Toelichting bij COM(2011)927 - Vierde jaarverslag over de uitvoering van het Europees visserijfonds (2010) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2011)927 - Vierde jaarverslag over de uitvoering van het Europees visserijfonds (2010). |
|---|---|
| bron | COM(2011)927   |
| datum | 21-12-2011 |
VERSLAG VAN DE COMMISSIE VIERDE JAARVERSLAG OVER DE UITVOERING VAN HET EUROPEES VISSERIJFONDS (2010) /* COM/2011/0927 definitief */
Inhoudsopgave
- Inleiding
- Inleiding
- INHOUDSOPGAVE
- 2. JAARVERSLAG 2010 3
- 2.1. Belangrijkste ontwikkelingen, tendensen en uitdagingen in verband met de uitvoering van de OP's 3
- 2.1.1. Uitvoering van het Europees Visserijfonds door de lidstaten 3
- 2.1.2. Uitvoering van de begroting door de Commissie 4
- 2.2.1. Door de Europese Commissie in 2010 voor het EVF verrichte audits: 5
- 2.2.2. Door de lidstaten in 2010 voor het EVF verrichte audits: 6
- 2.3. Economische situatie van de visserijsector 7
- 2.5. Coördinatie van het EVF met de Structuurfondsen en het Europees Fonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) 8
- 2.6. Technische bijstand 9
- 2.6.1. Gebruik van de begroting voor technische bijstand door de lidstaten 9
- 2.6.2. Gebruik van de begroting voor technische bijstand door de Commissie 9
- 3. Stand van zaken met betrekking tot auditstrategieën, beheers- en controlesystemen en jaarlijkse controleverslagen 10
- 4. Financiële uitvoering in de lidstaten 12
- JAARVERSLAG 2010
- Uitvoering van de begroting door de Commissie
2.1. Belangrijkste ontwikkelingen, tendensen en uitdagingen in verband met de uitvoering van de OP's 3
2.2. Overzicht van de ten behoeve van de Commissie verrichte audits van de door de lidstaten opgezette beheers- en controlesystemen en van de resultaten van de door de lidstaten verrichte audits van de bijstand uit het EVF. 5
2.4. Innovatie in de visserijsector – beste praktijken in het kader van het EVF 7
2.5. Coördinatie van het EVF met de Structuurfondsen en het Europees Fonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) 8
3. Stand van zaken met betrekking tot auditstrategieën, beheers- en controlesystemen en jaarlijkse controleverslagen 10
Overeenkomstig artikel 68 van de EVF-Verordening i zendt de Commissie uiterlijk op 31 december van elk jaar een verslag over de feitelijke uitvoering van het EVF toe aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's. Het verslag dient gebaseerd te zijn op de bestudering en beoordeling door de Commissie van de jaarverslagen van de lidstaten en alle overige beschikbare informatie. Zoals vereist bij de verordening bevat dit vierde jaarverslag een overzicht van de ten behoeve van de Commissie verrichte audits van de beheers- en controlesystemen van de lidstaten, en van de resultaten van de door de lidstaten verrichte audits van de bijstand uit het EVF en de eventuele financiële correcties.
Dit verslag heeft betrekking op de uitvoering van het EVF in 2010. Het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie bevat een beknopt overzicht van de uitvoering van het EVF in elke lidstaat, alsmede vier tabellen met gedetailleerde gegevens over de financiële uitvoering i.
Belangrijkste ontwikkelingen, tendensen en uitdagingen in verband met de uitvoering van de OP's
Uitvoering van het Europees Visserijfonds door de lidstaten
De redenen voor de laattijdige uitvoering van het EVF zijn in detail geanalyseerd in de eerdere jaarverslagen – de laattijdige goedkeuring van de EVF-verordening en de uitvoeringsverordening, de prioriteit die de lidstaten hebben verleend aan de grotere EU-fondsen, de complexiteit van het opzetten van conforme beheers- en controlesystemen en tegelijkertijd de afronding van de uitvoering van het financieringsinstrument voor de oriëntatie van de visserij (FIOV) 2000-2006.
Daarbij kwamen ook nog de gevolgen van de economische en financiële crisis, die de beschikbare middelen voor nationale cofinanciering in een aantal lidstaten beperkten en een belemmering vormden voor particuliere investeringen. Blijkens de tussentijdse EVF-evaluatie was de economische druk op de visserij en de aquacultuur ook toegenomen als gevolg van de stijgende brandstof- en visvoederprijzen en de toenemende werkloosheid, met een zekere daling van de vraag naar visserijproducten en een prijsstagnering tot gevolg. Anderzijds waren de gevolgen van de brandstofcrisis voor een aantal lidstaten veeleer tijdelijk en tevens een gelegenheid om innovatie en een hogere productiviteit in de sector te bevorderen, om te schakelen op economischer visserijmethoden en de vloot te herstructureren.
Uit de huidige cijfers blijkt dat, zoals reeds verwacht in het jaarverslag 2009, de uitvoering van het EVF inmiddels sneller verloopt. Tegen eind 2010 was 36,13% van de algemene EVF-toewijzing vastgelegd voor concrete projecten, dit is bijna tweemaal zo veel als eind 2009. In sommige lidstaten was dit zelfs meer dan 50%,
De vastlegging van 36,13% van de algemene EVF-toewijzing is als volgt over de 4 prioritaire zwaartepunten verdeeld: 13,2% (567 485 078 euro) voor zwaartepunt 1 (maatregelen voor de aanpassing van de EU-visserijvloot, 11,7% (504 633 674 euro) voor zwaartepunt 2 (aquacultuur, binnenvisserij, verwerking en afzet van visserij- en aquacultuurproducten), 9,7% (418 147 084 euro) voor zwaartepunt 3 (maatregelen van gemeenschappelijk belang) en 0,7% (33 844 305 euro) voor zwaartepunt 4 (duurzame ontwikkeling van visserijgebieden). Belangrijk is dat deze cijfers op een vooruitgang wijzen, niet alleen voor zwaartepunt 1 (waar de financiële absorptie wordt vergemakkelijkt door een hoge steunintensiteit), maar ook voor de steun in het kader van de zwaartepunten 2 en 3. Zoals vermeld in het jaarverslag over 2009 wordt nogmaals bevestigd dat de uitvoering van particuliere en collectieve projecten ondanks de gevolgen van de financiële en economische crisis weer aantrekt.
Wat de betalingen betreft, bedroegen de gecertificeerde EVF-uitgaven eind 2010 645 829 316 euro, d.i. 15% van de totale EVF-toewijzing. Dit is een stijging met meer dan 10 procentpunten ten opzichte van de situatie eind 2009 (4,1%). Zwaartepunt 1 vormde het grootste deel van de door de lidstaten gecertificeerde betalingen (60% of 386 331 662 euro), terwijl de zwaartepunten 2 en 3 goed waren voor respectievelijk 21% (135 686 896 euro) en 16% (103 906 607 euro). Zwaartepunt 4 was goed voor 1,2% (7 987 800 euro). Het hoge percentage gecertificeerde betalingen in het geval van zwaartepunt 1 is toe te schrijven aan een hoge steunintensiteit van deze maatregel en aan de moeilijkheden bij de particuliere en publieke cofinanciering, die de uitvoering van de maatregelen in het kader van de andere zwaartepunten hebben vertraagd.
Wat zwaartepunt 4 betreft, vereisten de oprichting van plaatselijke partnerschappen en de selectie van participatieve plaatselijke ontwikkelingsstrategieën een aanzienlijke capaciteitsopbouw waarbij het FARNET-ondersteuningsteam een belangrijke rol heeft gespeeld. Deze steun op maat voor de lidstaten en de plaatselijke actoren was een succes. De uitvoering verliep sneller en tegen eind 2010 waren reeds meer dan 170 plaatselijke visserijgroepen (Fisheries Local Action Groups - FLAG’s) geselecteerd in dertien van de eenentwintig lidstaten die zwaartepunt 4 toepassen. Tegen eind 2011 zullen naar verwachting in totaal 250 FLAG's zijn opgericht.
Wat de jaarlijkse vastleggingen betreft, is in 2010 14,8% (639 062 172 euro) van de totale kredieten voor 2007-2013 (4 304 949 019 euro) vastgelegd, waarvan 485 174 453 euro voor convergentieregio's en 153 887 719 euro voor niet-convergentieregio's. Wat de betalingen betreft, is in 2010 8,85% (380 796 428 euro) van de totale kredieten voor 2007-2013 uitbetaald, waarvan 66,9% voor convergentieregio's (254 799 278 euro) en 33,1% voor niet-convergentieregio's (125 997 150 euro). Het betrof tussentijdse betalingen. Nadere gegevens zijn te vinden in punt 4 van dit verslag (tabel met de financiële uitvoering in de lidstaten) en in het werkdocument van de diensten van de Commissie waarvan dit verslag vergezeld gaat (de tabellen I, II, III en IV).
Eind 2010 is voor twee lidstaten (Duitsland en Slowakije) een doorhaling overeenkomstig de in artikel 90 van de EVF-verordening bedoelde n+2-regel toegepast voor een bedrag van respectievelijk 2 154 026 en 108 599 euro.
Overzicht van de ten behoeve van de Commissie verrichte audits van de door de lidstaten opgezette beheers- en controlesystemen en van de resultaten van de door de lidstaten verrichte audits van de bijstand uit het EVF.
Door de Europese Commissie in 2010 voor het EVF verrichte audits:
In 2010 is DG MARE een nieuw auditonderzoek voor de EVF-programma's (2007-13) begonnen. Hoofddoel was zich ervan te verzekeren dat de auditautoriteiten in de lidstaten hun werkzaamheden naar behoren uitvoeren. De audits bestonden in een herhaling van de werkzaamheden van de auditautoriteiten betreffende de belangrijkste vereisten van de beheers- en controlesystemen, die in overleg met de Europese Rekenkamer zijn vastgesteld en aan de lidstaten zijn meegedeeld i. De modules 1 en 2 hebben betrekking op de door de auditautoriteiten toegepaste auditmethode, de modules 3 en 4 op de resultaten van de door auditautoriteiten uitgevoerde systeemaudits en audits van verrichtingen.
Zoals aangegeven in tabel 1 zijn in 2010 met betrekking tot de werkzaamheden van de auditautoriteiten zeven audits verricht voor zeven operationele programma's. Op basis van deze audits zijn aanbevelingen gedaan aan de betrokken auditautoriteiten waarbij corrigerende maatregelen zijn opgelegd. Uit deze audits blijkt dat redelijkerwijs kan worden geconcludeerd dat de adviezen van deze zeven auditautoriteiten betrouwbaar zijn. Twee auditautoriteiten zijn in categorie 1 ingedeeld (functioneert goed; er zijn slechts kleine verbeteringen nodig) en vijf in categorie 2 (functioneert, maar er zijn enkele verbeteringen nodig). Voor in categorie 1 ingedeelde auditautoriteiten (controleadvies 'goedkeurend zonder punten van voorbehoud') is geen follow-up vereist.
Tabel 1: Overzicht van de ten behoeve van de Commissie in 2010 verrichte audits van de door de lidstaten opgezette beheers- en controlesystemen
[zie origineel document voor tabel]
14-18/6/ Estland 2007EE14FPO 1,2 & Cat. Met punten van voorbehoud Definitief tussentijds
5-7/7/ Duitsland (Mecklenburg Vorpommern) 2007DE14FPO 1,2,3 & Cat. Goedkeurend zonder punten van voorbehoud Definitief
26-30/7/ Letland 2007LV14FPO 1,2 & Cat. Met punten van voorbehoud Definitief tussentijds verslag
25-29/10/ Frankrijk 2007FR14FPO 1,2,3 & Cat. Met punten van voorbehoud In voorbereiding
25-28/10/ Nederland 2007NL14FPO 1,2,3 & Cat. Met voorbehoud Ontwerp
8-12/11/ Spanje (Baskenland) 2007ES14FPO 1,2 & Cat. Met punten van voorbehoud Definitief tussentijds verslag
22-26/11/ Litouwen 2007LT14FPO 1,2,3 & Cat. Goedkeurend zonder punten van voorbehoud Definitief
Door de lidstaten in 2010 voor het EVF verrichte audits:
In 2010 hebben de auditautoriteiten van 13 lidstaten 51 verslagen over systeemaudits bij de Commissie ingediend (overeenkomstig art. 61, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1198/2006). Tabel 2 bevat een overzicht van de autoriteiten die bij deze audit waren betrokken (beheersautoriteit, certificeringsautoriteit of bemiddelende instantie), het betrouwbaarheidsniveau van de evaluatie van de doeltreffendheid van de belangrijkste vereisten en het algemene in de verslagen vermelde controleadvies.
Voor twintig verslagen komt het betrouwbaarheidsniveau overeen met categorie 1, wat betekent dat het gecontroleerde systeem goed functioneert en dat slechts kleine verbeteringen nodig zijn. Zevenentwintig verslagen zijn ingedeeld in categorie 2, d.w.z. dat het systeem functioneert maar dat enkele verbeteringen nodig zijn. Drie auditverslagen zijn in categorie 3 ingedeeld, d.w.z. dat het systeem gedeeltelijk functioneert en dat aanzienlijke verbeteringen nodig zijn; in deze gevallen worden passende corrigerende maatregelen genomen. De auditautoriteiten zorgen voor de controle en de follow-up van deze gevallen.
Voor dertig verslagen is door de auditautoriteit een goedkeurend oordeel zonder punten van voorbehoud opgesteld; voor zes verslagen een oordeel met punten van voorbehoud. Voor de overige verslagen ontbrak een dergelijk algemeen oordeel.
De resultaten van de analyse van deze verslagen door DG MARE zijn in aanmerking genomen voor de algemene in het jaarlijks activiteitenverslag te verstrekken garantie.
Tabel 2: Overzicht van de door de lidstaten in 2010 verrichte audits van de bijstand uit het EVF
[zie origineel document voor tabel]
Lidstaat CCI Aantal ontvangen verslagen over systeemaudits Betrokken autoriteit i Betrouwbaarheidsniveau Auditadvies
Lidstaat Toegekend a Vastgelegd b Betaald c (inclusief voorfinanciering ) % (b) / (a) % (c) / (a)
België Periode 2007- 26 261 648, 12 793 350, 3 676 630, 48,71% 14,00%
Begrotingsjaar: 4 337 474, 4 337 474, 0,
Bulgarije Periode 2007- 80 009 708, 38 156 245, 11 201 359, 47,69% 14,00%
Begrotingsjaar: 12 221 422, 12 221 422, 0,
Tsjechië Periode 2007- 27 106 675, 14 448 901, 7 086 877, 53,30% 26,14%
Begrotingsjaar: 3 868 715, 3 868 715, 3 291 943,
Denemarken Periode 2007- 133 675 169, 74 110 255, 44 853 998, 55,44% 33,55%
Begrotingsjaar: 19 081 484, 19 081 484, 26 139 474,
Duitsland Periode 2007- 153 711 392, 85 867 012, 47 423 400, 55,86% 30,85%
Begrotingsjaar: 22 270 129, 22 270 129, 19 430 244,
Estland Periode 2007- 84 568 039, 41 883 075, 20 197 426, 49,53% 23,88%
Begrotingsjaar: 11 891 071, 11 891 071, 9 603 101,
Ierland Periode 2007- 42 266 603, 20 590 159, 20 590 159, 48,71% 48,71%
Begrotingsjaar: 6 980 914, 6 980 914, 14 672 835,
Griekenland Periode 2007- 207 832 237, 120 018 853, 31 994 351, 57,75% 15,39%
Begrotingsjaar: 29 729 945, 29 729 945, 2 897 837,
Spanje Periode 2007- 1 131 890 912, 641 340 727, 286 033 924, 56,66% 25,27%
Begrotingsjaar: 161 753 140, 161 753 140, 127 569 198,
Frankrijk Periode 2007- 216 053 084, 119 781 031, 74 268 494, 55,44% 34,38%
Begrotingsjaar: 30 840 533, 30 840 533, 21 869 442,
Italië Periode 2007- 424 342 854, 236 309 252, 104 244 555, 55,69% 24,57%
Begrotingsjaar: 60 586 678, 60 586 678, 44 836 557,
Cyprus Periode 2007- 19 724 418, 10 935 328, 8 910 044, 55,44% 45,17%
Begrotingsjaar: 2 815 565, 2 815 565, 6 148 626,
Letland Periode 2007- 125 015 563, 62 503 709, 39 695 701, 50,00% 31,75%
Begrotingsjaar: 17 736 296, 17 736 296, 10 556 618,
Litouwen Periode 2007- 54 713 408, 28 548 396, 18 445 624, 52,18% 33,71%
Begrotingsjaar: 7 546 096, 7 546 096, 8 841 003,
Luxemburg Periode 2007- 0, 0, 0, 0,00% 0,00%
Begrotingsjaar: 0, 0, 0,
Hongarije Periode 2007- 34 850 860, 16 116 646, 5 674 974, 46,24% 16,28%
Begrotingsjaar: 5 341 786, 5 341 786, 795 853,
Malta Periode 2007- 8 372 329, 4 029 528, 1 172 126, 48,13% 14,00%
Begrotingsjaar: 1 250 716, 1 250 716, 0,
Nederland Periode 2007- 48 578 417, 26 932 144, 11 648 010, 55,44% 23,98%
Begrotingsjaar: 6 934 334, 6 934 334, 0,
Oostenrijk Periode 2007- 5 259 318, 2 928 289, 2 891 907, 55,68% 54,99%
Begrotingsjaar: 750 906, 750 906, 1 081 650,
Polen Periode 2007- 734 092 574, 361 732 791, 139 941 469, 49,28% 19,06%
Begrotingsjaar: 119 906 010, 119 906 010, 37 168 509,
Portugal Periode 2007- 246 485 249, 137 478 742, 64 386 992, 55,78% 26,12%
Begrotingsjaar: 35 195 411, 35 195 411, 29 879 058,
Roemenië Periode 2007- 230 714 207, 103 832 279, 32 299 988, 45,00% 14,00%
Begrotingsjaar: 36 391 468, 36 391 468, 0,
Slovenië Periode 2007- 21 640 283, 11 754 369, 3 029 639, 54,32% 14,00%
Begrotingsjaar: 3 722 949, 3 722 949, 0,
Slowakije Periode 2007- 13 579 930, 7 282 064, 3 912 804, 53,62% 28,81%
Begrotingsjaar: 1 655 266, 1 655 266, 1 731 349,
Finland Periode 2007- 39 448 827, 21 870 648, 11 387 844, 55,44% 28,87%
Begrotingsjaar: 5 631 130, 5 631 130, 2 960 792,
Zweden Periode 2007- 54 664 803, 30 306 470, 19 494 588, 55,44% 35,66%
Begrotingsjaar: 7 803 137, 7 803 137, 11 322 330,
Verenigd Koninkrijk Periode 2007- 137 827 889, 67 594 416, 19 295 904, 49,04% 14,00%
Begrotingsjaar: 22 819 597, 22 819 597, 0,
Totaal Periode 2007- 4 302 686 396, 2 299 144 679, 1 033 758 798, 53,44% 24,03%
Begrotingsjaar: 639 062 172, 639 062 172, 380 796 428,
regio’s die onder de convergentiedoelstelling vallen.
Tabel II. Financiële uitvoering in de regio’s die niet onder de convergentiedoelstelling vallen.
Tabel III. Geprogrammeerde EVF-bedragen per prioritair zwaartepunt en per lidstaat.
Tabel IV. Gecertificeerde EVF-uitgaven per prioritair zwaartepunt en per lidstaat.