Brief regering; Uitspraak van het gerechtshof Den Haag over de sepotbeslissingen van het Openbaar Ministerie inzake de aangifte van knevelarij en beroepsmatige discriminatie en de aangifte van dwang door misbruik van gezag en lasterlijke aanklacht - Belastingdienst

Deze brief is onder nr. 1095 toegevoegd aan dossier 31066 - Belastingdienst.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Belastingdienst; Brief regering; Uitspraak van het gerechtshof Den Haag over de sepotbeslissingen van het Openbaar Ministerie inzake de aangifte van knevelarij en beroepsmatige discriminatie en de aangifte van dwang door misbruik van gezag en lasterlijke aanklacht
Document­datum 14-07-2022
Publicatie­datum 26-07-2022
Nummer KST310661095
Kenmerk 31066, nr. 1095
Commissie(s) Financiën (FIN)
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2021

2022

31 066

Belastingdienst

Nr. 1095

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 14 juli 2021

Met deze brief informeren wij uw Kamer over het feit dat het gerechtshof Den Haag op 13 juli 2022 uitspraak heeft gedaan in de beklagprocedure over de sepotbeslissingen van het Openbaar Ministerie inzake de aangifte van knevelarij en beroepsmatige discriminatie en de aangifte van dwang door misbruik van gezag en lasterlijke aanklacht. De uitspraak van het gerechtshof is gepubliceerd op www.rechtspraak.nl met het kenmerk ECLI:NL:GHDHA:2022:13011. Met de uitspraak heeft het gerechtshof het beklag afgewezen. Tegen de uitspraak van het gerechtshof is geen hoger beroep of cassatie mogelijk.

De uitspraak

Naar het oordeel van het gerechtshof kan worden gesproken van een redelijke verdenking dat de Belastingdienst zich in elk geval gedurende de periode van 4 november 2013 tot 2019, waarin de Fraude signalering Voorziening (FSV) werd gebruikt, schuldig heeft gemaakt aan beroepsmatige discriminatie. Hiervoor kan de Belastingdienst echter niet worden vervolgd omdat de Belastingdienst een beroep op strafrechtelijke immuniteit toekomt.

Voor zover er sprake is geweest van beroepsmatige discriminatie door de Belastingdienst vóór 2016, is strafrechtelijke vervolging wegens verjaring van dat feit ook om die reden niet mogelijk. Met betrekking tot knevelarij, dwang door misbruik van gezag en lasterlijke aanklacht is het gerechtshof van oordeel dat er - los van de immuniteitsvraag - onvoldoende aanknopingspunten zijn voor vervolging.

1 https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHDHA:2022:1301.

kst-31066-1095 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022

Ten slotte

Het kabinet heeft op 30 mei jl.2 uw Kamer bericht over institutioneel racisme bij de Belastingdienst en Toeslagen. In deze brief hebben wij uw Kamer ook geïnformeerd over de stappen die beide organisaties zetten om te leren van dingen die in het verleden fout zijn gegaan en om herhaling in de toekomst te voorkomen. De uitspraak van het gerechtshof bevestigt opnieuw het belang van reflectie bij de Belastingdienst en Toeslagen en dat het gesprek hierover binnen en buiten beide organisaties moet worden blijven gevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën,

M.L.A. van Rij

De Staatssecretaris van Financiën,

  • A. 
    de Vries

2 Kamerstuk 31 066, nr. 1030.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 31 066, nr. 1095 2


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.