Onze vrijheden staan onder druk door slechte integratie: benoem dit en pak het aan - Hoofdinhoud
“Ik ben geboren in het verschrikkelijke jaar 1933. Ik heb de Tweede Wereldoorlog zeer bewust meegemaakt. Twee van mijn klasgenoten zijn weggehaald en vermoord. In mijn kwaadste ogenblikken, in mijn zwartste nachtmerrie, heb ik niet gedacht, niet vermoed, dat ik nog een dag zou meemaken dat een groep Marokkanen zich zou verzamelen in het hart van ons land, in het hart van Amsterdam en dat één van hen zou roepen; ‘Daar gaat een Jood!’ en dat ze hem in elkaar zouden tremmen, zodat hij zijn toevlucht moet zoeken tot Krasnapolsky, waar de ruiten van sneuvelen. Ik had niet gedacht….”
Woorden van voormalig politiek leider van de VVD Frits Bolkestein, in gesprek met journalist Paul Witteman. Volgens Witteman ging het hier om “één Marokkaanse jongen” en moesten we het “niet overdrijven”. Witteman stelde dat er “geen verband is tussen de allochtone bevolking en deze vorm van antisemitisme“ en noemde dat “nogal een zware beschuldiging”. Volgens Bolkestein werden mensen in ons land wel degelijk geïndoctrineerd door de stroom van antisemitische boodschappen die officiële media uit islamitische landen de wereld in slingeren. Een gesprek van 22 jaar geleden en actueler dan ooit.
Dit weekend hebben we voor het oog van de wereld een naoorlogs dieptepunt bereikt. In de straten van mijn Mokum heeft een Jodenjacht plaatsgevonden. Mensen werden gedwongen hun paspoort te laten zien. Jongeren op scooters en taxichauffeurs hebben zich verenigd om Joden en Israëliërs op te jagen, in het nauw te drijven en aan te vallen.
Het maakt mij woedend en intens verdrietig. Het zet op het spel waar Nederland al eeuwen voor staat: vrijheid. Dat raakt ons allemaal.
En dit is erg genoeg inmiddels een patroon in onze hoofdstad, in ons land. Veel Joodse Nederlanders kunnen hier al lang niet meer vrij en veilig hun leven leiden. Hoe vaak we ook zeggen “dit nooit meer”, we slagen er als samenleving niet in dat waar te maken. Keppeltjes en vlaggen worden uit voorzorg opgeborgen. Ouders sturen hun kind met een bang hart naar de, toch al zwaarbewaakte, Joodse school en gezinnen duiken zelfs onder.
Veel van wat er in Amsterdam gebeurde, moet nog opgehelderd worden. Waren er vooraf signalen bekend? Waarom zijn er in de nacht zelf geen aanhoudingen verricht? En hoe gaat de veiligheid van de Joodse gemeenschap de komende tijd zeer serieus worden geborgd? Nog deze week zullen we hierover een debat voeren met het kabinet.
Eén ding is wel zeker: dit komt niet uit de lucht vallen. Onder deze uiting van haat, ligt een patroon. Een patroon van toenemende onverdraagzaamheid ten opzichte van de normen en waarden, de vrije manier van leven, die onze samenleving kenmerkt. Invloeden vanuit onvrije landen stellen die vrijheid niet alleen ter discussie, maar tornen eraan. Het Westen, en zeker Nederland is een te makkelijke prooi voor deze landen, die geld en tijd investeren om hier hun boodschappen van haat en onverdraagzaamheid te verspreiden. En zij worden onvoldoende tegengehouden.
Online wordt er veel onwaarheid gedeeld. In onze straten krijgen organisaties als Samidoun vrij spel om - onder het mom van een ‘demonstratie’ - haat te zaaien. Demonstraties die wij toestaan in onze democratische rechtsstaat, onze grootste verworvenheid, worden in dit geval misbruikt om onze rechtsstaat te ondermijnen. Daarmee keert onze open samenleving zich tegen ons. Zijn we tolerant voor intolerantie. En zetten we onze vrijheden op het spel.
Dat boodschappen van onvrijheid in Nederland voet aan de grond krijgen, komt ook doordat teveel groepen openstaan voor dat onvrije geluid. Dat aan kunnen pakken, begint bij het onderkennen daarvan. Over welke groepen het dan gaat. Waar hun integratie heeft gefaald. En hoe dat anders moet.
Toen aan burgemeester Halsema werd gevraagd naar de achtergrond van de scooterdaders, “kon en wilde” zij daarop niet antwoorden. Het was volgens haar niet relevant. Want, zo zei ze: “Amsterdam werkt met het ‘draaiboek vrede’.” Dit noodplan, ontwikkeld na de aanslagen van 11 september 2001, is gericht op het kalm houden van verschillende groepen in de stad.
Maar, ‘vrede’ gaat er op deze manier nooit komen. Het is precies wat er misgaat met het integratiebeleid in Nederland. Linkse partijen komen nog steeds niet verder dan betwisten dat er überhaupt een integratieprobleem is. Zij debatteren liever over discriminatie en “acceptatie”. Hopelijk heeft deze verschrikkelijke gebeurtenis, deze Jodenjacht in Amsterdam, hun ogen eindelijk geopend.
En laat helder zijn: geweld uit welke hoek dan ook, is verwerpelijk. Dat geldt ook voor spreekkoren van Maccabi-aanhangers of het wegrukken van Palestijnse vlaggen. Dat zij zich hier misdragen hebben verdient onze veroordeling. Net zoals onze veroordeling van wat er in Amsterdam gebeurde, los staat van onze kritische houding op wat Israël doet in de Gaza-strook. Niets hiervan is echter een vrijbrief voor een klopjacht. Er is nooit een context die Jodenhaat, waarbij onschuldige burgers hier op straat worden aangevallen, rechtvaardigt. Er is nooit een ‘ja, maar’.
Nog niet alle daders van deze afschuwelijke daden zijn bekend. Maar alles wijst erop dat de meeste jongens op scooters en taxichauffeurs die de afgelopen dagen samenwerkten om Joden in een hoek te drijven, een migratieachtergrond hebben. De meesten vermoedelijk een Marokkaanse achtergrond. Als je in ons land kunt wonen, vaak zelfs hier geboren en dus een Nederlander kunt zijn, en je je zo kunt gedragen, dan heb je duidelijk niet de normen en waarden die ons land kenmerken. Dan ben je geen onderdeel van onze samenleving, maar keer je je er van af. In 2019 noemde D’66 de integratie van Marokkanen in Nederland nog een “doorslaand succes”. Inderdaad: veel mensen met een Marokkaanse achtergrond doen het prima. Het zijn Nederlanders die hard werken, volop bijdragen en voor wie de VVD staat. Maar dat is niet het hele verhaal.
Want tegelijkertijd is er wel degelijk een probleem dat niet benoemd lijkt te mogen worden. De VVD signaleert al jaren dat antisemitisch geweld uit extreemlinkse en extreemrechtse hoek komt. En ook uit delen van de Islamitische gemeenschap. Dit hebben we in 2019 al opgeschreven in onze allereerste initiatiefnota gericht op het bestrijden van antisemitisme. Dat het ook in delen van de Islamitische gemeenschap voorkomt, moeten we echt onder ogen zien. Doen we dat niet, pakken we dat niet bij de bron aan, sluiten we onze ogen voor de eerste signalen dat onze vrijheden niet worden omarmd of zelfs maar gerespecteerd, dan is dit het gevolg.
In steeds meer schoolklassen is de Holocaust onbespreekbaar. In Amsterdam accepteert minder dan de helft van de leerlingen homoseksualiteit. Religieuze en culturele achtergrond spelen daarbij een rol. Sommige mensen, vaak zelfs hier geboren, zijn totaal vervreemd van ons land opgegroeid. Dat is (te) vaak het gevolg van slechte integratie. Van een naïeve overheid, een naïeve samenleving en een gemakzuchtige politiek die te vaak liever wegkijkt of heel hard schreeuwt, dan aan echte veranderingen werkt. Als de VVD wijst op oververtegenwoordiging van mensen met een niet-westerse achtergrond in de criminaliteit en in de bijstand, is de reactie van links dat we stigmatiseren en moeten benoemen wat er goed gaat. Dus laten ze de voedingsbodem in stand voor geweld dat we de afgelopen dagen - en helaas veel vaker - zagen.
En het is niet zo dat we de goeden onder de kwaden laten lijden. In tegendeel. Weliswaar niet zoals links dat doet, door iedere succesvol geïntegreerde Nederlander van Marokkaanse of Turkse afkomst te behandelen als een exotisch diertje dat je met positieve discriminatie of zelfs een diversiteitsbokaal moet betuttelen. Wij doen dat liever door iedereen serieus te nemen en voor vol aan te zien, ongeacht afkomst. En ja, ook door te strijden tegen discriminatie, racisme en voor beter onderwijs voor iedereen. Mensen die hier wonen en volop meedoen, vinden ons altijd aan hun kant.
Maar tegelijkertijd agenderen wij als VVD ook al jaren het probleem dat te veel jongens met een Marokkaanse achtergrond zich aan de randen van de maatschappij bevinden, in plaats van naar school gaan of werken. Hun ouders zijn kennelijk niet in staat om hen het belang bij te brengen van actief meedoen in de samenleving. Criminoloog Frank Bovenkerk oppert in zijn studies als verklarende factor dat er minder sociale controle is onder Nederlanders met een bepaalde culturele achtergrond. Socioloog Werdmolder wijst verder op het feit dat in bepaalde culturen bij geschillen geweld sneller wordt geaccepteerd en er een sterke gevoeligheid is voor eer en respect. Maar ook een gebrek aan kansen en goede begeleiding speelt hier een rol. Een prachtige documentaire uit de jaren ’90 getiteld ‘ Haagse Klasse’ laat zien hoe Marokkaanse vaders in de Schilderswijk de betrokkenheid bij hun kind op school en straat opgeven omdat zij van de Nederlandse overheid niet de vanuit hun eigen cultuur gewenste harde hand mogen gebruiken om discipline af te dwingen. Zelf zitten ze zonder werk en spreken de taal slecht. Ze voelen zich in hun eer aangetast als de schooldirecteur hen aanspreekt op de gebrekkige opvoeding. Vervolgens schakelt de schooldirecteur dan maar de imam in om de vaders in hun eigen taal, wél met gezag toe te spreken. Een misschien begrijpelijke en in het integratiebeleid vaker toegepaste methode. Religieuze leiders van een bepaalde migrantengroep tot aanspreekpunt bombarderen.
Maar deze aanpak heeft mensen juist teveel in hun eigen cultuur en aan de zijlijn van de Nederlandse samenleving gehouden. Iets wat we in Nederland overigens al decennia doen, zoals Khadija Arib vijftien jaar geleden in haar boek ‘Couscous op zondag’ al schreef. Dit soort beleid is niet gericht op meedoen met wat in Nederland normaal is, maar op de cultuur van de nieuwkomer. Betuttelracisme in optima forma. Dezelfde filosofie is ook in het jeugd- en welzijnswerk geslopen; waar dikwijls jongeren uit ‘de doelgroep’ worden geworven om vanuit de eigen cultuur jongeren te kunnen aanspreken en bereiken. Een pedagogische opleiding of het vermogen om normen te stellen lijkt daarbij een stuk minder van belang. Het beleid faalt.
Wat dit te maken heeft met de Jodenhaat in Amsterdam? Alles. Dit soort elementen onderkennen is cruciaal om problemen te begrijpen en aan te pakken. De culturele achtergrond en ook de overheidsaanpak spelen wel degelijk een rol in de misdragingen die we nu zien. Sommige jongeren die hier zijn geboren leven nog steeds niet volgens de normen van Nederland, maar in die van een parallelle samenleving. Sociale media en de bubbels van het internet versterken dat alleen maar.
De politiek moet hier iets aan doen.
Het is tijd dat we kijken naar de bron van alles wat gaande is. De giftige cocktail van kwaadwillende buitenlandse beïnvloeding en mislukte integratie. De VVD benoemt dat. Van Bolkestein tot nu. Dat begint niet vandaag, daar werken we al jaren aan. Ondanks de weerstand van beide zijden van het politieke spectrum. We willen de norm terugbrengen. Door heel duidelijk te zijn over wat in ons land de geldende waarden zijn. En daar consequenties aan te verbinden.
We hebben de strafmaten voor geweldsmisdrijven verhoogd. Meer geld uitgetrokken voor veiligheid. De inburgeringseisen zijn strenger, zodat we afdwingen dat nieuwkomers onze normen en waarden respecteren en erop worden aangesproken als dat niet gebeurt. De glijdende schaal, waarmee je mensen hun hun verblijfsvergunning kan ontnemen na een misdaad, is aangescherpt. We hebben verboden dat onvrije landen hier politiek campagne kunnen komen voeren voor hun regimes. Er is meer aandacht voor burgerschap op scholen. We besteden veel aandacht aan het tegengaan van onderdrukking van vrouwen in gesloten gemeenschappen. Nadat eergerelateerd geweld jaren een onvoldoende onderkend probleem was, is er eindelijk een gerichte aanpak voor gekomen. Maar is het genoeg? Nee.
We moeten blijven inzetten op repressie én preventie.
In de eerste plaats is het natuurlijk nodig dat we het tuig dat verantwoordelijk is voor de Jodenjacht van afgelopen week zo snel mogelijk voor een rechter brengen. Door onze politie de middelen en de ruimte te geven om ze zo snel mogelijk op te sporen. Door camerabeelden zonder terughoudendheid te gebruiken en te delen. Door snelrecht in te zetten. Door de taxichauffeurs die hebben meegedaan strafrechtelijk te vervolgen en ook hun vergunningen in te trekken.
Maar we moeten veel meer doen. Voorkomen dat het zo ver komt. Er zijn meer concrete oplossingen nodig tegen de voedingsbodem voor haat. En we moeten direct grenzen stellen als mensen die haat toch laten zien. Die zijn niet altijd makkelijk of acuut te realiseren. Soms wel, zoals minister van Weel die onlangs de haatprediker van Samidoun weigerde. Maar helaas lang niet altijd. “Iedereen die zich misdraagt het land uit”, klinkt simpel, vanuit de uiterst rechter flank. Maar aangezien veel van de relschoppers een Nederlandse nationaliteit zullen hebben, is dit feitelijk ook een manier van wegkijken. Het blijft bij het roepen, met alle ellende van dien. Wegkijken van het echte probleem, zoals ook links graag doet, helpt ons land dus geen millimeter vooruit.
De VVD wil een stevige maar realistische integratieagenda, die verschil maakt. Dat willen we al jaren, maar nu, in deze politieke samenstelling, is er een kans die uit te voeren. Nu is er de gelegenheid dit probleem bij de bron aan te pakken.
Door eerder in te grijpen bij straatschoffies voordat ze nog verder het criminele pad opgaan. Door meer aandacht te hebben voor kwetsbare wijken. Door de buitenlandse beïnvloeding richting deze groepen aan te pakken. Door meer aandacht voor de Holocaust op iedere school en in de inburgering.
Door eindelijk het toezicht op religieuze scholen te regelen.
Door niet meer te accepteren dat onvrije landen, zoals Turkije of Saoedi-Arabië, hier honderden moskeeën en tientallen weekendscholen financieren en hier opgroeiende kinderen kunnen leren dat Hamas ‘vrijheidsstrijders zijn’. En hierbij wil ik zeker niet alle moskeeën over één kam scheren. Maar andersom verwacht ik dan ook dat moskeebesturen zich onomwonden uitspreken tegen het geweld van afgelopen donderdagnacht.
Wat de VVD betreft trekken we een verblijfsvergunning nog sneller in als iemand een strafbaar feit pleegt. Nemen we iemand met een dubbele nationaliteit na een misdrijf ook sneller het Nederlanderschap af. Zorgen we ervoor dat het kabinet het Duitse voorstel volgt om iemand bij een veroordeling voor antisemitisme überhaupt geen Nederlands paspoort te geven. Spreken we af dat het kabinet niet meer spreekt met en de subsidie stopzet van haatdragende en oerconservatieve organisaties die integratie tegengaan. Nemen we het demonstratierecht onder de loep om misbruik ervan tegen te gaan. En blijven we werken aan een strikt migratiebeleid, zodat we zelf bepalen wie ons land binnenkomt.
Het is ons bittere ernst. En niet voor niets. Het dagelijks leven van vele Joden in Nederland heeft inmiddels aan vrijheid ingeboet. En dit geldt niet alleen voor Joodse Nederlanders. Het geldt evenzeer voor de LHBTI-gemeenschap, voor vrouwen die in vrijheid hun eigen leven willen leiden, voor mensen die niet meer willen geloven, en ga zo maar door.
Onze vrijheid is ons veel waard. Ik verwacht van elke Nederlander, wat je afkomst ook is, dat je daarvoor staat. Sterker nog, dat je die vrijheid verdedigt. De vrijheid van jezelf en die van een ander. Ook als die ander totaal niet op jou lijkt.
Of je nu graag naar de moskee gaat of niet, of je je land van herkomst een warm hart toedraagt of niet, of je nu opkomt voor de Palestijnse, de Israëlische zaak of allebei: het is in dit vrije land allemaal je goed recht. Voor haat is echter nooit plaats. Voor haat zijn onze vrijheden niet bedoeld.
Wij mogen niet tolerant zijn voor intolerantie. Ik accepteer niet dat de Joodse gemeenschap in angst leeft. Ik accepteer niet dat je identiteitsbewijs bepaalt of je in elkaar wordt geslagen. Ik accepteer niet dat vrijheid in dit land afhangt van je afkomst of geloof. Nooit. Dat oplossen begint met niet wegkijken. Met gezamenlijk - samenleving en politiek - een streep trekken. Hier kom je er niet met nieuw beleid, dit vraagt om een nieuwe mentaliteit. Dus tegen burgemeester Halsema, tegen heel Nederland - van links tot rechts - zeg ik: het stopt hier. Benoem het grootste probleem: het gebrek aan integratie van deze groep. Onze eerste prioriteit moet nu zijn dit probleem bij de bron aan te pakken.
Meer over ...