VVD: bereikbaarheid Waddeneilanden van groot belang - Hoofdinhoud
De VVD vindt de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en Waddenhavens van maatschappelijk en economisch belang. De afgelopen jaren waren er veel vertragingen bij de veerverbinding naar Ameland. Een goede, betrouwbare en betaalbare veerverbinding met de vaste wal is van groot belang voor de bewoners, toeristen en ondernemers. De VVD zet zich daarom in voor oplossing en verbetering van de bereikbaarheid van Ameland, voor de korte en lange termijn. Voor de bereikbaarheid van Ameland zal dan ook een goede oplossing gevonden moeten worden en dat de vele vertragingen opgelost moeten worden. VVD Tweede Kamerlid Aukje de Vries heeft daar in het schriftelijk overleg weer aandacht voor gevraagd.
Inbreng schriftelijk overleg van het lid Aukje de Vries (VVD) ten aanzien van de lange termijn oplossingsrichtingen bereikbaarheid Ameland na 2030 en onderzoek vertragingen verbinding.
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennis genomen van de lange termijn oplossingsrichtingen bereikbaarheid Ameland na 2030 en het onderzoek vertragingen veerdienst Holwerd - Ameland. De leden van de VVD-fractie vinden het allereerst goed te lezen dat de minister zich zowel inzet voor de kort en lange termijn oplossing voor de bereikbaarheid van Ameland.
De leden van de VVD - fractie vinden de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de Waddenhavens, en dus ook van Ameland, van groot belang voor de bewoners, toeristen en ondernemers, en het Waddengebied als totaal. Voor de bereikbaarheid van Ameland zal dan ook een goede oplossing gevonden moeten worden en dat de vele vertragingen opgelost moeten worden. De leden hebben over de verschillende stukken nog een aantal vragen en/of opmerkingen.
LANGE TERMIJN OPLOSSING
De leden van de VVD-fractie lezen dat er een drietal varianten is bekeken als het gaat om de lange termijn oplossing voor het verbeteren van de bereikbaarheid van Ameland, te weten optimalisatie van de bestaande situatie, verplaatsen van de vertrek- en aankomstlocatie en geen varende oplossing meer (maar een tunnel). Kan de minister aangeven of er nog meer opties zijn bekeken in het voortraject? Waarom is er wel gekeken naar een tunnel en niet naar een brug? Wat worden in het vervolgtraject de afwegingscriteria bij de keuze voor een variant dan wel wat zijn de randvoorwaarden waaraan de gekozen variant moet voldoen?
De leden van de VVD-fractie lezen dat minister de variant “geen varende oplossing meer” ofwel een tunnel op dit moment wil laten vallen. De regio (provincie Fryslân, gemeente Ameland, gemeente Noardeast Fryslân) vindt het echter belangrijk om deze variant nu nog niet los te laten, ook al lijkt op dit moment en met de kennis van nu een niet-varende oplossing niet de meest wenselijk uitkomst. Waarom wil de minister deze variant nu al loslaten? In hoeverre is het mogelijk deze variant wel mee te nemen in het vervolg? Wat zijn daarvan de voor- en nadelen?
De minister zal nog met de regio in gesprek gaan om de gezamenlijk de invulling van een vervolg van het onderzoek te bespreken. Heeft er inmiddels al overleg plaats gevonden? Zo ja, wat is daar uitgekomen? Zo nee, wanneer gaat dat plaats vinden? En hoe wordt de Tweede Kamer op de hoogte gehouden van de uitkomsten? Wat is het tijdpad voor het vervolgtraject? Zijn de jaren 2023 en 2029 inderdaad essentiële mijlpalen, zoals de regio aangeeft? In hoeverre is een oplossing mogelijk voor 2029? De leden van de VVD-fractie vinden het belangrijk dat Rijkswaterstaat Noord-Nederland dan wel het ministerie van I&W trekker van het project en eerstverantwoordelijk voor het project blijft, waarbij natuurlijk nauw wordt samengewerkt met de regio. In hoeverre is de minister het hiermee eens?
De leden van de VVD-fractie lezen dat onderdeel van het gesprek met de regio zal zijn om te bezien of het noodzakelijk is het vervolg binnen de MIRT-systematiek te plaatsen.
Wat zijn de afwegingen van de minister om het project al dan niet op te nemen in het MIRT. Ziet de minister het opnemen in de MIRT-systematiek als mogelijkheid? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Is het opnemen van het project in het MIRT en een MIRT Verkenning te starten volgens de minister nodig om tijdig tot een gewogen voorkeursalternatief te kunnen komen, zoals de regio aangeeft? Zo nee, waarom niet? Welke andere opties zijn er? Wat zijn daarvan de gevolgen, bijvoorbeeld voor het tijdpad? En wat zijn redenen om het wel of niet op te nemen in het MIRT en een MIRT Verkenning te starten?
KORTE TERMIJN OPLOSSING
De leden van de VVD-fractie willen graag weten wat de stand van zaken is van alle maatregelen in het kader van het Open Plan Proces (OPP) voor de korte termijn.
De leden van de VVD-fractie vinden het goed nieuws dat de realisatie van de bochtafsnijding van de Vloedgeul tot de eerste positieve effecten hebben geleid. Kan de minister de stand van zaken aangeven met betrekking tot de tweede bochtafsnijding Reegeul? In de antwoorden op de schriftelijke vragen van de VVD (Kamerstuk 2019D20640) geeft de minister aan dat de bochtafsnijding Reegeul eind 2020 klaar zal zijn. Hoe verloopt dit traject? Ligt het nog op schema? Is de vergunning al verleend dan wel wanneer kan de vergunning worden verleend? Wanneer wordt het project uitgevoerd? Kan het proces ook nog worden versneld?
De leden van de VVD-fractie lezen dat de vertragingen in 2018 zijn ontstaan door een combinatie van factoren. Deze factoren lopen uiteen van weersomstandigheden tot laad- en losproces, en van waterstanden tot de afmetingen van de vaargeul. Welke verbeteringen in het laad- en losproces zijn er nog te realiseren?
De leden van de VVD-fractie vinden het teleurstellend dat de mogelijkheden voor optimalisatie van het baggercontract volgens de onderzoekers zeer beperkt zijn, gezien de Natura-2000 regelgeving, en dat er geen andere, efficiëntere baggertechniek voorhanden zijn. Welke regelgeving vanuit het Natura 2000 beheerplan knelt? In hoeverre kunnen de regels in het beheerplan dan wel het beheerplan zelf worden aangepast? Bijvoorbeeld waar het gaat om waar het bagger naartoe kan c.q. mag worden verplaatst? Klopt het dat de bagger nu alleen binnen het gebied verplaatst mag worden? Wat zijn daarvan de nadelige gevolgen voor het baggeren van de vaargeul? Welke andere oplossingen zijn er mogelijk en hoe kunnen die bijdragen tot een efficiënter baggerbeheer?
De leden van de VVD-fractie lezen dat de vaargeul niet altijd voldeed c.q. voldoet aan de minimale eisen, waardoor vertraging ontstaat. De onderzoekers stellen: “Vooral in het eerste deel vanaf Holwerd voldeed een aanzienlijk percentage van de vaargeul niet aan de minimale contractdiepte van NAP -3,80 m over de volledige minimale breedte van 50 m.” Klopt het dat de huidige tolerantie van 0,20 m praktisch lastig uitvoerbaar is, waardoor het baggerproces inefficiënt is? In hoeverre zorgt een tolerantie van 0,50 m voor een efficiënter proces? Waarom is een tolerantie van 0,50 m niet mogelijk? Hoe zou dit wel mogelijk gemaakt kunnen worden? Kan de minister aangeven wat de voor- en nadelen c.q. gevolgen zijn van een grotere tolerantie?
OVERIG
Op 11 december 2019 is een motie (29 684 nr. 198) ingediend over de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de Waddenhavens, waarin de regering wordt verzocht de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en Waddenhavens in beleidsstukken aan te merken als van maatschappelijk en economisch belang. Deze motie is aangenomen. Kan de minister aangeven hoe deze motie wordt uitgevoerd en wat de stand van zaken van de uitvoering van deze motie is?
Op verzoek van onder meer de VVD wordt er met de regio verkend wat de mogelijkheden zijn om het concessiegeverschap voor de Friese Waddenveren over te dragen van het Rijk naar de provincie. Wat is daarvan de actuele stand van zaken?