Rutte: euroscepticus en tegelijk EU-topbemiddelaar - Hoofdinhoud
Per 2 augustus is Mark Rutte i de langst zittende Nederlandse minister-president. Twaalf jaar in het Haagse Torentje. Maar wat was zijn rol in Europa? Dus in de crises rond Griekenland, de vluchtelingen en migranten, het coronavirus?
Dit artikel is gebaseerd op 115 door dr. Jan Werts geschreven analyses van alle besluitnemende bijeenkomsten van de Europese Raad en van de Eurotop vanaf 14 januari 2009.1)
Inhoudsopgave
In 2010 noteerde ik: Is premier Rutte “eurofiel noch euroscepticus” zoals de Volkskrant van 21 juni meldt? Ik weet wel beter. “Europa heeft veel ambities, maar toont weinig resultaten. Brussel dat is echt een bodemloze put. De Europese Unie is totaal losgezongen van de samenleving. Het is prachtig dat de mensen dit in de gaten beginnen te krijgen. Wat voor mij zwaar telt is de Europese vrije interne markt. Europa heeft maar drie taken. De grensoverschrijdende handel stimuleren, het oplossen van grensoverschrijdende problemen en voor het bedrijfsleven beter de schaalvoordelen benutten”.
Dat verklaarde Rutte (dan nog geen premier) op 1 juni 2010 in Brussel. Rutte ging voluit tegen Europa. Hij ontpopte zich als vurig eurosceptisch. Hij kondigde aan als regeringsleider de contributie van Nederland te zullen halveren. Daar moet twee miljard euro per jaar af. Zo’n verlaging zag hij als “koevoet” om Europa af te slanken. Ruttes’ visie past naadloos bij die van de eurosceptische Britten”. Dat was dus in 2010.
Na anderhalf jaar in functie als minister-president hamert Mark Rutte er in mei 2012 nog eens op dat de EU voor hem vooral vrijhandel betekent. “Als je de mensen in Nederland vraagt waarom wij lid zijn van die club, is het antwoord vanwege de grote Europese interne markt”.
Rutte gaf verder aan “niks te hebben met bevlogen verhalen over normen en waarden” als het over Europa gaat (zoals zijn voorganger Balkenende wel deed, JW). “Want daar gaat Europa helemaal niet over”.
Wat een verschil met 2020 als ik noteer: “Het ging in 2020 hard tegen hard in de Europese Raad. Er stond dan ook veel op het spel, van het corona Herstelfonds en de meerjarenbegroting tot de klimaataanpak, de Brexit en de relatie met Rusland en de VS.
Premier Rutte speelde een sleutelrol in die Europese besluitvorming. Eerst als voorman van de vier zuinige landen (met Oostenrijk, Denemarken en Zweden) in de slag om de financiering van de EU, waar Rutte door zijn Hongaarse collega Viktor Orbán i Mr. No werd genoemd.
Later als hoeder van de rechtsstaat in onderhandeling met Polen en Hongarije als hij die landen doceert dat normen en waarden de kern vormen van ons Europese bestel” (intussen overgenomen van Balkenende).
Sinds de oprichting van de Europese Raad in 1974 hebben zes Nederlandse minister-presidenten deelgenomen aan de vergaderingen2). Alle zes heb ik als Brussels correspondent daar gevolgd. Vaak boksten zij boven het gewicht van Nederland in de EU. Numeriek, dus qua bevolkingsomvang, qua aantal stemmen in de Europese Raad van Ministers en aantal zetels in het Europees Parlement, schommelt onze invloed rond slechts vier procent. Nederland, na Roemenië de grootste van de reeks kleinere lidstaten, had altijd duidelijke inbreng in de Europese Raad.
Nooit echter eerder speelde een Nederlandse premier zo’n belangrijke rol in Europa als Rutte, vooral sinds 2015 toen hij tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap doorbreekt. Zoals bekend spelen de Duitse kanselier en de Franse president de baas in de Europese Raad. “Beseffen jullie wel wat voor asset Mark Rutte is voor Nederland?”, vraagt later de hoogste EU-diplomaat van een groot land. “Merkel i is de nummer 1, Macron nummer 2, maar dan is het óf Draghi i óf Rutte. En Draghi is louter interim-premier van Italië. Rutte is een speler van formaat aan de Europese tafel. Niemand kan hem negeren’’3)
Exemplarisch zijn de persconferenties na afloop van de Europese toppen. Bij Rutte is de internationale pers royaal aanwezig. Dat was in de decennia daarvoor niet aan de orde. Op beslissende momenten, in uiteenlopende crises, speelde de premier een doorslaggevende rol. Als creatieve bemiddelaar of als dwarsligger. Voor geen enkele van de leiders van de andere 21 andere kleinere EU-landen was het eerste weggelegd.
In juli 2015 staat de eurozone op springen. Het vertrek van Griekenland (Grexit) is de inzet van een volle week topberaad. Het failliete Griekenland weigert, in ruil voor nogmaals forse financiële EU-steun, extra te bezuinigen. Bondskanselier Angela Merkel, president Emmanuel Macron i, Raadsvoorzitter Donald Tusk i, de Griekse premier Alexis Tsipras i én Rutte sluiten dan tijdens nachtelijk beraad, het verlossende akkoord.
Onder Duitse druk is Tsipras door de nationale leiders tevoren zó de oren gewassen dat hij bezwijkt. Vierhonderd pagina’s bezuinigingen en pijnlijke hervormingen - kort tevoren bij referendum massaal door de Grieken afgewezen – moet hij nu toch slikken. Rutte speelt hier de rol van de niet benoemde leider van de reeks kleinere landen die allemaal moeten instemmen. Overigens verbrak Rutte hier wel zijn plechtige belofte uit 2012: “Geen cent meer naar Griekenland”.
In maart 2016 zetten Merkel, de Turkse premier Ahmet Davutoglu en Rutte tijdens urenlang nachtelijk beraad de – destijds veel bekritiseerde - EU-Turkije-deal in elkaar. Zelfs de toenmalige voorzitters Tusk (Europese Raad) en Jean-Claude Juncker i (Europese Commissie) waren daar niet bij.
Vluchtelingen die dan al maanden massaal naar de Griekse eilanden stromen, worden voortaan, na een korte procedure, teruggestuurd naar Turkije. Dat land krijgt van de EU zes miljard euro voor hun opvang. Daags daarna neemt de Europese Raad die deal unaniem over. Binnen een week daalt het aantal migranten van dagelijks tienduizend naar nog slechts enkele tientallen.
Intussen moest Rutte echter ook meermalen in het zand bijten.
-
-Al bij zijn debuut in de Europese Raad van 28 oktober 2010 loopt hij een blauwtje met zijn betoog voor bevriezing van de uitgaven. Het Europees Parlement en de Commissie willen zes procent meer en de Europese Raad besluit dat te halveren. Voor Rutte is zo’n korting nog te weinig. “Het spijt mij geweldig dat ik niet het recht heb met mijn veto dit tegen te houden”, aldus de premier in Brussel. Thuis krijgt hij de Tweede Kamer over zich heen. Ook die begreep niet dat zodra iedereen moet bezuinigen, de EU nog zes procent meer wil.
-
-In maart 2011 vraagt de ECB om ter wille van de zwakke muntlanden, zoals Griekenland, met hun louche schuldpapieren euro-obligaties te introduceren. De Duitse kanselier en de Nederlandse minister-president reageren totaal afwijzend. Hierna blijkt dat dit verzet niet was vol te houden.
-
-Een taboe verdwijnt als de leiders in juni 2012 verrassend besluiten wankele zuidelijke banken met overheidsgeld op de been te houden. Dat gaat via het noodfonds ESM. Tot dan toe steunde Europa alleen landen die anders failliet gaan, maar nooit rechtstreeks banken. “Europa heeft voortaan een nieuwe “balance of power” juicht oud-Commissievoorzitter Romano Prodi vanuit Rome. De nuchtere Frankfurter Allgemeine Zeitung signaleert in Brussel Zentralwahn, ofwel algemene gekte. Met kanselier Merkel heeft Rutte zich maandenlang verzet. Tevergeefs dus.
-
-In 2014 moet Rutte accepteren dat de in steen gegoten tekortafspraak van hooguit drie procent wordt losgelaten. Italië, Frankrijk, de kleinere zuidelijke landen en België lappen die regel dan al jaren aan hun laars. “Gênant is het te zien hoe de Europese Commissie als politiek orgaan, Frankrijk en Italië uitzonderlijk behandelt als het gaat om de grens van drie procent tekort op hun begroting. Zo vervalst de Commissie de officiële spelregels” oordeelt Rutte op 22 maart 2018 in de Franse krant Le Monde. Het gebeurt zelden dat een regeringschef, let wel via de media, andere EU-landen en “Brussel” zo om de oren slaat.
-
-In 2020 moet Rutte slikken dat Nederland mogelijk financieel moet opdraaien voor de schulden van andere landen met de euro. Tot dan toe was dat strikt verboden. Op initiatief van president Emmanuel Macron en de andere zuidelijke landen en met de verrassende steun van kanselier Merkel komt er een duizelingwekkend groot corona Herstelfonds. Het EU-zuiden zit dan te diep in de staatsschuld om nog zelf te kunnen lenen. Dat fonds bevat 390 miljard aan giften (officieel subsidies) en 360 miljard goedkope leningen. Italië krijgt alleen al meer dan 200 miljard waarvan veertig procent als gift.
-
-Met een variant van euro-obligaties gaat de Commissie dan schulden maken waarvoor de andere landen tot 2058 aansprakelijk kunnen worden. Rutte speelt in die marathonvergadering een centrale rol. Daarin gesteund door genoemde zuinige landen krijgt hij gedaan dat de subsidies geen 500 maar 390 miljard belopen. Verder komt het geld pas beschikbaar als het ontvangende land hervormingen (vooral overheidsbezuinigingen) doorvoert. Bijvoorbeeld een verhoging van de pensioenleeftijd naar het niveau van Nederland. “Rutte nam hier de rol over van het Verenigd Koninkrijk als klassiek leider van de zuinige landen”, concludeert de New York Times van 21 juni 2020.
-
-In December 2011 blokkeert Rutte (als enige) de opening van vrij personenverkeer met de Roemenen en de Bulgaren via Schengen. Nederland betwijfelt of die landen de beloofde corruptiebestrijding en criminaliteit wel echt aanpakken. “Ik ben hier behoorlijk onder druk gezet”, verzucht Rutte na afloop. In de volgende vergadering eist een opgewonden EP-voorzitter Martin Schulz i een (totaal ongebruikelijke) veroordeling van Nederland. Hij krijgt geen respons.
-
-Rutte redt in 2016 Oekraïne (en het gezicht van Nederland) nadat per referendum in Nederland 61% van de kiezers tegen de beoogde Associatiewet stemt. De opkomst was 32,2%, waarmee de kiesdrempel gehaald werd. De andere EU-landen hebben het associatieverdrag met Kiev dan al getekend. De premier haalt de aarzelende Europese Raad over in te stemmen met een bindende annex (het “inlegvel” genaamd).
-
-Daarin staat dat Oekraïne geen lid van de EU wordt; extra financiële noch militaire garanties (tegenover Rusland) krijgt; en er geen toeloop komt van hun werknemers naar de EU. Gek genoeg moest Rutte erkennen dat deze kwesties niet eens in het associatieverdrag stonden. Achteraf bezien was het, gezien het onlangs Oekraïne beloofde EU-lid worden, een Pyrrusoverwinning.
Premier Lubbers typeerde de Europese Raad ooit als een “vrindenclub”. De leiders hebben thuis dezelfde problemen en komen in Brussel in de besloten vergadering als amices bij elkaar, soms zelfs om uit te huilen. Elkaar de les lezen kwam niet voor, althans niet openlijk.
Rutte doorbrak dat patroon op 24 juni 2021 met een persoonlijke uitval naar zijn collega Orbán. Naar aanleiding van de anti-homowetgeving daar vroeg Rutte de volgens hem zelfs “schaamteloze” Hongaar waarom hij niet beter uit de EU stapt.
“Hongarije moet op dit punt door de knieën”, zegt Rutte, staande voor de Nederlandse ambassade waar de LGBTQ+-regenboogvlag aan de gevel wappert. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen i en andere leden van de Europese Raad vallen Rutte bij. Andere leiders tonen daarentegen enig begrip voor Hongarije.4)
Orbán vroeg zich dan af waarom Rutte hem zo haatte. “Onze nieuwe wet gaat niet over homoseksualiteit maar over hoe in Hongarije kinderen opgevoed worden over seksualiteit”.
Voor Ruttes’ scoren zijn diverse verklaringen. Belangrijk is het dat dwarsliggen en oppositie voeren helpt. Zie hoe hij de beoogde 500 miljard aan giften voor het zuiden tot 390 weet te beperken, mét voortaan het vereiste van hervormingen daar en controle daarop vanuit de andere hoofdsteden.
Bild, de grootste krant in Duitsland, noemt Rutte dan een held. “Meer Rutte doet Europa goed”. “Dat de immer charmante liberaal Rutte de Europese zwaargewichten Macron en Merkel zó hard de gordijnen injoeg, blijft opvallend”, schrijft De Standaard in Brussel. Ook de invloedrijke Franse krant Le Figaro prijst dan Ruttes’ aanpak.
Na Orbán is Rutte de meest ervaren regeringsleider. Hij spreekt vloeiend Engels, kent zijn dossiers in detail, is toegankelijk, pragmatisch en een – meestal vrolijke -netwerker. Met die capaciteiten is hij erin geslaagd een goede verstandhouding op te bouwen met zijn collega’s. Vooral de kleinere landen, maar soms ook Duitsland, verschuilen zich graag achter zijn kritische opstelling. Geen wonder dat Rutte in 2019 volop genoemd werd als voorzitter van de Europese Raad. Na zijn “niet beschikbaar” wordt zijn Belgische collega Charles Michel benoemd.
Verder geldt dat de omstandigheden soms meezitten. Dat komt door het door Rutte overigens zeer betreurde vertrek van de Britten in 2020. Door het wegvallen van het grote - altijd euro kritische - Verenigd Koninkrijk is de betekenis van Nederland in de Europese Raad gestegen. “Rutte is daar nu, mede als gevolg van zijn ruime ervaring, een relevante speler. Hij heeft opvattingen, die hij dan ook uitspreekt. Omdat andere leiders er vaak net zo over denken, weet Rutte volop mee te werken aan het bouwen van de compromissen”, oordeelt een insider in Brussel.
Wellicht bepalend voor zijn rol in Europa was Ruttes’ partnerruil al voordat de Brexit zich aftekende. In 2015 zei staatssecretaris en later demissionair minister van Buitenlandse Zaken, Ben Knapen i (CDA) daarover: “Rutte doet het in de Europese Raad uitstekend. Niet polariserend. Niet ideologiserend. Kan met links, met rechts, met noord, met zuid uit de voeten. 'n Peoples manager. Daar hebben wij het mee getroffen.
Aanvankelijk wilde hij voortdurend naar Engeland. Toen heb ik hem gezegd: leer Duits. In Londen wordt onze boterham niet gesmeerd. Wij zitten echt vast aan Duitsland. Dat heeft hij opgevolgd. Hij sms’t nu met Merkel”.
Een Prima verstandhouding met Duitsland is inderdaad hét vereiste voor een sterke rol van Nederland in Europa. Onder Merkels kanselierschap zijn de Nederlands-Duitse betrekkingen flink verbeterd, zo concludeert Hanco Jürgens van het Duitsland Instituut in de Clingendael Spectator van september 2021.
Ten slotte spelen nationale omstandigheden hun rol. Coalitiepartners zoals voorheen de PVV van Geert Wilders en vandaag D66, resulteren in de Europese topconferenties slechts in accentverschillen. Bovendien telt dat de Tweede Kamer een steeds grotere rol voor zich opeist.
Waar Den Uyl, Van Agt en Lubbers nauwelijks iets te vrezen hadden van het nationale parlement op EU-gebied, begon de Kamer zich bij Kok en Balkenende al volop kritisch te roeren. Onder Rutte is dit nog toegenomen. Kamerdebatten voorafgaand en na afloop van de EU-toppen zijn beladen, hoewel Rutte zich flexibel genoeg opstelt om niet met een lastig mandaat naar Brussel te hoeven vertrekken.
Is Ruttes’ beleving in de loop der jaren geëvolueerd, zoals je wel hoort? Dat is nog maar de vraag. Bij zijn komst in 2010 zag hij de EU als een banen en welvaart scheppende reuzegrote interne markt. “De EU is ons ‘bread and butter’. Het is de interne markt waarop we een flink deel van ons nationaal inkomen verdienen. Dat is de basis van waarop wij concurreren met China, Silicon Valley en India”. Keer op keer komt hij daar bij de Brusselse toppen op terug.
Wie zijn redevoeringen erop naleest vindt geen aanknopingspunten om Rutte als een “bekeerling” te zien. Meermalen betoogt hij drie prioriteiten te zien voor Europa 1. Bescherming van onze welvaart, veiligheid en stabiliteit. 2. Brussel als dienares van de nationale regeringen en niet andersom 3. Gemaakte afspraken moeten worden nagekomen en niet alleen de stukjes die thuis makkelijk verkopen5).
Vandaag is de Europese Unie voor de minister-president bovendien een club die zich strategisch moet omsmeden tot een geopolitieke machtsfactor, zoals hij in 2019 in een rede Zürich bepleitte. “Laat Europa minder zelfgenoegzaam worden. Het onrustige wereldtoneel, met diverse onberekenbare leiders en onvoorspelbare migratiestromen, vraagt om een meer assertieve EU”. Maar die mening is vandaag algemeen onder de Europese leiders, ze typeert Rutte niet.
Mark Rutte is de meest invloedrijke regeringsleider die Nederland in de Europese Raad vanaf de start in 1975 heeft gekend. Meermalen slaagde hij in crisissituaties als bemiddelaar. Zo’n rol is voor de leider van een van de vele andere kleinere landen eigenlijk nooit weggelegd. Evenmin voor een van zijn vijf Nederlandse voorgangers in de Europese Raad, hoewel ook zij destijds goed meedraaiden.
Tegelijk heeft Rutte in Europa nogal eens zijn neus gestoten.
Omstreden, vooral in het zuiden van de EU, is zijn overtuiging dat de EU-landen zelf hun problemen moeten oplossen.
Rutte spreekt dus andere taal dan de Franse leider Macron met zijn pleidooi voor een bijvoorbeeld versterking van de eurozone via een Europees gefinancierde begroting en Europese belastingen.
Vanaf zijn komst tot op vandaag mikt Rutte op de Europese interne markt waarop onze welvaart drijft; het beter naleven van de gemaakte afspraken (waaraan veel mankeert) en in Brussel alleen datgene regelen wat echt Europees geregeld moet worden.6)
-
1)Zie Jan Werts: “Hoe Europa al tien jaar lang crises bevecht” op websites Montesquieu Instituut en Europa Nu. Andere bron is mijn recente The European Council in the Era of Crises, London, John Harper Publishing, 428 blz. inclusief illustraties.
-
2)
-
3)Marc Peeperkorn, de Volkskrant, 5 mei 2021.
-
4)Schriftelijk verslag aan de Tweede Kamer van 2 juli 2021.
-
5)Toespraak bij Bertelsmann Stiftung, Berlijn, 2 maart 2018.
-
6)Toespraak Mark Rutte, Friedrich-Naumann-Stiftung, Berlijn, 3 april 2014.
Meer over ...