EP pleit voor instelling rechtspersoonlijkheid van de EU - Hoofdinhoud

Carlos CARNERO GONZALEZ (PES, E)

Rechtspersoonlijkheid van de Europese Unie

Doc.: A5-0409/2001

Procedure : Initiatief

Debat : 13 maart 2002

Stemming : 14 maart 2002

Verslag aangenomen (273/23/26)

De Europese Unie, ingesteld bij het Verdrag van Maastricht, heeft geen rechtspersoonlijkheid. De drie Gemeenschappen (EG, EGA en EGKS) hebben die wel en zij kunnen dus in die hoedanigheid bindende overeenkomsten sluiten met derde landen en internationale organisaties. Het Parlement is van oordeel dat ook de Unie rechtspersoonlijkheid moet krijgen zodat deze coherent, zichtbaar en doeltreffend kan optreden op internationaal niveau. Bovendien zal de Unie ook meer identiteit krijgt in de ogen van de burger. Tot slot zal rechtspersoonlijkheid ook resulteren in een duidelijkere en eenvoudigere structuur -niet langer drie pijlers- van de Unie.

Het Parlement wil dan ook dat het Unieverdrag zodanig wordt gewijzigd dat de Unie rechtspersoonlijkheid verwerft. Tevens beklemtoont het dat dit beginsel moet worden vastgelegd in de nieuwe Europese grondwet. De conventie, ter voorbereiding van de eerstvolgende intergouvernementele conferentie, moet naar de mening van het Parlement het vraagstuk van de Unie-structuur, de drie pijlers, en de daarmee verbonden vraag van rechtspersoonlijkheid opnieuw aan de orde stellen.