingen bij de ontwikkeling van de elektronische systemen, nader te specificeren. Overeenkomstig lid 4 van dit artikel doen de lidstaten de Commissie twee keer per jaar een geactualiseerde tabel toekomen met de door hen geboekte vorderingen bij de ontwikkeling en de uitrol van de elektronische systemen. De tabel dient de datums voor het bereiken van bepaalde mijlpalen te bevatten en, in het geval van vertragingen of het risico op vertragingen, de mitigerende maatregelen als bedoeld in artikel 278 bis, lid 3. Het is ook nodig om de datums te specificeren waarop de lidstaten de informatie moeten sturen. Zo zal de Commissie haar verslag over de vorderingen bij de ontwikkeling van de elektronische systemen aan het eind van elk jaar kunnen opstellen en indienen bij het Europees Parlement en de Raad. De lidstaten moeten de Commissie ook onmiddellijk over ingrijpende veranderingen in hun IT-planning informeren. Het is gezien de verslagleggingsverplichting in artikel 278 bis, lid 4, niet langer nodig om van de lidstaten te eisen dat zij informatie zes maanden voor de uitrol van een nieuw elektronisch systeem sturen. |
(4) |
Het werkprogramma dient een lijst te bevatten van de elektronische systemen waarin is voorzien in Verordening (EU) nr. 952/2013, de voor deze systemen relevante artikelen en de datums waarop de systemen naar verwachting operationeel worden. Het werkprogramma moet een onderscheid maken tussen de elektronische... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.