Toelichting bij COM(2010)464 - Activiteiten van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering in 2009

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52010DC0464

/* COM/2010/0464 def. */ VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de activiteiten van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering in 2009


NL

Brussel, 9.9.2010

COM(2010) 464 definitief

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET

EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de activiteiten van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering in 2009

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET

EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de activiteiten van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering in 2009

INHOUDSOPGAVE

Inhoudsopgave

1.

1. Inleiding (...)4


2.

2. Analyse van de activiteiten van het EFG in 2009 (...)4


3.

3. Follow-up van het jaarverslag 2008 over de activiteiten van het EFG (...)5


Verordening (EG) nr. 546/2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1927/2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (...)5

4.

4. Analyse van de activiteiten van het EFG in 2009 (...)5


5.

4.1. Ontvangen aanvragen (...)5


Tabel 1 – In 2009 ontvangen aanvragen (...)6

6.

4.1.1. Ontvangen aanvragen per lidstaat en sector (...)7


7.

4.1.2. Ontvangen aanvragen per aangevraagd bedrag (...)7


8.

4.1.3. Ontvangen aanvragen naar aantal werknemers op wie de bijstand is gericht (...)7


9.

4.1.4. Ontvangen aanvragen naar per werknemer aangevraagd bedrag (...)7


10.

4.1.5. Ontvangen aanvragen naar steunverleningscriteria (...)8


11.

4.2. Bevordering van de besluitvorming inzake EFG-aanvragen: nieuwe procedure voor het indienen van voorstellen bij de Raad en het Europees Parlement (...)8


12.

4.3. Toegekende bijdragen (...)8


Tabel 2 – Details van de in 2009 toegekende bijdragen (...)9

13.

4.3.1. Profiel van de werknemers die EFG-steun ontvangen (...)9


Tabel 3 – In 2009 toegekende EFG-bijdragen: profiel van de werknemers (...)9

14.

4.3.2. Met behulp van EFG-steun gefinancierde acties (...)10


Tabel 4 – In 2009 gefinancierde acties uitgesplitst naar EUROSTAT-classificatie (...)10

15.

4.3.3. Complementariteit met door de structuurfondsen, met name het ESF, gefinancierde acties (...)11


16.

4.4 Door het EFG behaalde resultaten: in 2009 ontvangen eindverslagen inzake de uitvoering van financiële bijdragen (...)12


17.

4.4.1. Ontvangen eindverslagen van de lidstaten (...)12


18.

4.4.2. Overzicht van de gerapporteerde resultaten (...)12


19.

4.4.3. Goede praktijken en lessen die in de eindverslagen uiteen worden gezet (...)12


Tabel 5 — In de in 2009 ontvangen eindverslagen gemelde resultaten (...)15

20.

4.5. Financieel verslag (...)16


21.

4.5.1. Door het EFG bijgedragen fondsen (...)16


22.

4.5.2. Uitgaven voor technische bijstand (...)17


Tabel 6 – Uitgaven voor technische bijstand over 2009 (...)17

23.

4.5.3. Gemelde of afgesloten onregelmatigheden (...)17


24.

4.5.4. Afsluiting van de financiële bijdragen van het EFG (...)18


Tabel 7 – Afgesloten zaken 2009 (...)18

25.

4.5.5. Overige vergoedingen (...)18


26.

4.6. Technische bijstand van de Commissie (...)19


27.

4.6.1. Informatie en publiciteit (...)19


28.

4.6.2. Vergaderingen met de nationale autoriteiten en de sociale partners (...)20


29.

5. Trends (...)21


Inleiding



Het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (“EFG”) is bij Verordening (EG) nr. 1927/2006 i (“de verordening”) opgericht om solidariteit te betonen met en steun te verlenen aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van belangrijke structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen. Het fonds is bedoeld om de algemene voordelen op de lange termijn van een open handel in termen van groei en werkgelegenheid te verzoenen met de nadelige effecten op de korte termijn die de globalisering kan hebben, met name voor de werkgelegenheid van de meest kwetsbare en laagst geschoolde werknemers.

De regels zijn gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 546/2009 van 18 juni 2009 teneinde doelmatiger te reageren op de wereldwijde financiële en economische crisis (zie hoofdstuk 3).

Artikel 16 van de verordening bepaalt dat de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad vóór 1 juli van elk jaar een kwantitatief en kwalitatief verslag indient over de activiteiten van het EFG in het voorgaande jaar. Het verslag heeft in hoofdzaak betrekking op de door het EFG behaalde resultaten en bevat met name informatie over de ingediende aanvragen, de goedgekeurde besluiten, de gefinancierde acties, met inbegrip van de complementariteit met andere acties die worden gefinancierd uit de structuurfondsen, met name het Europees Sociaal Fonds (ESF), en de afsluiting van de financiële bijdragen. Het verslag bevat tevens een overzicht van de aanvragen die zijn afgewezen omdat er onvoldoende middelen beschikbaar zijn of omdat zij niet aan de criteria voldoen.

30.

2. Analyse van de activiteiten van het EFG in 2009


In 2009 heeft de Commissie 30 aanvragen voor bijdragen uit het EFG ontvangen, hetgeen een zesvoud was van het aantal in 2008. In hoofdstuk 4 en tabel 1 zijn details van de aanvragen opgenomen.

De begrotingsautoriteit heeft 10 besluiten genomen tot toekenning van financiële steun uit het EFG in 2009. Dit betrof 8 aanvragen uit 2009 en 2 aanvragen die zijn ontvangen aan het eind van 2008. In hoofdstuk 4 en de tabellen 2, 3 en 4 worden details van de toegekende bijdragen uiteengezet.

De Commissie heeft in 2009 negen eindverslagen ontvangen over de uitvoering van de EFG-bijdragen. In hoofdstuk 4 en tabel 5 worden details van de behaalde resultaten uiteengezet.

Verder zijn er vier EFG-bijdragen afgesloten die in eerdere jaren zijn toegekend. Op initiatief van de Commissie is er technische bijstand verleend (artikel 8, lid 1, van de EFG-verordening). In de hoofdstukken 4.5 en 4.6 en de tabellen 6 en 7 worden details hiervan gegeven.

31.

3. Follow-up van het jaarverslag 2008 over de activiteiten van het EFG


Verordening (EG) nr. 546/2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1927/2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering i

In haar Europees economisch herstelplan, bekendgemaakt op 26 november 2008, i heeft de Commissie verklaard dat zij de regels van het EFG wil herzien, zodat de Europese Unie de door de financiële en economische crisis getroffen werknemers zou kunnen helpen en zou kunnen werken aan hun arbeidsvooruitzichten op de lange termijn. Drie weken later heeft de Commissie naar aanleiding van een analyse van de verwachtingen en behoeften van de voornaamste belanghebbenden van het EFG (vertegenwoordigers van de lidstaten en organisaties van sociale partners op nationaal en Europees niveau), een voorstel aangenomen tot wijziging van de EFG-verordening, i waarvan de belangrijkste bepalingen als volgt luiden:

· een verlaging van de aanvraagdrempel van 1 000 ontslagen werknemers tot 500;

· een verlenging van de uitvoeringsperiode van 12 tot 24 maanden;

· een verhoging van het medefinancieringspercentage van 50 tot 75 %; i

· een tijdelijke afwijking waarbij werknemers die zijn ontslagen als gevolg van de crisis in aanmerking komen voor steun, op voorwaarde dat de op dat criterium gebaseerde aanvragen vóór eind 2010 zijn ingediend.(...)5

Op basis van het voorstel van de Commissie is op 18 juni 2009 Verordening (EG) nr. 546/2009 tot wijziging van de EFG-verordening aangenomen.

32.

4. Analyse van de activiteiten van het EFG in 2009


33.

4.1. Ontvangen aanvragen


De 30 aanvragen die de Commissie in 2009 heeft ontvangen (zie tabel 1), vormen een enorme toename in vergelijking met de twee voorgaande jaren. In een tijdsbestek van slechts 8 maanden (van mei tot en met december 2009, d.w.z. vanaf de wijziging van de EFG-verordening tot aan het einde van het jaar) werden 28 aanvragen ontvangen tegenover 14 in de 24 maanden van 2007 en 2008. i

De aanvragen werden ingediend door 13 lidstaten en beslaan in totaal 29 021 ontslagen werknemers. In totaal wordt er een bedrag van 166 581 220 EUR uit het EFG aangevraagd. De 28 aanvragen die zijn ingediend vanaf mei 2009, vallen onder de nieuwe regels (d.w.z. een financieringspercentage van 65 %, een termijn van 24 maanden etc.).

In 2009 is geen enkele aanvraag geweigerd. Eén aanvraag is weer ingetrokken en is derhalve niet in onderstaande cijfers meegerekend.

Tabel 1 – In 2009 ontvangen aanvragen

[afbeelding - zie origineel document]

34.

4.1.1. Ontvangen aanvragen per lidstaat en sector


Er zijn 30 aanvragen ontvangen, die door 13 lidstaten zijn ingediend met betrekking tot 17 sectoren i:

België (twee aanvragen; textiel), Bulgarije (één aanvraag; metalen in primaire vorm), Denemarken (twee aanvragen; mechanisch/elektronisch), Duitsland (twee aanvragen; mobiele telefoons, motorvoertuigen), Frankrijk (één aanvraag; motorvoertuigen), Ierland (drie aanvragen; computers, kristal, vliegtuigonderhoud), Italië (één aanvraag; huishoudapparaten), Litouwen (vier aanvragen; huishoudapparaten, meubelen, bouwnijverheid, kleding), Nederland (acht aanvragen; bouwnijverheid, drukkerijen, uitgeverijen), Oostenrijk (één aanvraag; motorvoertuigen), Portugal (twee aanvragen; textiel, elektronische benodigdheden), Spanje (twee aanvragen; keramiek, schrijn- en timmerwerk), Zweden (één aanvraag; motorvoertuigen).

35.

4.1.2. Ontvangen aanvragen per aangevraagd bedrag


De lidstaat die een aanvraag om EFG-steun indient, moet een gecoördineerd pakket van maatregelen uitwerken dat het beste past bij het profiel van de werknemers op wie zij zijn gericht en het bedrag van de bijstand vaststellen dat hij van het EFG verlangt. De verordening bevat geen aanbevelingen of beperkingen wat het totale gevraagde bedrag betreft, maar bij de evaluatie van een aanvraag door de diensten van de Commissie kunnen vragen rijzen die ertoe leiden dat de aanvragende lidstaat het voorgestelde pakket van gepersonaliseerde diensten moet herzien, waardoor ook het gevraagde bedrag moet worden aangepast.

De in 2009 aangevraagde EFG-bijdragen lopen uiteen van 258 164 EUR tot 56 385 144 EUR (gemiddeld 5 552 707 EUR).

36.

4.1.3. Ontvangen aanvragen naar aantal werknemers op wie de bijstand is gericht


Het aantal werknemers waarop de voor medefinanciering door het ECF voorgestelde maatregelen zijn gericht, bedraagt 29 021 (30 aanvragen) en varieert per aanvraag van 111 tot 3 582 werknemers (gemiddeld 967 werknemers). Daarvan waren 3 aanvragen gericht op meer dan 2 000 werknemers, 7 aanvragen op een aantal werknemers tussen 1 000 en 2 000, en 20 aanvragen op minder dan 1 000 werknemers.

Het aantal werknemers dat is ontslagen en het aantal werknemers op wie de EFG-steun gericht is, kan verschillen indien de aanvragende lidstaat er bijvoorbeeld toe besluit de steun te richten op die werknemers die het buitengewoon moeilijk hebben om op de arbeidsmarkt te blijven, en/of die werknemers die het meest behoefte hebben aan steun.

37.

4.1.4. Ontvangen aanvragen naar per werknemer aangevraagd bedrag


De in 2009 per werknemer voorgestelde bedragen variëren van iets meer dan 500 EUR tot meer dan 15 700 EUR (gemiddeld 5 740 EUR per werknemer).

De aanvragende lidstaat kan het pakket geïndividualiseerde diensten dat hij voor de betrokken ontslagen werknemers voorstelt, naar eigen goeddunken vaststellen binnen de grenzen van de verordening. Het bedrag per getroffen werknemer kan daarom variëren afhankelijk van de ernst van het ontslag, de situatie op de getroffen arbeidsmarkt, de individuele omstandigheden van de werknemers op wie de steun gericht is, de maatregelen die reeds getroffen zijn door de desbetreffende lidstaten, en de kosten van het leveren van de diensten in de desbetreffende lidstaat of regio.

38.

4.1.5. Ontvangen aanvragen naar steunverleningscriteria


24 van de ingediende aanvragen (80 %) zijn bedoeld als steun voor werknemers die zijn ontslagen als direct gevolg van de wereldwijde financiële en economische crisis (artikel 1, lid 1 bis, van de gewijzigde verordening), terwijl de resterende 6 aanvragen (20 %) worden voorgesteld op basis van door de globalisering veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen.

11 aanvragen zijn gebaseerd op artikel 2, onder a), van de verordening en 13 aanvragen op artikel 2, onder b). Van de 6 aanvragen die verwijzen naar artikel 2, onder c), (en die stuk voor stuk verwijzen naar “uitzonderlijke omstandigheden”), wordt bij 3 aanvragen gesteld dat niet volledig wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 2, onder a), terwijl bij de andere 3 wordt gesteld dat niet volledig wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 2, onder b).

39.

4.2. Bevordering van de besluitvorming inzake EFG-aanvragen: nieuwe procedure voor het indienen van voorstellen bij de Raad en het Europees Parlement


Tegen het einde van 2009 is het EFG-besluitvormingsproces gestroomlijnd: door twee procedures samen te voegen tot een enkele heeft de Commissie één stap weggenomen, waar de commissarissen voor werkgelegenheid en begroting gezamenlijk verantwoordelijk voor zijn. Bijgevolg bevatten de voorstellen die bij de begrotingsautoriteit zijn ingediend, de evaluatie van de Commissie van de aanvraag in de vorm van een toelichting. Dit zou gemiddeld 22 dagen moeten besparen en hopelijk verlopen hierdoor de debatten in het Europees Parlement en de Raad soepeler en transparanter.

40.

4.3. Toegekende bijdragen


In 2009 heeft de begrotingsautoriteit in tien gevallen besloten middelen te ontlenen aan het EFG om beleidsmaatregelen inzake een actieve arbeidsmarkt mede te financieren (zie de tabellen 2, 3 en 4). Daarbij ging het om acht aanvragen die waren ingediend in 2009, en twee aanvragen die waren ingediend in december 2008.

De toegekende bijdragen hebben betrekking op 10 938 ontslagen werknemers in acht lidstaten, waarbij een totaalbedrag van 52 349 047 EUR wordt betaald uit het EFG (10,5 % van het jaarlijkse maximumbedrag dat beschikbaar is voor het EFG). Het gemiddelde bedrag per werknemer bedraagt 4 786 EUR. Zes van de tien aanvragen zijn ingediend op of na 1 mei 2009, d.w.z. onder de nieuwe regelgeving.

De begrotingsautoriteit heeft geen van de door de Commissie aan haar voorgelegde voorstellen voor financiering uit het EFG afgewezen.

Tabel 2 – Details van de in 2009 toegekende bijdragen

[afbeelding - zie origineel document]

41.

4.3.1. Profiel van de werknemers die EFG-steun ontvangen


Het profiel van de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd (geslacht, EU- of niet-EU-staatsburgerschap, leeftijdsgroep, gezondheids- en arbeidsgeschiktheidsstatus) wordt weergegeven in tabel 3:

Tabel 3 – In 2009 toegekende EFG-bijdragen: profiel van de werknemers

[afbeelding - zie origineel document]

42.

4.3.2. Met behulp van EFG-steun gefinancierde acties


Artikel 3 van Verordening nr. 1927/2006 bepaalt dat het EFG alleen actieve arbeidsmarktmaatregelen kan medefinancieren om ontslagen werknemers weer aan het werk te helpen. Daarnaast wordt bepaald dat het EFG activiteiten van de lidstaten kan financieren ter implementatie van het Fonds op het vlak van voorbereiding, beheer, informatievoorziening en publiciteit, en controle (technische bijstand).

De maatregelen waarvoor de tien EFG-bijdragen in 2009 zijn toegekend, zijn gericht op de herintegratie van 10 938 ontslagen werknemers op de arbeidsmarkt en bestaan voornamelijk uit scholing en omscholing, vergoeding van verblijfskosten tijdens opleidingen of overige actieve arbeidsmarktmaatregelen, opleidingstoelagen, ondersteuning bij het zoeken naar werk en casemanagement.

In tabel 4 worden de geschatte kosten van de voorgestelde acties, tezamen met de bijbehorende technische bijstand, uitgesplitst.

Tabel 4 – In 2009 gefinancierde acties uitgesplitst naar EUROSTAT-classificatie i

Maatregelen inzake arbeidsmarktbeleid (AMB) uitgesplitst naar EUROSTAT-classificatie Geschatte kosten EFG + lidstaat (EUR) % totaal-bedrag

43.

AMB-diensten 12 954


Individuele ondersteuning bij het zoeken naar werk en diensten op het vlak van casemanagement en algemene informatievoorziening (loopbaanbegeleiding, certificering van vaardigheden, gepersonaliseerde actieplannen etc.; open informatiediensten voor werkzoekenden) 9 406 10,91 %

Toelagen voor werkzoekenden 174 0,20 %

Mobiliteitstoelagen 2 528 2,93 %

Overige toelagen (bijvoorbeeld regelingen voor leerlingwezen) 845 0,98 %

AMB-maatregelen 69 664

Scholing en herscholing 35 806 41,51 %

Opleidingstoelagen 12 579 14,58 %

Vergoeding van verblijfskosten tijdens opleidingen of overige actieve arbeidsmarktmaatregelen 13 077 15,16 %

Functiewisseling en duobanen n.v.t. n.v.t.

Stimuleringsmaatregelen voor arbeidsgelegenheid en werving 2 577 2,99 %

Ondersteunde werkgelegenheid en rehabilitatie 281 0,33 %

Creëren van banen 594 0,69 %

Opstartinitiatieven ter bevordering van het ondernemerschap 4 747 5,50 %

Technische bijstand (artikel 3 van Verordening nr. 1927/2006) 3 635 4.21 %

Totaal 86 254 100 %


44.

4.3.3. Complementariteit met door de structuurfondsen, met name het ESF, gefinancierde acties


Het EFG is bedoeld om de inzetbaarheid te vergroten en te zorgen voor een snelle re-integratie op de arbeidsmarkt door de toepassing van maatregelen ter bevordering van een actief arbeidsmarktbeleid. Als zodanig vormt het een aanpassing op het ESF, dat het belangrijkste EU-instrument op dit vlak is. Hun complementariteit ligt in hun vermogen om die kwesties in twee verschillende tijdsperspectieven aan te pakken: terwijl het EFG op de behoeften toegesneden bijstand aan ontslagen werknemers verleent in reactie op specifieke gebeurtenissen op Europese schaal die aanleiding geven tot massale ontslagen, treedt het ESF op ter ondersteuning van strategische doelen op de lange termijn (bv. vergroting van het menselijk kapitaal, beheer van veranderingen) via meerjarenprogramma’s. In het licht van de sociale impact van de huidige financiële en economische crisis is het functioneren van de beide fondsen naar aanleiding van een voorstel van de Commissie in 2009 gewijzigd, met als doel dat de beide fondsen flexibeler kunnen reageren op de impact van de crisis.

Het bepalende criterium wordt gevormd door het potentieel van de beschikbare instrumenten en maatregelen om werknemers effectief bij te staan. De inhoud van het “gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening” dat door het EFG mede wordt gefinancierd, moet in evenwicht zijn met overige acties en moet deze aanvullen. Dat betekent dat de EFG-acties een stuk verder moeten gaan dan de standaardvoorzieningen die sowieso voor werknemers beschikbaar zijn. Anderzijds zijn de lidstaten niet verplicht geheel nieuwe acties op te zetten, en de diensten die voor medefinanciering uit het EFG worden voorgedragen, mogen reeds bestaan. Het is de praktijk van het EFG een combinatie van diensten voor te stellen die acties omvat die geheel nieuw zijn, die nieuw zijn voor de desbetreffende werknemers of die aan hen worden voorgelegd in een nieuwe samenstelling, alsmede acties waartoe deze werknemers normaal gesproken geen toegang zouden hebben (bijvoorbeeld scholing op middelbaar of tertiair niveau).

Een goed voorbeeld van een succesvolle complementariteit tussen het ESF en het EFG is de Nokia-zaak (EGF/2009/002), die is ingediend door Duitsland. In de aanvraag werd onderscheid gemaakt tussen het EFG-pakket en een eerder pakket aan actieve arbeidsmarktmaatregelen, dat werd gefinancierd door het ESF en op basis van nationale overheidsfinanciering en private financiering. Het eerdere pakket dat medegefinancierd werd door het ESF, omvatte de vestiging van een overgangsonderneming (Transfergesellschaft) en maatregelen voor profilering, beroepsoriëntatie, individuele advisering, plaatsingsbegeleiding en kwalificaties op de korte termijn overeenkomstig de richtsnoeren van het federaal arbeidsbureau van het ESF. Het EFG-pakket van actieve arbeidsmarktmaatregelen was opgezet als aanvulling op voornoemd ESF-pakket, waarbij werd gezorgd voor complementariteit met overige maatregelen op nationaal, regionaal en plaatselijk niveau.

Een ander geslaagd voorbeeld van complementariteit is terug te vinden in de Volvo-zaak (EGF/2009/007), die is ingediend door Zweden: werknemers die, in plaats van te worden ontslagen, werden heropgeleid voor nieuwe taken binnen het bedrijf, kregen steun die werd medegefinancierd door het ESF, terwijl diegenen die wel werden ontslagen, steun ontvingen uit het gecoördineerde EFG-pakket met individuele dienstverlening.

De lidstaten hebben ervoor gezorgd dat ze dubbele financiering uit de communautaire financieringsinstrumenten vermijden, zoals bepaald wordt in artikel 6, lid 5 van de EFG-verordening.


45.

4.4 Door het EFG behaalde resultaten: in 2009 ontvangen eindverslagen inzake de uitvoering van financiële bijdragen


De voornaamste bron van informatie voor de door het EFG behaalde resultaten wordt gevormd door de eindverslagen die de lidstaten overeenkomstig artikel 15 van de verordening indienen.

46.

4.4.1. Ontvangen eindverslagen van de lidstaten


In 2009 heeft de Commissie 9 eindverslagen ontvangen: 6 daarvan betroffen aanvragen die waren ontvangen in 2007, en 3 aanvragen die waren ingediend in 2008 (zie tabel 5).

47.

4.4.2. Overzicht van de gerapporteerde resultaten


Uit de 9 eindverslagen bleek dat aan het eind van de uitvoeringsperiode 3 717 werknemers (40,1 %) een nieuwe baan hadden gevonden. De overigen waren nog altijd werkloos (2 219 personen, ofwel 24 %) of inactief (893 personen, ofwel 9,6 %), of hun arbeidsstatus werd niet gerapporteerd door de lidstaten (2 439 personen, ofwel 26,3 %).

48.

4.4.3. Goede praktijken en lessen die in de eindverslagen uiteen worden gezet


Behalve het succespercentage van mensen die weer aan het werk geholpen zijn, geven de lidstaten ook aan dat de EFG-bijdragen hen in staat stelden hun steun aan ontslagen werknemers te intensiveren en de duur van de steun ten opzichte van wat mogelijk zou zijn zonder EFG-bijdrage, uit te breiden. Diverse lidstaten (Finland, Malta, Portugal) waren van mening dat de uitvoeringsperiode, die in alle gevallen 12 maanden bedroeg, niet voldoende was, met name ten aanzien van de maatregelen om ondernemerschap en startende ondernemingen te stimuleren.

In dit stadium kunnen de gedetailleerde resultaten nog niet worden uitgesplitst naar geslacht, leeftijdsgroep, opleidingsniveau, nationaliteit etc. Dit zal in de toekomst van geval tot geval worden gedaan en zal ook worden opgenomen in de tussentijdse evaluatie van het EFG.

49.

EGF/2007/004 Perlos/Finland


Van de 921 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 56,9 % weer aan het werk voor het einde van de uitvoeringsperiode. Scholing voor nieuwe banen met een toekomst is een van de belangrijkste voordelen van de financiering, niet alleen voor de werknemer zelf, maar ook voor de regio als geheel, die afgelegen is en door ontvolking wordt bedreigd. Het ontwikkelen en bijhouden van een breed netwerk van belanghebbenden ondersteunen de ontslagen werknemers en leiden ertoe dat deze sneller weer aan het werk zijn. De vroegtijdige samenwerking met de Commissie maakte het mogelijk dat er voor de werknemers een ambitieus pakket maatregelen werd opgesteld dat anders nooit mogelijk zou zijn geweest. Het eindverslag bevatte tevens een SWOT-analyse van de situatie (sterke en zwakke punten, kansen en bedreigingen), die nuttig kan zijn bij de planning van toekomstige gevallen. De mede door het EFG gefinancierde maatregelen stelden de autoriteiten van Noord-Karelië in de gelegenheid noodplannen op te stellen voor grootschalige ontslagen in de toekomst.

50.

EGF/2007/006 Piemonte/Italië


Van de 1 298 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 48,9 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 5 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen). Over de arbeidsstatus van de overige 51,1 % is niets gemeld. Bij de steunverlening is specifieke aandacht besteed aan stimulansen om te zorgen dat vrouwen en werknemers van boven de 55 jaar blijven deelnemen aan de arbeidsmarkt en deze niet verlaten. Een hoog percentage werknemers van boven de 40 jaar wist een nieuwe baan te vinden, en het cijfer voor oudere werknemers die toch een nieuwe baan wisten te vinden als gevolg van de maatregelen, ligt relatief zeer hoog voor deze regio. Dankzij herscholing stapten werknemers van de textielsector naar andere, meer concurrerende productiesectoren.

51.

EGF/2007/005 Sardinië/Italië


Van de 1 044 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 6,2 %, zo melden de Italiaanse autoriteiten, aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 1 persoon die zijn eigen onderneming is begonnen). Over de arbeidsstatus van de overige 93,8 % is niets gemeld.

52.

EGF/2007/007 Lombardije/Italië


Van de 1 215 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 45,8 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk. Over de arbeidsstatus van de overige 54,2 % is niets gemeld.

53.

EGF/2008/001 Toscane/Italië


Van de 1 352 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 65,6 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 2 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen), en bleef 26 % werkloos of inactief. Over de arbeidsstatus van de overige 8 % is niets gemeld.

De Italiaanse autoriteiten zullen over voornoemde gevallen nadere informatie indienen, zodat de Commissie beter conclusies kan trekken over het succes van de EFG-steunverlening.

54.

EGF/2007/008 Textiel/Malta


Van de 672 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 65,5 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 24 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen). De steunverlening hield in dat de getroffen werknemers meer persoonlijk afgestemde ondersteuning kregen bij het herintreden op de arbeidsmarkt. Bijgevolg hadden deze personen minder te stellen met sociale en economische obstakels. Malta vond met name loopbaanbegeleiding erg nuttig, omdat veel werknemers die zich niet bewust waren van hun arbeidsmogelijkheden in overige sectoren, nu een baan overwogen buiten de textielsector. De meeste werknemers beschikten maar in beperkte mate over vaardigheden die overdraagbaar zijn. Door middel van loonsubsidie werden werkgevers aangemoedigd deze werknemers toch kansen te bieden op een baan. Het invoeren van een subsidieregeling voor startende ondernemers werd als een succes beschouwd.

55.

EGF/2007/010 Lissabon-Alentejo/Portugal


Van de 558 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 19,5 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 11 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen). Dit relatief lage cijfer dient wel te worden gezien in het licht van de structurele problemen van de automobielsector, die al dateren van vóór de wereldwijde financiële en economische crisis en die daardoor alleen maar zijn verhevigd. Gedurende het laatste kwartaal van 2008, toen de maatregelen afliepen, viel het aantal registraties van nieuwe auto’s terug met 20 %. i Ondanks deze ongunstige omstandigheden hebben erkennings- en valideringsprogramma’s voor individuele vaardigheden voor werknemers met de laagste beroepskwalificaties een betere uitgangspositie voor een nieuwe baan geboden. De maatregelen van het EFG werden op nuttige wijze aangevuld met overige maatregelen, met inbegrip van maatregelen die mede werden gefinancierd door Europees Sociaal Fonds.

56.

EGF/2008/002 Delphi/Spanje


Van de 1 589 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 10,7 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 8 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen). Volgens het eindverslag dient het lage percentage te worden beschouwd tegen de achtergrond van de snelle verslechtering van de arbeidsmarkt van Andalusië op dat moment. In februari 2009, toen de uitvoeringsperiode afliep, lag de werkgelegenheid 6,6 % lager dan in februari 2008. De Spaanse autoriteiten hebben tot 31 juli 2009 uit eigen middelen de scholingsactiviteiten voor specifieke doelgroepen voorgezet. Ondanks de ongunstige economische omstandigheden waren er eind juli 2009 voor ongeveer 600 van de ontslagen Delphi-werknemers toch goede vooruitzichten om te herintreden op de arbeidsmarkt.

57.

EGF/2008/003 Alytaus Tekstile/Litouwen


Van de 619 werknemers die hebben geprofiteerd van de maatregelen die mede zijn gefinancierd door het EFG, was 53,3 % aan het einde van de uitvoeringsperiode weer aan het werk (met inbegrip van 11 personen die hun eigen onderneming zijn begonnen).

Tabel 5 — In de in 2009 ontvangen eindverslagen gemelde resultaten

[afbeelding - zie origineel document]

58.

4.5. Financieel verslag


59.

4.5.1. Door het EFG bijgedragen fondsen


In 2009 heeft de begrotingsautoriteit 10 bijdragen voor EFG-steun verleend, voor een totaalbedrag van 52 349 047 EUR, hetgeen neerkomt op 10,5 % van het beschikbare jaarlijkse maximumbedrag (tabel 2). Alle 10 betalingen werden gedaan uit de begroting voor 2009, hoewel 6 betalingen pas werden uitgekeerd begin 2010.

Krachtens artikel 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006, i mag het EFG niet een jaarlijks maximumbedrag van 500 miljoen euro overschrijden (tegen prijzen van 2006), dat afkomstig kan zijn uit marges onder het totale uitgavenmaximum van het voorgaande jaar en/of uit geannuleerde vastleggingskredieten van de voorgaande twee jaren, met uitzondering van de kredieten voor rubriek 1B van het financiële kader. Bovendien moet krachtens artikel 12 van de EFG-verordening elk jaar op 1 september nog ten minste een kwart van het jaarlijkse maximumbedrag beschikbaar zijn om tegemoet te komen aan aanvragen die tot het einde van het jaar binnenkomen.

De vastleggingskredieten voor de in 2009 verleende fondsen zijn overgezet van de reserve naar de EFG-begrotingslijn. In 2009 werden de betalingskredieten betrokken uit de ESF-begroting vanwege de “affiniteit van de beleidsgebieden”, mede gezien het feit dat de jaarlijkse verplichting voor het EFG tot nu toe om en nabij 1 % bedroeg van het aan het ESF toegewezen bedrag. Om verwarring te voorkomen over het gebruik van de begrotingsmiddelen voor de verschillende instrumenten, is de Commissie in 2009, waar mogelijk en redelijk en waar dit geen gevaar van vertraging inhoudt voor de verwerking van het verzoek om overdracht, begonnen te kijken naar alternatieve bronnen voor de betalingskredieten.

Er zijn diverse verklaringen waarom in 2009 slechts 10,5 % van het beschikbare jaarlijkse maximumbedrag is gebruikt: slechts 13 lidstaten hebben EFG-steun aangevraagd en het proces, vanaf het samenstellen en indienen van een aanvraag tot en met de verwerking en het uiteindelijke besluit van de begrotingsautoriteit, kan langdurig en complex zijn. Redenen om geen EFG-steun aan te vragen zijn onder meer: lidstaten hebben een voorkeur voor het gebruik van het ESF, met name in gevallen waar het steunverleningspercentage van het ESF hoger ligt dan dat van het EFG; de moeilijkheid om halverwege het begrotingsjaar nationale gekoppelde financiering te vinden; gebrek aan personeel op nationaal niveau en gebrek aan ervaring met EFG-procedures; de lange perioden van financiële onzekerheid in afwachting van het besluit van de begrotingsautoriteit; en een politiek besluit om geen gebruik te maken van het EFG. Ook zijn er aanwijzingen dat sommige lidstaten hebben gewacht tot het van kracht worden van de gewijzigde verordening inzake het EFG alvorens hun aanvragen in te dienen.

Naarmate hun ervaring toeneemt, zullen lidstaten in de toekomst makkelijker EFG-aanvragen kunnen opstellen en indienen. De hoop is dat de vereenvoudigde beoordelings- en besluitprocedures die tegen het eind van 2009 zijn geïntroduceerd (zie 4.2), ertoe zullen bijdragen dat het EFG efficiënter wordt.


60.

4.5.2. Uitgaven voor technische bijstand


Ingevolge artikel 8, lid 1 van de verordening kan (op initiatief van de Commissie) 0,35 % van de voor het jaar beschikbare financiële middelen (met een maximum van 1,75 miljoen EUR) beschikbaar worden gemaakt in de vorm van technische bijstand voor activiteiten die nodig zijn voor de uitvoering van de verordening, zoals informatievoorziening, administratieve en technische ondersteuning, toezicht, audit, en controle- en evaluatieactiviteiten. In 2009 is een bedrag van 690 000 EUR beschikbaar gemaakt voor technische bijstand. i In tabel 6 wordt een overzicht van de bijbehorende activiteiten gegeven. Hiervoor is de begrotingslijn voor technische bijstand (04.010414) gebruikt.

Het resterende bedrag van 1 060 000 EUR, dat over het jaar in principe beschikbaar was, is niet aangewend.

Tabel 6 – Uitgaven voor technische bijstand over 2009

61.

Technische bijstand 2009 Omschrijving en door de Commissie voorgestelde bedragen Besteed


EUR EUR

informatievoorziening (bv. website, publicaties en audiovisuele activiteiten) 160 67 069,

Administratieve en technische bijstand: - bijeenkomsten van contactpersonen van het EFG - uitwisseling van goede praktijken onder de lidstaten (netwerkactiviteiten) 70 000 160 40 200,00 99 539,

Evaluatie (voorbereidende activiteiten voor de tussentijdse evaluatie van het EFG, zoals bepaald in artikel 17, lid 1, onder a) van de verordening) 300 EUR 0 (deze activiteiten worden uitgevoerd in 2010)

Toezicht, audits en controles: voor deze categorieën is geen bijdrage ter beschikking gesteld (de audits die in 2009 zijn uitgevoerd, werden gefinancierd uit overige bronnen van de Europese Commissie)

Totaal 690 206 808,

62.

4.5.3. Gemelde of afgesloten onregelmatigheden


Er zijn in 2009 geen onregelmatigheden uit hoofde van de verordening gemeld aan de Commissie. Er zijn in 2009 geen onregelmatigheden ingevolge de verordening afgesloten.


63.

4.5.4. Afsluiting van de financiële bijdragen van het EFG


In artikel 15, lid 2, van de verordening worden de procedures uiteengezet voor het afsluiten van financiële bijdragen op grond van het EFG. De eerste vier bijdragen op grond van het EFG zijn afgesloten in 2009:

Tabel 7 – Afgesloten zaken 2009

(alle bedragen in euro’s) EGF/2007/001 Peugeot / Frankrijk EGF/2007/003 BenQ / Duitsland EGF/2007/004 Perlos / Finland EGF/2007/008 Malta textiles / Malta

Datum van aanvraag 9.3. 27.6. 18.7. 12.9.

64.

Jaar van goedkeuring door de begrotingsautoriteit


Uiterlijke datum eindverslag 8.9. 26.12. 17.1. 11.3.

Datum afsluitbrief 18.11. 1.9. 1.9. 25.6.

Toegekende EFG-bijdrage (50 %) 2 558 12 766 2 028 681

Gecertificeerd EFG-deel van de werkelijke uitgaven (50 %) als vermeld in het eindverslag 2 353 10 273 1 321 318

65.

Niet-bestede middelen die zijn terugbetaald aan de Commissie in 204 2 492 707 362


Het totale bedrag aan niet-bestede middelen dat is terugbetaald aan de Commissie in het kader van de begroting van 2009, bedraagt voor deze vier zaken 3 766 666 EUR.

Er zijn diverse redenen waarom de lidstaten niet alle toegekende EFG-bijdragen hebben gebruikt. Al worden lidstaten aangemoedigd realistische budgettaire schattingen te maken voor de voorgestelde gecoördineerde pakketten van individuele dienstverlening, toch blijken niet alle aangevraagde middelen tijdens de uitvoering van de maatregelen nodig. In sommige gevallen is het aantal werknemers dat steun nodig heeft, te hoog ingeschat (het aantal werknemers dat erin slaagt een nieuwe baan te vinden zonder EFG-steun kan bijvoorbeeld groter zijn dan aanvankelijk gedacht); soms geven sommige werknemers de voorkeur aan een goedkope maatregel boven een dure maatregel; of sommige werknemers nemen korter dan verwacht deel aan een bepaalde maatregel omdat ze een nieuwe baan hebben gevonden. Een andere reden voor lagere uitgaven kan gelegen zijn in vertragingen bij het opstarten van de maatregelen. De begroting van de maatregelen en de prognoses voor werknemersdeelname door de lidstaten zullen naar verwachting steeds beter worden naarmate men aan ervaring wint.

66.

4.5.5. Overige vergoedingen


Behalve de vergoede bedragen die zijn opgenomen in tabel 7, is een van de EFG-bijdragen die in 2007 was toegekend, in zijn geheel aan de Commissie terugbetaald: daarbij gaat het om een bedrag van 1 258 030 EUR, dat was toegekend voor aanvraag EGF/2007/002 (Renault), een aanvraag die in 2009 door de Franse autoriteiten is ingetrokken. Daarnaast hebben de Duitse autoriteiten een bedrag van 1 588,55 EUR terugverdiend in de vorm van rente, dat zij de Commissie hebben doen toekomen.


67.

4.6. Technische bijstand van de Commissie


68.

4.6.1. Informatie en publiciteit


Internetsite

Overeenkomstig artikel 9 van de EFG-verordening heeft de Commissie in alle talen van de Gemeenschap, een internetsite opgezet die informatie verschaft over het EFG, een leidraad geeft voor de indiening van aanvragen, actuele informatie biedt over ingewilligde en afgewezen aanvragen en de rol daarbij van de begrotingsautoriteit belicht.

Overeenkomstig de vereisten van artikel 9 is de door de Commissie opgezette internetsite (ec.europa.eu/egf) beschikbaar gemaakt in de 22 talen van de Unie (alle talen uitgezonderd het Iers). In 2009 is de internetsite vernieuwd met als doel de gebruiksvriendelijkheid te vergroten.

De verbeteringen van 2009 hebben direct tot gevolg gehad dat het aantal bezoekers en het aantal bezochte pagina’s zijn toegenomen met respectievelijk 120 % en 138 %. In 2009 zijn op de EFG-website in totaal 195 768 pagina’s geraadpleegd door 83 719 bezoekers.

69.

Videoreportage


Aan de audiovisuele media in alle 27 lidstaten is een videoreportage ter beschikking gesteld. Dit heeft geleid tot 28 originele uitzendingen (op 19 tv-zenders, 8 radiozenders en 1 online krant) in 9 lidstaten (BE, DE, ES, FR, IE, IT, MT, RO en SI) en 3 niet-EU-landen (Montenegro, Rusland en Kongo). De uitzendingen hebben ten minste een publiek bereikt van 7 164 750 personen. i

70.

Eurobarometer


De speciale editie van de Eurobarometer inzake Europese werkgelegenheid en sociaal beleid (juni 2009) bevatte ook een vraag over het EFG, die tevens reeds was gesteld in Eurobarometer 70 (oktober 2008), om te peilen hoe bekend het fonds is.

Op de vraag “Hebt u ooit al eens gehoord van of gelezen over het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering, dat een fonds is om de slachtoffers van de globalisering te helpen?”, kon als volgt worden geantwoord:

“Ja, en u kent het goed”, of

“Ja, en u kent het niet goed”, of

“Nee, u hebt er nog nooit van gehoord of over gelezen”.

De resultaten van 2009 laten een lichte verbetering zien in de mate van bekendheid van het fonds ten opzichte van het voorgaande jaar: in de gehele EU had 26 % van de ondervraagden gehoord van het EFG en gaf 4 % aan er “zeer bekend” mee te zijn. Van de ondervraagden antwoordde echter 71 % nog nooit van het EFG te hebben gehoord. Dit percentage is nog altijd erg hoog en is niet verbeterd in vergelijking met het voorgaande jaar.

71.

Overige promotionele acties in 2009


In 2009 is een reeks posters gedrukt in diverse maten en in alle EU-talen, plus Chinees, Turks, Arabisch en Urdu. Er zijn 57 000 exemplaren verspreid onder arbeidsbureaus in de gehele EU en het publiek.

In de editie van maart van “Social Agenda”, het tijdschrift van de Commissie over werkgelegenheid en sociale zaken, werd aandacht besteed aan zowel het EFG als het Europees Sociaal Fonds, als instrumenten die kunnen bijdragen tot het opvangen van de gevolgen van de financiële en economische crisis op de arbeidsmarkt.

De Commissie heeft zich ook beraden op overige kanalen om informatie over het EFG te verspreiden, bijvoorbeeld het onderdeel “Social Europe” op Facebook.

72.

4.6.2. Vergaderingen met de nationale autoriteiten en de sociale partners


De vierde vergadering van de “Groep van deskundigen inzake de contactpersonen van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering”, samengesteld uit vertegenwoordigers van de lidstaten, vond plaats op 9 juli 2009 te Brussel.

Op 11 december 2009 is er in Malta een EFG-netwerkingsseminar inzake de uitvoering van het EFG in de lidstaten georganiseerd. Tijdens het seminar is gesproken over de uitvoering van het EFG en is met name aandacht besteed aan goede praktijken en aan de resterende kwesties en problemen. Het evenement bleek uitzonderlijk nuttig.


73.

5. Trends


Nu het EFG-zaken steeds meer zaken behandelt, zijn er ook meer gegevens beschikbaar om trends in kaart te brengen bij de toepassing ervan en om inzicht te krijgen in de gevolgde koers bij de acties van het fonds. Op het moment maakt de Commissie gebruik van de gegevens voor 2007, 2008, 2009 en een deel van 2010. Op basis van dit materiaal kunnen reeds bepaalde voorbeelden worden gegeven. De gegevens die zijn verwerkt in de drie grafieken hieronder, hebben betrekking op de 57 aanvragen die zijn ontvangen tot 30 april 2010.

Grafiek 1: Aantal werknemers voor wie steun is aangevraagd per lidstaat

[afbeelding - zie origineel document]

Italië voert de lijst van lidstaten aan met in totaal 8 300 werknemers voor wie steun is aangevraagd, terwijl de Tsjechische Republiek en Bulgarije elk maar 650 betrokken werknemers tellen.

Grafiek 2: Aantal werknemers voor wie steun is aangevraagd per sector

[afbeelding - zie origineel document]

Van de getroffen sectoren voert de automobielsector de lijst aan, met meer dan 12 000 werknemers voor wie steun is aangevraagd, direct gevolgd door textiel, met meer dan 11 000 werknemers voor wie steun is aangevraagd. i

Grafiek 3: Gemiddelde bedragen aan EFG-steun per sector

[afbeelding - zie origineel document]

Grafiek 3 geeft een beeld van de gemiddelde EFG-steun per werknemer in de diverse sectoren. Werknemers in de sectoren vliegtuigonderhoud en metalen in primaire vorm hebben de hoogste gemiddelde bedragen aan EFG-steun ontvangen (ongeveer 10 000 EUR per werknemer), gevolgd door de sector motorvoertuigen (bijna 8 000 EUR per werknemer) en de sector mechanisch/elektronisch (meer dan 7 000 EUR per werknemer). De sectoren kleding, bouwnijverheid, meubelen en detailhandel hebben de laagste gemiddelde bedragen ontvangen (om en nabij 1 000 EUR per werknemer).

Geïnteresseerde lezers kunnen meer resultaten en tendensen vinden in het document “Statistical portrait of the EFG 2007-2010”, dat vanaf de zomer van 2010 op aanvraag verkrijgbaar is op de website van het EFG (ec.europa.eu/egf).

74.

Bijlage 1


Motorvoertuigen (NACE: Vervaardiging van auto’s, aanhangwagens en opleggers, ref. nr. 29)

75.

Nr. Lidstaat Geval


EGF/2007/ FR Peugeot

EGF/2007/ PT Lissabon-Alentejo

EGF/2008/ ES DELPHI

EGF/2008/ ES Castilla Leon

EGF/2009/ SE Volvo

EGF/2009/ AT Stiermarken

EGF/2009/ DE Karmann

EGF/2009/ FR Renault

EGF/2010/ ES Catalonië

EGF/2010/ PL Wielkopolskie

Textiel (NACE: Vervaardiging van textiel, ref. nr. 13)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2007/ IT Sardinië

EGF/2007/ IT Piemonte

EGF/2007/ IT Lombardije

EGF/2008/ IT Toscane

EGF/2008/ LT Alytaus tekstilė

76.

EGF/2008/ ES Catalonië


EGF/2009/ PT Noord/midden

EGF/2009/ BE Oostwest-Vlaanderen

EGF/2009/ BE Limburg

EGF/2010/ ES Valencia

Mobiele telefoons (NACE: Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten, ref.nr. 26)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2007/ DE BenQ

EGF/2007/ FI Perlos

EGF/2009/ DE Nokia

Kleding (NACE: Vervaardiging van kleding, ref. nr. 14)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2007/ MT Textiel

EGF/2009/ LT Kleding

EGF/2010/ ES Galicië

EGF/2010/ SI Mura

Huishoudapparaten (NACE: Vervaardiging van elektrische apparatuur, ref. nr. 27)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ IT Gruppo Merloni

EGF/2009/ LT AB Snaige

Mechanisch/elektronisch (NACE: Vervaardiging van machines, apparaten en werktuigen, n.e.g., ref. nr. 28)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ DK Danfoss Group

EGF/2009/ DK Linak

EGF/2010/ DK Noord-Jutland

EGF/2010/ PL H.Cegielski-Poznań

77.

EGF/2010/ PL Podkarpackie


Drukindustrie (NACE: Drukkerijen, reproductie van opgenomen media, ref. nr. 18)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ NL Noord-Holland en Utrecht

EGF/2009/ NL Noord-Brabant en Zuid-Holland

EGF/2009/ NL Limburg

EGF/2009/ NL Gelderland en Overijssel

EGF/2009/ NL Drenthe

Computers (NACE: Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten, ref.nr. 26)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ IE Dell

Elektronische benodigdheden (NACE: Vervaardiging van informaticaproducten en van elektronische en optische producten, ref.nr. 26)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ PT Qimonda

EGF/2010/ AT AT&S

78.

EGF/2010/ NL NXP Semiconductors


Keramiek (NACE: Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten, ref.nr. 23)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ ES Valencia

Bouwnijverheid (NACE: Bouw van gebouwen, ref.nr. 41)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ NL Heijmans

EGF/2009/ LT Bouwnijverheid

Metalen in primaire vorm (NACE: Vervaardiging van metalen in primaire vorm, ref.nr. 24)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ BG Kremitkovtsi AD

EGF/2010/ AT Stiermarken - Neder-Oostenrijk

Vliegtuigonderhoud (NACE: Reparatie en installatie van machines en apparaten, ref.nr. 33)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ IE SR Technics

Uitgeverijen (NACE: Uitgeverijen, ref.nr. 58)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ NL Noord-Holland en Zuid-Holland

EGF/2009/ NL Noord-Brabant

Meubelen (NACE: Vervaardiging van meubelen, ref.nr. 31)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ LT Meubelen

Detailhandel (NACE: Detailhandel, met uitzondering van de handel in auto's en motorfietsen, ref.nr. 47)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2010/ CZ Unilever

Groothandel (NACE: Groothandel, met uitzondering van de handel in auto's en motorfietsen, ref.nr. 46)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2010/ NL Noord-Holland ICT

Kristal (NACE: Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten, ref.nr. 23)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ IE Waterford Crystal

Schrijn- en timmerwerk (NACE: Houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout en van kurk, exclusief meubelen, ref.nr. 16)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2009/ ES Castilla La Mancha

Steen/marmer (NACE: Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten, ref.nr. 23)

Nr. Lidstaat Geval

EGF/2010/ ES Valencia
“crisis”-afwijking, vastgesteld op 31 december 2011.
“Labour market policy database – Methodology – Revision of June 2006”, omdat sommige van de door het EFG medegefinancierde maatregelen onder geen van de door Eurostat gehanteerde categorieën vallen (bv. toelagen voor werkzoekenden, opleidingstoelagen, vergoeding van verblijfskosten tijdens opleidingen of overige actieve arbeidsmarktmaatregelen en mobiliteitstoelagen). De categorieën van de Eurostat-indeling die in deze tabel met “niet van toepassing” zijn aangemerkt, werden in de tien in 2009 goedgekeurde EFG-bijdragen niet door de lidstaat voorgesteld.
– “Aanpak van de crisis in de Europese automobielindustrie”, COM (2009) 104.

--------------------------------------------------