Relatie EU met intergouvernementele organisaties - Hoofdinhoud
De Europese Unie i (EU) is, na jaren van uitbreiding en groei een significante speler op het wereldtoneel geworden. Hierbij vormt het blok een belangrijke gesprekspartner voor andere invloedrijke intergouvernementele organisaties.
De Europese Unie is zich in recente jaren steeds meer als samenhangend front gaan presenteren tegenover andere wereldspelers. Deze opstelling geeft de EU meer beïnvloedingsmogelijkheden ten aanzien van bijvoorbeeld (wereld)handel en mensenrechten door de invloed van zijn lidstaten te bundelen.
Deze opstelling heeft de Europese Commissie i een belangrijke positie gegeven. Zo is de positie van de Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor een sterker Europa in de wereld i (HV) in het leven geroepen om Europese Unie internationaal gezien één gezicht en één stem te geven op het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid. Ook vertegenwoordigen EU-leiders zoals commissievoorzitter Ursula von der Leyen i en voorzitter van de Europese Raad Charles Michel i de Europese Unie regelmatig bij internationale bijeenkomsten, zoals de G20 i en G7 i.
Inhoudsopgave
De veiligheid van de EU en de NAVO zijn sterk met elkaar verbonden, aangezien 22 EU-lidstaten ook lid zijn van het NAVO bondgenootschap. Die overlap is het meest duidelijk als het gaat om zelfverdediging. Zowel in de NAVO als in de EU is afgesproken dat de leden elkaar steunnen wanneer één van hen wordt aangevallen.
Sinds 2001 werken de EU en de NAVO formeel samen, in de loop der jaren op steeds meer terreinen. De EU en de NAVO houden regulier overleg. De twee organisaties hebben op verschillende plekken gezamenlijk deelgenomen aan missies, zoals op de Westelijke Balkan (Noord-Macedonië, Bosnië en Herzegovina en Kosovo) en in Afghanistan, Darfur en Somalië. Ook tijdens de oorlog in Oekraïne, die in 2022 uitbrak door Russische invasie, trekken de EU en de NAVO veel samen op.
De Raad van Europa en de Europese Unie hebben een lange traditie van samenwerking. De eerste samenwerking begon al in 1957, met de EEG i, maar echte samenwerking begon vanaf 1992, toen de Europese Unie werd opgericht. De samenwerking is gebaseerd op gedeelde waarden zoals mensenrechten, democratie en de rechtsstaat, met een gedeelde missie om deze uit te dragen zowel binnen als buiten Europa. De strategische samenwerking is officieel gebaseerd op de volgende drie pijlers: 1) politieke dialoog, 2) juridische samenwerking en 3) samenwerkingsprojecten.
Op veel vlakken heeft de EU dezelfde prioriteiten als de Verenigde Naties i (VN). Vandaar dat veel EU- initiatieven worden genomen in coördinatie met de activiteiten van de VN, waarbij de EU het doel heeft om deze samenwerking te versterken. Hieronder vallen onder andere het verspreiden van vrede en veiligheid, het respecteren van mensenrechten en het uitroeien van ziektes.
Sinds mei 2011 heeft de EU meer rechten in de VN omdat het gemakkelijker met één stem wou spreken en zodat voorstellen niet meer via EU-lidstaten i gedaan zouden hoeven worden. Nadat dit voorstel in 2010 initieel verworpen was, werd bij een tweede poging in 2011 de resolutie zo aangepast dat ook andere regionale organisaties (zoals de Afrikaanse Unie of de Arabische Liga) dezelfde rechten kunnen aanvragen. De EU heeft nu het recht om te spreken, voorstellen te doen, amendementen en moties in te dienen, reacties te geven en het recht om documenten te verspreiden.
Binnen de Wereldhandelsorganisatie i (WTO) vormt de Europese Unie het grootste handelsblok ter wereld en wordt daarom gezien als een belangrijke speler. In de WTO poogt een groot aantal landen hun handelsbeleid effectief op elkaar af te stemmen. Hierbij treedt de Europese Commissie namens de Europese Unie op als onderhandelaar. De EU is zelf volwaardig lid van de handelsorganisatie, net als de 27 EU-lidstaten.
De Europese Unie streeft in het kader van de Wereldhandelsorganisatie onder meer naar een eerlijker en stabieler internationaal handelssysteem. De EU streeft verder naar het openen van nieuwe markten voor bedrijven uit de EU, het handhaven van handelsregels en het creeëren van tastbare voordelen van internationale handel voor EU-burgers.
De G20 is in 1999 opgericht en bestaat uit de 19 grootste nationale economieën plus de EU. De EU zet zich binnen de G20 in voor afstemming van de wereldeconomie, ontwikkeling van opkomende economieën, eerlijke handel en hervorming van het internationale financiële systeem. De EU is volwaardig lid van de G20 en stuurt haar eigen vertegenwoordigers.
De leiders van de Europese Unie wonen ook de ontmoetingen van de G7 bij. Hierbij neemt de EU wel deel aan de G7, maar omdat het geen soevereine lidstaat is telt het niet mee als lid en neemt het blok ook niet het roulerend voorzitterschap op zich.