Amendement Koops over Het verlengen van de termijn voor het instellen van hoger beroep naar drie maanden - Hoofdinhoud

Dit amendement i is onder nr. 47 toegevoegd aan wetsvoorstel 36327 - Wetboek van Strafvordering i.

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

2

Vergaderjaar 2024-2025

36 327

Vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Wetboek van Strafvordering)

Nr. 47

AMENDEMENT VAN HET LID KOOPS

Ontvangen 5 maart 2025

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel 5.4.2 wordt “twee weken” telkens vervangen door “drie maanden”.

Toelichting

Met dit amendement beoogt indiener de termijn voor het instellen van hoger beroep te wijzigen van twee weken naar drie maanden. De praktijk laat zien dat de termijn van twee weken voor de verdachte, maar ook voor de officier van justitie, vaak een te korte termijn is om een weloverwogen keuze te maken over het al dan niet instellen van hoger beroep. Volgens indiener resulteert deze korte termijn erin dat vaker hoger beroep wordt ingesteld dan nodig, omdat zowel voor verdachten als het Openbaar Ministerie geldt dat er soms voor wordt gekozen om hoger beroep in te stellen puur om de termijn te dekken.

Indien procespartijen drie maanden de tijd krijgen om te overwegen om hoger beroep in te stellen, betekent dat dat deze keuze minder overhaast hoeft te worden gemaakt en dat verdachten zich beter kunnen laten voorlichten over de te maken keuze. Advocaten hebben hierdoor meer tijd om de uitspraak te analyseren, de kansen en risico’s van een hoger beroep in te schatten en hierover een weloverwogen advies te geven. Dit bevordert ook de kwaliteit van de adviezen hieromtrent.

Zeker indien een verdachte is veroordeeld in eerste aanleg en het wenselijk acht zich in hoger beroep door een nieuwe advocaat te laten bijstaan en zich door deze nieuwe advocaat te laten adviseren over de keuze om wel of niet hoger beroep in te stellen, is de termijn van twee weken kort. Het dossier moet door deze nieuwe advocaat dan immers nog volledig worden bestudeerd.

Een langere termijn voor het maken van de keuze om wel of niet hoger beroep in te stellen zorgt in de visie van indiener voor zorgvuldigere keuzes en minder onnodige hoger beroepen. Dit komt de efficiëntie binnen de rechtspraak ten goede.

Indiener acht het aangewezen om deze verlenging van de termijn in ieder geval bij het instellen van hoger beroep te regelen, omdat het instellen van hoger beroep vaker voorkomt dan het instellen van sommige andere rechtsmiddelen.

Koops