Artikel 206: Controle-commissie - Hoofdinhoud
De rekeningen van alle ontvangsten en uitgaven van de begroting worden onderzocht door een controle-commissie, welke is samengesteld uit financiële commissarissen die alle waarborgen bieden van onafhankelijkheid en welke door een van hen wordt voorgezeten. De Raad bepaalt met eenparigheid van stemmen het aantal commissarissen. De commissarissen en de voorzitter van de controlecommissie worden door de Raad met eenparigheid van stemmen voor een periode van vijf jaar benoemd. Hun beloning wordt door de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vastgesteld.
De controle, die aan de hand van bescheiden en zo nodig ter plaatse geschiedt, heeft ten doel de wettigheid en de regelmatigheid van de ontvangsten en uitgaven na te gaan en vast te stellen of een goed financieel beheer werd gevoerd.
De controle-commissie stelt na afsluiting van elk begrotingsjaar een verslag op dat zij met meerderheid van stemmen van haar leden aanneemt.
De Commissie legt ieder jaar aan de Raad en aan de Vergadering de rekeningen over het afgelopen begrotingsjaar voor welke betrekking hebben op de uitvoering van de begroting, tezamen met het verslag van de controlecommissie. Bovendien doet zij hun een financiële balans van de activa en passiva van de Gemeenschap toekomen.
De Raad verleent met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de Commissie kwijting voor de uitvoering van de begroting. Hij doet aan de Vergadering mededeling van zijn beschikking.
De rekeningen van alle ontvangsten en uitgaven van de begroting worden onderzocht door een controle-commissie, welke is samengesteld uit financiële commissarissen die alle waarborgen bieden van onafhankelijkheid en welke door een van hen wordt voorgezeten. De Raad bepaalt met eenparigheid van stemmen het aantal commissarissen. De commissarissen en de voorzitter van de controlecommissie worden door de Raad met eenparigheid van stemmen voor een periode van vijf jaar benoemd. Hun beloning wordt door de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vastgesteld.
De controle, die aan de hand van bescheiden en zo nodig ter plaatse geschiedt, heeft ten doel de wettigheid en de regelmatigheid van de ontvangsten en uitgaven na te gaan en vast te stellen of een goed financieel beheer werd gevoerd.
De controle-commissie stelt na afsluiting van elk begrotingsjaar een verslag op dat zij met meerderheid van stemmen van haar leden aanneemt.
De Commissie legt ieder jaar aan de Raad en aan de Vergadering de rekeningen over het afgelopen begrotingsjaar voor welke betrekking hebben op de uitvoering van de begroting, tezamen met het verslag van de controlecommissie. Bovendien doet zij hun een financiële balans van de activa en passiva van de Gemeenschap toekomen.
De Raad verleent met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de Commissie kwijting voor de uitvoering van de begroting. Hij doet aan de Vergadering mededeling van zijn beschikking.
-
1.Op aanbeveling van de Raad, die besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen, verleent het Europees Parlement aan de Commissie kwijting voor de uitvoering van de begroting. Te dien einde onderzoekt het, na de Raad, de rekeningen en de financiële balans genoemd in artikel 275 i, het jaarverslag van de Rekenkamer tezamen met de antwoorden van de gecontroleerde instellingen op de opmerkingen van de Rekenkamer, de in artikel 248, lid 1, tweede alinea i, genoemde verklaring, alsmede de relevante speciale verslagen van de Rekenkamer.
-
2.Alvorens kwijting te verlenen aan de Commissie of voor enig ander doel in verband met de uitoefening van de bevoegdheden van de Commissie inzake de uitvoering van de begroting, kan het Europees Parlement de Commissie verzoeken verantwoording af te leggen terzake van de uitvoering van de uitgaven of de werking van de financiële controlestelsels. De Commissie verstrekt het Europees Parlement op verzoek alle nodige inlichtingen.
-
3.De Commissie stelt alles in het werk om gevolg te geven aan de opmerkingen in de kwijtingsbesluiten en aan andere opmerkingen van het Europees Parlement over de uitvoering van de uitgaven, alsook aan de opmerkingen waarvan de door de Raad aangenomen aanbevelingen tot kwijting vergezeld gaan.
Op verzoek van het Europees Parlement of de Raad brengt de Commissie verslag uit over de maatregelen die zijn genomen naar aanleiding van deze opmerkingen, met name over de instructies die zijn gegeven aan de diensten die met de uitvoering van de begroting zijn belast. Deze verslagen worden ook aan de Rekenkamer toegezonden.